1585-01-17 | Koedijk

R.A.H. O.R.A. 6218 fol 37

Jaartallenindex

schout en schepenen te Coedyck oorkonden dat Cornelis Jansz Slim tot Coedijk, transporteert aan Pieter Jansz Cnape, buerman tot Coedyk, een acker saetlants, genaamt "Paeije bosch" in de ban van Coedyk, zuid: Tate Gerrit Jansz, van Schagen, zuidoost: het Vroonland, noord: de here van Wingaerden. Belast met 150 gld, toecomende mr Pieter Sel tot Alcmaer 50 gld, ende t manne gasthuis tot Alcmaer 100 gld. Onderpand: zijn huis en erve op Coedyck op te Kooch, belend zuid: Gerrit Ghieles erfgenamen, noord: Cornelis Reyers hopman. Borch: Foppe Jan, die tot onderpand stelt zijn huis en erf op de Kooch, zuid: ouwe Jan Heijnes, noord: Reyer Cornelis Reyers. Mitsgaders een stucke lants genaemt "Lutge Weijt", groot 15 snesen, in de ban van Coedijk, zuid: Jan Stienhuijs, noord en west: het Vroonland. Foppe Jan belooft het Luitge weyt niet te vercopen etc, voordat hij nog eens 100 gld met de verlopen rente van dien betaald heeft als verswegen lasten staende op de voors. Paeijebosch, alsoe dieselfde bij acte verthoont is ut die blaffaert van wijlen Mathys Reijers bij ende bij Pieter Mathijsz ondergeteykent. Welke verswegen laste voors. die voors. Foppe Jan bekende en verklaerde op hem te staen ende tot synen laste te wesen, waervan de voorn. Cornelis Jansz Slim vrij of soude wesen

1677-05-20 | Akendam

R.A.H. Coll Roeperpapieren Inv 127

Jaartallenindex

schout en schepenen in de ban van Zuyt Akendam, en schepenen in de ban van Tetrode oorkonden dat mr Aernout van Dwingeloo, Raadt en secretaris van syne Excellentie van Brederode, (volmacht dd 1677-03-20/30), "ende verklaerde in dier qualiteyt tot meerder securiteyt ende verseeckering van soodanige acten obligatoir ofte beleninge als de voorn Sijne Excellentie ten behoeve van Gillis de Keijser, schout ende secretaris van Schooten, Aeckendam, Haerlemerliede ende t Hofambacht in zyn heerlijkheid van Brederode op den 20/30 Maert voors. onder signature van sijn eygen handt ende pitsier van syn aengeboren wapenen heeft onderteyckent en bekrachtigt ter concurrentie van een capitale somme van tien hondert gulden [10000] daerinne begrepen en metten interesse van dien, speciael te hebben verbonden en geaffecteerd in cracht deses de wooning ende huysing van Cleeff met de thuyn mitsgaders alle landerijen daeraen behorende, streckende mitten oosten van de Middelwegh aff tot in het westen tot aen de Delft, groot 9 morgen, staende en gelegen in de ban van Zuijt Akendam. Item noch een stuckie lants gelegen ten W. de Delft in de ban van Tetrode, groot 476 roeden tegenwoordig in hure gebruykt bij Grietie Verschuijren. Alsmede noch de Cleverlaen met het innekomen en de jaerlicxe gabelle van dien, gaende uyt Aeckendam van de Heerenwegh tot boven int westen onder Tetrode tot aen de bleeck van de voorn. Grietie Verschuyren"

zegel van Gillis de Keyser [een mansbuste ?], en Isaac van Kessel; Gillis de Keijser, schout, Claes Engelsen Moerel en Wynant Flooresz, schepenen in de ban van Zuyt Akendam, Isaac van Kessel, schout, Frans Gillisz van Eecken en Brommer Brommerse, schepenen in de ban van Tetrode

1592-09-19 | Velsen, Beeckesteijn

R.A.H. 955 fol 180v Transportregister Velsen

Jaartallenindex

notaris de Wees [?] te 's Gravenhage instrumenteert dat Maria van Bekesteijn verklaerde dat op 1587-06-18 Dirck Fijck van Hove voor haar comparant als geinstitueerde erfgename van Machtelt Stans, haer grootmoeder, hem zelve geconstitueert hadde borge tbv de bloetvrienden van de voors. Machteld Stans, te weten zoe wanneer zij comparante of daer descendenten deser werelt te overlyden coemen zonder kinderen after te laten, dat ⅔ deel van alle t gundt dat by de voors. Machteld Stans zuvers achter gelaeten is boven die betaelinge van haer schulden, lasten ende legaeten, mitsgaders boven hare leengoederen, gerestitueert sullen worden dengenen dije volgende den testamente van deselve Machteld Stans in dato den 21 december 1582 bevonden sal worden daertoe aldaer gerechtigt te zijn, nae breder inhouden van de acte hiervan verleden voor schepenen van Amsterdam in dato als voren. Ende naedien de voors. Dirck Fijck versoeckt naeder verzeekert te zijn voor de indemniteyt zijner voors. borgtochte hem bij haer comparante in de voors. acte belooft, stelt zij tot onderpand: 1) een huys te Amsterdam in de Wermerstraet, daer "Abraham"uthangt, 2) een huys idem op de Zeedyck, beyde by haer aencoft na dode van de voors. Machteld Stans, 3) zekere hofstede en landen gelegen tot Abcoude, aengecoft als voren, 4) ende daertoe alsulck gedeelte als zij nijettegenstaende die voors. testamente om redenen in de voors. acte van borgtocht verhaelt, vrij heeft van alle subjectie en restitutie, in de hofstede gecomen van de voors. Machteld Stans, te Velsen gelegen, ende in alle dye lande, boomgaerden, bossche, rietvelt, vogelkoij ende anders aen de voers. hofstede behoerende, in de huercedulle daervan sijnde gespecificeert, t eene dd 1589-08-23 ende d'ander van date 1586-03-09, mitsgaders gelijcke gedeelte haer mede ut zaecke voors. vrij competerende in de hofstede, huys, berch, hennip tuyn ende landen daeraen behoerende, gelegen aen t Gheijn bij Wesop. Benevens al haar andere goederen

in presentie van: Cornelis Pietersz …., procureur voor het Hof van Holland, Cornelis Jansz van Delft, inwoner van den Hage

1532-09-02 |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 62, 64

Jaartallenindex

(doorgehaald) dat nu op den lesten van der voorleden maand van Augustus gecompareerd is voor de stadhouder van lenen en voor leenmannen Cornelia Eeuwout Soetendochter met haar man en voogd Jan Jansz barbier, en verklaerde hoe dat tot heurer kennisse gekomen was dat wijlen Jan Jansz Zeuw als voogd van heur nichte Grietken Jan Zoetendochter, omme te voldoen Margriete Jansdochter van Veen als doen weduwe desselfs Jan Soeten, van alsulcke restoir ofte recompense als heur mochte competeren ter cause van de conqueste en vercoopinge van seeckere parceelen van leenen die de voors. wijlen Jan Willemsz Zoete staande huwelick met Margriete had gecoft, gelegen in Vosmaer, onsen lieven en getrouwen ridder en raad heer Frederik van Renesse heer tot Malle vercoft een jaarlijkse rente van 10£ gr Vls, losbaar den penn. 16, gevestigd op de leengoederen, acte dd 1527-09-19, en dicte van het Hof dd 1527-09-27. Voor welke rente bij de voors. Jan Jansz gevangen was 960£ van 40 gr Vls, die hij (wijlen Jan Jansz) gebruikt had tot quiting van het voirs. restoir. Ende al was soe dat sij comparante heur geen erfgename van Grietken Jan Soetendochter gefundeert, maer alleenlick angevaert hadde de voors. percelen van leenen, dewelke mitsdien geconserveert en in wesen gebleven zijn, an heur gecomen zijn, t welk bij aventure anders hadde mogen failgieren, soo ist dat sy comparante, met consent van haar man die ook present is, als leenvolgster van Grietken Jan Soetendochter en bezitster van de voors. leengoederen, de belasting van deze leengoederen bij deze confirmeert. Karel beleent heer Frederik van Renesse heer van Malle met deze rente van 10£ per jaar (vgl 1532-08-31). Op 1552-07-08 verklaart heer Johan van Renesse tbv de huisvrouw van Willem Zybertsz deze rentebrief te royeren

mr Claes van Essche, onse Raad en rekenmeester in Holland, Pieter Bol, auditeur v.d. rekenkamer, leenmannen