3 resultaten
1452-05-13 |
Genealogie van der Does Voorburg fol 63/Familiearchief Bredius/Leenregister Wassenaar B fol 94
Jaartallenindex
Johan here van Wassenaer doen cont te weten mit desen onsen brieffve, want Bartholomeus van der Does onse neve alsoe t'achteren, belast ende becommert is, dat hij syne medegave in huwelycker voorwairde mit Juffr. Iden sijne gechte wive van Jan van Muylwijck haren vader gegeven ende bewijst tot 00 (?) Bourg. scilden, vervreemt ende vercoft heeft om hemselve mede te behelpen uijt synen lasten ende sculden te coomen. Soo heeft deselve onse neve voirs. joncr. Yde, sijn wijve, ende haere erfgenamen verseeckert ende bewijst 50 der schilden sjaers op alle sijne leengoeden die hij nu van ons houdende is gelegen te Zwindrecht, te betalen alle jaer op St Jansmisse middezomer en dat Bartholomeus confirmatie hiervan verzocht heeft. Hebben daeromme onse neve voors. te helpen, naevolgende t verbant van sijnre huwelycxe voirwaerden sijne wijve haer erfgenamen, indien daer geen en waren Jan van Muylwyck, Cornelie sijnen wijve ofte den langstlevenden van hen beiden deze 50 schilden op Bartholomeus leengoed in Zwijndrecht geconfirmeerd. In margine staat: van dese 50 schilden heeft Philips van der Does gelost 25 scilden van Geryt mr Jan Bomenzoon, blykens brief dd 1490-01-02
1456-11-06 |
Arch Grote Gasthuis Haarlem no 46/30/St Elisabethsgasthuis Haarlem
Haarlem Algemeen
scepene in Haerlem oorkonden dat Jacob Garbrantsz die hoedemaker en zijn vrouw Oede Jansdochter met haar man als haar voogd, erkennen zij dat zij om zaligheid van hun zielen besproken hebben aan de kerkmeesters totter prochij kercken behoef den gasthuismeesters van St Elisabethsgasthuys tot des gasthuys behoef, den convente van OVr broederen ende den convente van den minrebroeders van den observantie, allen binnen Haerlem, tezamen, na hun dood, die huysinge mitten erve gelegen in Jan Beecken steghe twischen mr Huijge van Assendelf, priester, an die ene zijde, Jan van Berkenroed ende Symon die stillegancmaker an die ander zijde, afterwaerts streckende an Jelis Pietersz ende an Adriaen Coppijn die zangerszoen. Belast met 3£ Holl sjaars. Des zo zijn voorwairde dat die Goedshuysen voirs. sullen doen betymmeren an denselven goedshuysen elck in den zynen alle zulke gelden alze comen zullen van den huyse ende erve voorscr.
Garbrant Claes Pellegrimsz.z (zegel: een zwaan, rechts boven vergezeld van een St Andrieskruisje) en Geryt van Noirtich (3 meerbladen, 2,1), schepenen
1562-05-26 |
R.A.H. Coll Aanw 133/I fol 13v
Jaartallenindex
compareerde voor den Hove van Holland jhr Heijndrick van Raephorst en verzoekt willige condemnatie op het geinsereerde accoord dd 1559-07-27, waarbij Christoffel van Roerda voor hemzelf en vanwege zijn moeder jvr Jel van Roorda voor haar en van wege hare kinderen bij wijlen Schelte van Roerda geprocreert, daarvoor de rato caverende, ter ener zijde, ende Heyndrik van Raephorst en zijn vrouw jvr Juijck van Roerda, zijn zwager en suster, ter andere zijde, accorderen ende door t rechte van desen dat seeckere hilixe voorwairde in dato 1553-10-11 bij den voors. jvr Jel van Roorda van wege de voors. Juijch van Roorda, echte huisvrouw van Heyndrick van Raephorst er eenre-, ende de voors Henrick van Raephorst gemaect, dood en teniet zullen zijn mits dat Christoffel van Roorda in der voors. qualiteit uijt zyn eygen goed den voors. Heyndrick van Raephorst en zijn vrouw Juijch betalen zal alsulke 3000 gld die in de huwelijksvoorwaarden beloofd waren. Hendrik en zijn vrouw doen dan afstand van de erfenis van haar vader en de toekomstige erfenis van haar moeder. Hij zal daaruit het kind of kinderen bij de jvr Juijch geprocreert, moeten alimenteren, ende na zyn dood goed te erfenisse elx te laten also vele als hij zijn voordochter bij jvr Clara van Renes geprocreert, te erfenis laten zal. Jvr Juych zal haar man uit haar goed moeten maken een duarie van 25 Kar gld per jaar. Het Hof van Holland verleent willige condemnatie op deze overeenkomst
mr Cornelis Suys, here van Ryswyk, president, Maerten van Naerden, Quiryn Weytsz, Adriaen v.d. Hoef, Nicolaes v.d. Laen, Reynier Moens; borgen: voor Christoffel van Roorda is Tjaling Riemersma borg, op verzoek van Hendrik en Juijck mede bezegeld door de eersame Anthonis van Egmont en Dielof Adriaensz, schout van Eslikerwoude, gedaen op 27 juli 1559