Bedoelde u soms?
verduyn | verruyt | versluys | versuec | versuemt | verum | verzuim

10 resultaten

1464-04-24 |

Ms Opstraeten III fol 1292/Gaasbeekse lenen II fol 40v
Jaartallenindex

beleent Jacob Meerten Jacobsz niettegenstaende alle versuym: 4 morgen in Ottersperbroeck in Gysberts gerecht van Nienroede

present: onse lieve ende getrouwe Raedt Gysbert van Nienrode, baljuw van Goyland, Jacob van Suijlen van Nyevelt, onse maerschalck van Amersfoort en Eemlandt

1550 (10) |

G.A.H. Inv I no 1633/Cartul H Geest Haarlem
Jaartallenindex

Houtrijck. Een halff madt lants legghende over Ye, ewelick gecoft van Floris Jan Havicxz omme daer wyt te dycken van de 24 maden (fol 37); 3 maden lants sijn ghecomen van Claes Matheusz bij versuym alst blijct uit register van den jare 1475 fol 19 (fol 37v)

1541-07-24 |

G.A. Heemstede Dolleman fol 29
Jaartallenindex

de heer van Heemstede beneficieert Huyghe van Alckemade met een capelrie in de parochiekerk van Uitgeest. Deze capelrie is ook naderhand denkelijk door versuym gealieneerd en aan de grafelijkheid vervallen. Men heeft naderhand wel getragt dezelve weder magtig te worden, dog te vergeefs. Op 1593-12-08 confireerden de luijden van de rekeningen in Holland deze vicarie op Cornelis van Veen. op 1602-09-07 aan Jan van Veen en in 1641 wederom aan Cornelis van Veen, neef van Hillegond Simonsdochter van Veen

1541-06-06 |

R.A.H. Coll Aanw 466 fol 25v/Leenregister Brederode fol 39v
Jaartallenindex

Reynoult van Brederode beleent Dirck Henricksz Bugghe met 5 ½ morgen land gelegen in Maeslandt, hem aanbestorven van sijn vader Henrick Dircksz Bugghe, ende hier voortijts gecomen sijn van mr Pieter Gherijtsz van Noortigh, doctoor in medicijnen, met zijn huisvrouw juffr. Diewer. Tot een onversterfelijk erfleen, hem quijtscheldende van dat versuym datter mach gevallen sijn, van dat hij dit leen binnen sjaers nae t overlijden van syn vader nijet versocht en heeft, alsoe ons van sijne diligentie gebleecken is, ende dat hij niet en wist van wie hij tselfde goed te leen hadde mits dat die brieven in den lesten brant tot Delff verbrant waren (vgl 1554-10-03)

getuigen: Ysbrant van Sparnwoude, onse leenman, Dirck van Leeuwen, leenman van Holland

1541-09-20 |

R.A.H. Coll Aanw 466 fol 28/Leenregister Brederode fol 21
Jaartallenindex

Reynoult van Brederode beleent Anna Rijckendochter met 3 ½ morgen land gelegen in den ban van Nydorp in onsen dorpe van Reewijck, belend boven oostwaert: Jan Jansz, beneden westwaert: Pieter Jansz. Tot een onversterfelijk erfleen. Ende dit alle nijetjegenstaende dat haer vader ende broeder, beyde genaempt Rijc Ryckenz dit leen niet versogt te hebben, welke versuym wij haer om gode quytgescouden hebben. Ende alsoe wij verstaen ende ons gebleken is dat hure moeder Marijken Rycken weduwe dit voors. leen, daer sij nochtans niet t recht aen en hadde, in erfpacht uytgegeven heeft, soe bevelen wij haer op te verboerte van tselve leen dat sij dien erfpacht nyet en achtervolge, maer t selve lant selve gebruycke of om den waerde verhuyrde. Hulde doet voor haar haer voogd Jan Jacobsz Coninck (totdat zij haer verweert mit enen kerckelyken voogd) (vgl 1554-03-15)

mannen: Reijn die bastaard van Brederode, Ysbrant van Sparnwoude

1619-06-18 | Velsen

R.A.H. Coll Aanw 529 fol 86v/J.A. Jaeger: A.R.A. Hs 1e Afd p 228 no 1222/Abdij Egmond
Jaartallenindex

de ridderschap beleent, achtervolgende de brief van relief van versuym dd 2 maart l.l, Cornelia Frans Goudtthuinsdochter, huisvrouw van Jan Jansz, wonende te Haerlem, als haar angecomen bij dode van haar moeder Aechtgen die Weendt, dien tselve aangestorven was bij dode van haar vader Dirck de Weendt, met seeckere weijde gelegen in den banne ende bij den huyse van Velsen, zuydwaarts aan Brederodergeest, eertijts te leen gehouden van de abdij Egmond. Met condite dat de voors. Cornelia voor het gepleegde versuim een dubbel heergewade zal betalen en dubbele hofrechten. Welcke weijde is een van de drie weyden lants gelegen in de ban van en bij den huize van Velsen, waarvan in den jare 1567 bij den prelaat der abdij den voorn. Dirck die Weendt vergund is geweest die andere twee weyden die hij van dezelfe abdy in leen hield, als allodiaal te mogen verkopen. Paulus Maas, residerende alhier in den Hage heeft uit krachte van zijn procuratie hem gegeven door de voors. Jan Jansz als getrout hebbende de voorn. Cornelia Frans Gouthuisdochter, dd 14 juni jl te Haerlem gepasseerd, deze derde weyde gelegen suytwaarts aan Brederodergeest overgedragen tbv Hendrik Vechtersz, oud burgemeester der stad Haarlem, die er vervolgens mee beleend wordt (vgl 1567-03-04; zie ook volgende akten)

Gysbert Henricsz | 1463-03-22

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 170, 236
Voornamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gysbert Henricsz verzoekt belening met 1 ½ vierendeel veenland gelegen in den kerspel van Zoes in de Grote Slage, en nog 1 vierendeel daarnaast gelegen, strekkende van Zoesenge tot aan Hezer Veen toe, belend landwaarts: jhr van Gaesbeeks nakomelingen, zeewaarts: Gysbert Henricsz; "welke 2½ vierendeel veenlant onse mangoet is ende bij versuym van Gysbert Scade ende Jacob Scade aen ons ende onser abdien gecomen is", vervolgens wordt Gysbert Henricsz ermee beleend; 1483-02-24: Henric Gijsbertsz beleend na dode van zijn vader Gysbert Henricsz; "dit heeft ontfangen Floris Henricsz, zijn zoen, bij opdracht ut in libro abbatis Wilhelmi de nova ecclesia fol 164"

mannen: Henric van Duven, Tyman Mouwer van Heersell; 1483: Albert Dier, Rutger die Beer Jacopsz

1466-03-03 (1465) |

A.R.A. Copie Leenkamer 39 fol 103v/Reg Charolais fol 51v
Jaartallenindex

Anthonis Michielsz oorkondt q.q.: hoe dat wij een wijl tijts gheleden een genoemt Dirck die Heere, die op dese tyt schout van Arkell, voir mij gecomen was, begerende an mij in de naam van mijn genad. here, verlijt te hebben ½ van 4 ½ morgen lands, gelegen in die Langhe slaeghen ende Corte slaeghen ende dairtoe 3 morgen lands op Rietvelt, t welck ick hem weygelde overmits dat dat voirs. land bij versuym van wanversoeck tegen myn genad. here als here van Arckell verbuert was als men syde. Ende is wair dat myn genad. here om der redenen wille dat land gegeven hadde aan Phillips den bastairt van Viesville, capiteyn van synen Artehiers (?), mit denwelcken de voirs. Dirck die Heere overgecomen is, soe dat die voorn. Phillips hem opgedragen heeft alsulc recht en toeseggen als hij overmits gifte van myn genad. heer aen dat voirs. lant hadde, gelyck myn genad. heere dat met zijn besloten brieve aen mij en aen Dirck van Zwyeten, bewairre van zynen charteren en registeren, geschreven heeft, met het bevel om Dirck die Heere met dit leen te belenen. Deshalve beleent hij Dirck die Heere nu met ½ van 4½ morgen lants in die Lange slaghen en in die Corte slaghen, oost: Herdeyn Doude, west: die H. Geest binnen Gorinchem en Gysbrecht Ottenz erfnamen, streckende van Pappersgat tot Anthonis Bertelmeus land toe. Ende die 3 morgen gelegen op Rietvelt belend oost: Gheerloff van Diemen Roelofsz, west: Pieter Willemsz en Jan Gysbrechtsz erfgenamen, streckende van der Brootkiste tot der Maelvloet toe. Leen van Arkel, te houden tot een erfleen

present: Aelbrecht, Jan en Willem van Schaeghen, gebroeders, Jan Duijck, leenmannen van Holland, bij gebrek aan leenmannen van Charolais

1524-03-14~ (1523) |

R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Vriesland fol 37v, 39v
Jaartallenindex

op t versouck gedaen die luyden van de reeckeninge in den Hage bij seeckere supplicatie hem overgegeven en gepresenteert van wegen Katherina Jan Claeszdochter, hoe dat wijlen Jan Claesz Sael bij der doot en overlijden van wijlen haarluyder beyder vader bestorven is geweest o.a. in een stuck weylants groot 4½ morgen in de ban van Medemblick, dat heurluyder vader te leen hield van de keizer etc, ende overmits dat de voors. Jan Claesz Sael vóór den overlyden van denselven haren vader ende nae synen overlyden langen tijt uyten lande es geweest, waardoor hij niet tijdig belening gevraagd heeft.... dan onlancx geleden dat hij wijlen Jan Claesz gecomen is in de registercamer van Holland, begerende niettegenstaande het gepleegde versuym, beleend te worden, hetgeen hem vergund is tegen betaling van 5 R gld. Ende tussen middelen tyden dat de voorn. Jan Claesz Sael die een arm schamel geselle was, hem gestelt heeft gehad de Keizer in der oorloge te dienen om seecker solt, om alsoe te recouvereren ende vercuveren die voors 4 of 5 R gld, is deser werelt overleden, waardoor het leen weer aan de Keizer kwam. Katherine als suster en enige erfgename van wijlen Jan Claesz verzoekt nu belening. De rentmeester generaal van Kennemerland en Vriesland, Adriaen Stalpert, rapporteerde dat het land ligt in de Geerweren en zeer laach snood weiland is, groot maar 4½ morgen, belast met grote costen van dykage. Angezien Katherina een arm schamel dienstbode is, zo wordt haar het land verleend tegen betaling van 9 £ Vls, in handen van Crispyn Jansz van Buschuysen, ontvanger van de Espargne. Gedaen in der Camere v.d. reeckeninge in den Hage, 15 Mrt 1523

1648-06-07

R.A.H. O.R.A. 2103 los ingevoegd na fol 168
Transportregister Egmond

Hugo Brasser, baljuw van Harencarspel, verkoopt aan mr Johan Verwer, advocaat te Haarlem, die hofstede tot Egmond Binnen gelegen, en de huysinge, stallinge, timmeringe, bogaert, plantinge, croften teel- en weijland, in het geheel 4 morgen 770 roeden 7 voeten, volgens metinge van Cornelis Claes Bommer en Bartholomeus Verburch, landmeters, den 32 [!] october 1637 [?] gedaen. Eerst de werff daar t huijs op staet met de bogaert en een strookje elst daer benoorden aen gelegen, groot 659 roeden 5 voeten, met conditie dat de cooper de scheydinge daer benoorden aen gelegen alleen moet onderhouden, het elsenbos genaamt "Jan Bramen land", groot 620 roeden 5 voet, den grooten croft, den laen daeronder begrepen, groot 1327 roeden 3 voeten. Alle welcke landen in een block gelegen zijn, in de Suyderbuert, oost: de Heerewech, zuid: Claes Cornelisz, west: de wildernis, noord: de stad Alcmaer en Symon Cornelisz, duinmeier. Item noch een stuckje weydt lant gelegen over de Venne, groot 1364 roeden 3 voeten, met de belasting van 3 gld per jaar aen croongeld, zuid: Jan Heyndricsz, noord: Jan Engelsz, bleker, west: de Egmondervaart, oost: de Heijloër Tochtsloot, waaronder 700 roeden zijn gerekend, gecomen van de abdij Egmond. Koper neemt tot zijn last het restant van een custingbrief groot 426-6-10, die Aeff Jans op het perceel weytlant aan de Venne gelegen, sprekende heeft. Verder neemt hij tot zijn last de vervallen en onbetaalde ongelden en het onbetaalde croongelt van den jare met nog 5-10 te geven tot redemptie van t versuym. Verder ontlast de cooper de comparant van de 2800 gld die hij op dit goed te zynen laste sprekende heeft met de sedert 1644-08-09 onbetaalde rente