1466-07-13 | Castricum

Arch Marquette no 1106/Cartul Assumburg no 255

Jaartallenindex

wij Ave Jan Pieterszoons weduwe mit Zijbout Janszoenshant mijns soens ende mombairs, ende Zybout Jansz voors. voor hem selven, Katrine Jansdochter ende Griete Jansdochter, gesusteren, mit Jacob Reijnerszoens hant ons voichts, neven ende mombairs, oorkonden dat zij met gezamender hand verkocht hebben tot een vrij eigen aan Gherit Banning, poirter tot Aemsterdamme, vier geersse lants gelegen in den ban van Cstricom in Zuyderijsingemade. Daar zij geen van allen een zegel hebben, verzoeken zij Claes Gherijt voor hen te zegelen

1400-01-16 | Leiderdorp

Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 63/Carthuizers St Geerdenberg

Jaartallenindex

schepenen in Leiden oorkonden dat Vranck Diedwijnzoon an d'een zyde en an die ander zide Machteld, zyn wyfs erfnamen, alse Jan Pietersz, Wildijc Petersz, Peter Petersz, Mechtelt Jan Claesz, Heijl Pietersdochter, Kathryn Symons, Matte Noijen, Mat diken Machtel Pottersdochter, Beatris Pottersdochter en Harman Byenz, elk met haars voichts hant, en vertegen van malcanderen mit recht ende mit vonnisse als recht is, ende scepenen wijsden alse van Machteld Vranken voors. doet die God genadich sy. Bezegeld anno 1400, des Vrydages na St Pontiaensdach (vgl 1397-01-13, 1405-10-24)

Peter Gobburgenz en Jacob Vranckenz, schepenen

1541-06-14 |

R.A.H. Coll Aanw 466 fol 27/Leenregister Brederode fol 20v

Jaartallenindex

Reynoult van Brederode oorkondt dat Dirck Henrixz hem opdroeg tbv Adriaen Jansz 1 morgen land gelegen tot Waerder in t westeijnde aldaer an den Swartendijck, gemeen met 2 andere morgen eijgen goet, sijnde belend oost: die westeijnde wateringe, west: Sinte Pancraslaen, in het baljuwschap van Woerden, hoewel in de oude brief staat dat dit land gelegen is in den baljuwschap van Rijnland. Welck landt die voors. Dirc Henricsz gecoft hadde van enen Maria Woutersdochter met Frans Jansz haer voichts hand, die dat van ons te leen te houden plagh. Vervolgens wordt Adriaen ermede beleend tot een onversterfelijk erfleen (vgl 1554-06-13)

Joost die bastaard van Brederode, Ysbrant van Spaernwoude, mannen

1467-02-14 | Assendelft

R.A.H. Coll Roeperpapieren Inv no 74 regest 52

Jaartallenindex

ic Jan Jacobsz doe cond allen luyden, dat ic met Heinrick Jacobsz hant mijns broeders ende bestorven voichts, vercoft hebbe etc aan Willem Eggebrechtsz ⅛ deel van een gaerde lants gelegen in Limburchs weer in den ban van Assendelft, oost: die abt van Egmond, west: Dirck Heijnenz. Verder verkoopt hij aan dezelfde ⅛ deel van ½ van 2 maden gelegen in den ban voors, gemeen met OVr capelle van St Jansstrate [Haarlem] ende is geheten "de Hoge made". Daar hij zelf geen zegel heeft, zegelt Symon van Noertich voor hem (zegel: 3 meerbladen, 2,1, in het midden vergezeld van een klimmende leeuw)

tuygen: Jacob Reijersz en Jacob Jacobsz

1452-04-05 (1451) |

Cartul St Jan Haarlem no 183

Jaartallenindex

schepenen in Delf oorkonden dat Geryt Brec [Vrec ?], Wiven Jacob van Montoirtden weduwe ende Bairte Jacob van Deilsdochter mit hairs voichts handen hebben vercoft Claes Mathijsz, Coen Dirixz en Dirc Jansz ende opghedraghen voir ons in vollen gherecht drie tiendelen van enen erve gheleghen buten der Haghepoort, alrenaest Gerijts, Wiven Bairts voirs. ende Dyedewair Dirc van Deils weduwe huyse ende erve an die noordzijde, ende alrenaest Gert, Wiven, Bairte voirs. ende Dydewair voirs. wintmolens erve an die zuidzijde, streckende uter vairt oistwairts 10½ roeden. Verkopers beloven Claes, Doen [!] en Dirc voorn. vrijwaring. Het hele erf is belast met 10 sc Holl sjaers

Willem Pijn Aelbrechtsz en Jan Vranckenz, schepenen

1460-02-29 |

G.A. Haarlem Inv I no 1633/Cartul H. Geest Haarlem fol 70v

Jaartallenindex

ick Zijmon van der Horst, priester, mit Symons hant van der Lane, mijns voichts, neven ende mombaers, doe condt allen luijden, dat ick in rechter aelmisse etc. geve den H. Geest te Haerlem, eerst 5 ½ gheerse lants in den banne van Utgheest geleghen in Lublincxs weer, belend zuid: Amelburchs campe, noord: dat langhe lant. Item noch 5½ gheerse lants in den banne voers, ende is gheleghen in Mathijs Luijtkens venne, streckende van de Dije an die Hausloot, ende hebben belent zuid: Jan Symonsz, noord: Jan Dirrick Huyshersz, ende bruijct nu ter tijt Gherrit Claes Jansz (vgl 1460-06-23, 1533)

1495-05-05 |

R.A.H. Coll Roeperpapieren Inv 80 regest 75

Jaartallenindex

Andries Claesz, schout in de ban van Heemskerk, oorkondt dat Lou Maertsz, buerman van Heemskerk, waarborg is geworden voor een huijs in de ban van Scoerl, noord: Gheryt Garbrantsz, zuid: Pieter Roel, oost: Dirc Eijltgesz. Welc huijs Symon van Zanen [aan] Heijnric Snel vercoft heeft om 4 R gld des jaars en 2 gouden R g sjaars die daarop te pachte staan. Welck huys en erve Fye Lou Maertszdochter en des voirs. Symons van Zanens weduwe met haar kinderen die zij bij Symon van Zanen ghewonnen heeft, haer kent met Lou Maertsz hoir voichts hant ende met Claes van Zanen haers kinderen voogds hant, van dit voors. huijs wel betaelt te wesen. Lou Maertsz treedt op als borg voor zijn dochter voor de vrijwaring

Ysbrant Pietersz en Willem van Veen, schepenen en tuygen

1471-08-20 | Nieuwerkerk

G.A. Haarlem Cartul Carmelietenklooster Haarlem p 54

Jaartallenindex

ic Jacob van Assendelf, schout van Rieck ende van Nuwerkerck met zijn toebehoren, doe kont, dat voor my gecomen zyn Jacob Mathysz voor hem zelven ende Maritgen Claes die Voechtsdochter met Jacop Mathys voirs, haar man als voogd, ende geloofden en wairden voer Aecht Claes die Voichts wedue, ende hebben bewyst over gegeven ende quytgescouden totten vrijen eyghen den twee conventen binnen Haerlem: van O.L.Vr broederen oirden ende van den Prediker oirden, als voor haar beyder ende haere beyder ouderen eeuwige memorie in beyden conventen voirs. 3 maden land gelegen inde ban van Nuwerkerk, west: Dirck Matheeusz, zuid: Kerst Reyntgensz, oost: die Groenedyck, noord: Willem Claes Dircksz. Hierbij en over hebben geweest als tugen: Jan Albout en Symon Geryt Loonz. Bezegeld door Jacob van Assendelft

1464-05-19 (2) |

G.A. Amsterdam Inv B.W. 573a regest 486/Arch Carthuizers bij Amsterdam fol 52

Haarlem Algemeen

scepene in Hairlem oorkonden dat Zweder, Heynric, Claes, Geryt mit Zweders hant voirsz zijns broders ende voichts, ende Jacob, alle Boudyn Albouts kinderen wijens ziele God ghenadich sij, gezamenderhand verkocht hebben aan de Carthuizers bij Amsterdam een zate lants mitter huijsinge ende geboemten die dair nu ter tijt op ende in staen mit allen zinen toebehoren alzo groot ende alzo cleyne als Boudyn Albout voirs. dit int laetste van sinen lijve to behoren plach, gelegen in die prochie van Hairlem ende binnen den ban van Adikendamme, ende belent hebben zuid: mit eygen ende mit erve Jan Jordensz ende Mercelije Jordensdochter tezamen, noord: Wouter Gheijen erfnamen, streckende van der Spaerne westwert an die Vreedsloet. Op verzoek van genoemde broeders zegelt Dirc Jan, schout in den ban van Adikendam, voor hen (vgl 1413-10-22)

Allijn Claesz en Heynric van Hillegom, schepenen

1493-03-27 | Beverwijk

Cartul St Jan Haarlem no 1089

Jaartallenindex

schepenen in Beverwijck oorkonden dat voor hen kwam Joost uten Haech als een bode der stede van Beverwijck ende tuichde bij zijnen eede dat hij na der voirseyt kuere openbair op 3 Sonnendaghe in die kerke van Beverwijck onder hoemissen gheboden ende gheroepen heeft dat Jan Wigghersz een huis ghecoft heeft mit een scuere ende mit 2 crofte lants ende mit 3½ stuver sjaers die die commenduer dairop heeft van Geertruut van Scoten, mit haar Voichts hant, staende ende legghende binnen der vriheijde van Beverwijck, streckende voir van der straet achterwarts an die Coninxwech, ende belent hebben noord: Roel Jansz, zuid: de voorn. Jan Wigghersz, streckende voort van die Coninxwech achterwerts an die Lijtwech ende belend hebben noord: die nonnen, zuid: die voorn. Jan Wigghersz en Dirck Symonsz, ende voirt van die Lytwech an die cleine beeck, ende belent hebben die nonnen an beyden zyden

Marten van Buten en Ludolf Adamsz, schepenen