19 resultaten
Nyenrode, van | 1478-06-09
Berigten Hist Gen IV p 111/Arch Nyenrode Origineel
Achternamenindex
Johan van Nyenrode, als leenvolger der hofstede en heerlijkheid van Nyenrode, machtigt zijn zwager (oom) Gerrit van Rijn, om als zijn stedehouder de lenen van Nyenrode te verlijen, totdat hij hem deze volmacht door twee leenmannen van Nyenrode laat opzeggen
getuigen o.a. Evert uten Weerd, neef van Johan van Nyenrode, en schout in diens gerecht van Breukelen
1494-07
folio 90v LVIII 1492-1495
Transportregister Haarlem
Anthonys Jacobsz aan Claes Arijsz ½ van de runmolen met molenwerf en -huis, buyten de stede over die Spaerne, oost: Lysbeth Claes Jansz Velzermans weduwen zonen, zuid: Louf Gerytsz van Bennebroec, west: die Spaerne, noord: die Spaerne. Ende nog ½ van vier hoeven gelegen met Claes Joestsz gemeen, streckende mitten noortwesteynde an die molenwerf, oost: .... [open] Claesdochter, bagyn; zuid: die zieken buiten Haerlem; west: Louf Gerytsz; 250 R gld. Cornelis Harmansz zal t ¼ deel van de molen over hebben ende dat Anthonis mit brieve hem verlijen zal, dus zoe en zal Claes Arijsz niet meer hebben dan ¼ deel van de molen mit dat ½ lant. Ende Cornelis zal Claes voor t ¼ deel verlijen schuldig te wesen 85 R gld
1437-05-12 | Egmond
R.A. Utrecht Leenregister Ysselstein no 1 no XIII
Jaartallenindex
Johan here tot Egmond oorkondt dat wij onsen neve Gerijt van Heemstede verlyt hebben ende verlijen mit desen brieve alsulke goede als syn vader her Jan van Heemstede van ons ende onser hofstede tot Egmond te lene te houden placht. Ende geschiede opten huse t'Egmond
mannen: Jan Jac[obsz] Putt, Florens Jan Melisz, Gherit Pietersz
1388-03-17 | Zydewijn
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 21/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
cappel, in Nederveen, in Sydewyn, tiende. Wij Otto here van Arkel doen kondt etc dat wij verlyet hebben en verlijen Jan van Zydewynde 7 geersen lands oostwaerts van de 9 geerden daer t steenhuys staet, gelegen in den ambacht van der Zydewijn, te houden tot een recht erfleen. Heergewade: een rode sperwer. Bezegeld op St Geertrudendach 1388
hier over waren onse trouwe mannen: Henrick van den Rijn, Claes van Zweten Jacobsz
1440-10-08 | Heemskerk
R.A.H. Coll Aanw no 100 fol 163
Jaartallenindex
hertog Philips oorkondt dat voor zijn raad clachtich gecomen is joncfr Diedwer Uterwijck over Dirck Albout, seggende dat die voirn Dirck hem van ons hadde doen verlijen sulcke leenen als hoir ouders voirtyts te leen gehouden hebben ende sij op desen tijt van ons te leen houdt, ende dat hy daertoe geen recht heeft. Hiertegen heeft Dirck veel woorden gezegd, maar "woirden van crancker wairden", niet min bekende hy uit eynde dat hij geen recht erop had, en schild dit kwijt ten behoeve van Diedwer voorn, die door de hertog gehouden zal worden in al haar lenen
Brederode, van | 1663-12-08
V.R.O.A. 1909 p 164 no 337, 338, 339, 341, p 165 no 348 /Arch Detmold Brederode
Achternamenindex
octrooi van de Staten van Holland voor Wolfert van Brederode heer van Brederode om van zijn goederen te disponeren; 1664-03-27: als voren; 1669-04-05: venia aetatis door de Staten van Holland aan Wolfert van Brederode [niet in het archief van de Staten vermeld]; 1656: kwitantie van de griffier van de lenen van Holland voor Wolfert van Brederode, wegens verlijen bij overlijden van zijn vader; 1655-1679: ingekomen en minuten van uitgegane stukken van Wolfert van Brederode, waaronder een rekening van een kleermaker van fl 25402: 8 : -
1565-06-19 |
R.A.H. Coll Aanw 135 Caput Sticht etc fol 45, oud fol 12
Jaartallenindex
koning Philips oorkondt dat hij uit kracht van t dictum van seeckere opene brieven van decrete van onsen Hove van Holland dd 1564-10-23, deur dewelcke dese onse brief open deursteken, besegelt etc is, verlydt hebben en verlijen mits desen onsen brieve mr Pieter van Parsijn, advocaet in onsen Hove van Holland, met 4 morgen lands in Diemerbrouck, streckende van de Waarder landscheiding tot aen den Achterdijck, daer die heren van St Pauwels te Utrecht boven naast geland zijn. Te houden tot een onversterfelijk erfleen, gelijk als Laurens de Voocht van Rynevelt en zijn voorsaten dit leen gehouden hebben. T dictum van de brieve van decreet taat geregistreerd in libro Decretorum foliis 90 en 91
Willem van Berendrecht, Dirck Adriaensz, Adriaen le Seur, Pieter van der Houve Cornelisz, leenmannen
1451-02-11 (1450) | Heiloo
R.A.H. Coll Aanw 102 Caput Kennemerland fol 12v/Reg Principum fol 10
Jaartallenindex
hertog Philips oorkondt dat Jacob oudste zoon van zijn vader Willem van der Couster, van ons te leen te houden plach die ambochtsheerlicheyt van Heylo ende van Oosdom, die mit rechte op hem geerft ende verstorven was, mar dat hij in die verdeylinghe van sijns vaders ende moeders erve overdragen was mit Jan van der Couster, synen jonger broeder, dat hij die voirs. ambachtsheerlycheyt van Heylo en Oesdom hebben ontfangen ende van ons te leen houden sal, biddende dat wij die Jan sijnen broeder voors. verlenen ende verlijen wouden. De hertog beleent Jan vervolgens met genoemde ambachtsheerlijkheden, het schoutambacht aldaar gelijkerwijs als die tot der prochikercke van Heylo voorn. behoeren, mit molen, molenstal, windt ende griendt, proffyten, bruecken, boeten, vervallen etc. Tot een onversterfelijk erfleen
1423-..-18 |
R.A.H. Coll Aanw 50 fol 63v/Reg B.B. Bloys fol 79, 80 (ingestoken tussen)
Jaartallenindex
dat wij verliet ende verleent hebben, verlijen ende verleenen met desen brieve Heeren Jan heer tot Culenborch, te Wairde, ter Lecke ende tot Ackoije alle alsulcke goede als him aengecomen ende bestorven sijn bi dode heren Huberts heer tot Culenborgh, sijns broeders, ende hi van der Graeflicheijt van Hollant ende van der heerlijckheijt van Voirne te leen te houden plach, te houden him ende sine nacomelingen van ons ende onse nacomelingen graven te Holland ende heeren te Voirne als syn broeder voers die te leen te houden plach. Hier bi en over waren als onse getrouwe Raden ende mannen Heer Jan heer tot Egmonde ende tot Yselsteyn, Heer Willem van Egmonde syn broeder, Heer Vranc van Borselen heer tot Zulen ende St Martynsdyck
1442-04-04 | Heemskerk
Arch Marquette 1106 no 100/Cartul Assumburg; R.A.H. Coll Aanw 101 Caput Kennemerland fol 3v/fol 2
Jaartallenindex
hertog Philips oorkondt: want heere Willem van Montfoirde die Rover, ridder, gecomen is voor Jan Schrevel, onsen schout tot Borgne [Bodegraven] ende voor onse leenmannen ende heeft ons opgedragen ende quytgeschouden alsoe onse voorsz. mannen wijsden dat recht was, tot behoeff Willem Keuysers van Boschuijsen 16 geersen landts gelegen tot Heemskerck ende geheeten zijn Ver Lysbettencamp, alsoe hij die van onsen graeffelicheyt van Hollandt ende van ons te leen te houden plach. Soe hebben wij behoudelick ons ende enen yegelycken zijns rechts, wederomme verleent ende verlijet, verleenen ende verlijen mits desen brieve die voorg. 16 geersen landts te houden van ons ende van onsen nacomelingen graven off gravinnen te Hollandt, Willem Kuyser van Boschuysen ende zynen naecomelingen tot eenen erffleen gelyckerwijs die oude hantvesten ende brieve die daer off zijn dat inhouden ende begripen
leenmannen: Lodewyk van Treslong, Jan van Hoedenpijl, Aelbrecht die Viselair