1473-06-09 |

Bronnen Gesch Abdij Rijnsburg regest 905; G.A. Leiden Arch Klooster Marienhave

Jaartallenindex

Elisabeth van Mathenesse, abdis van Rijnsburg, oorkondt dat Jan Voppensz haar heeft opgedragen 14 hond land aan den Ouden Dam te Oestgeest en 2 morgen aan den Hofdyck aldaar, en dat zij vervolgens Arent Heerman hiermede ten erfleen heeft beleend (vgl 1482-09-11)

Dirc Voppenz | 1394

Rek Baljuw Rijnland 1394 fol 4, p 50

Voornamenindex

heer Dirc Voppenz: ten zuiden van de Rijn: Snedelwyc, Groensvoort, Middelburg, Splinters voet heren Dirc Voppensz ambacht, niet

1495-02-25 (1494) |

G.A. Heemstede Reg Holland van Heemstede no 67 (no 465) fol 121

Jaartallenindex

Max. en Philips oorkonden dat, na opdracht door Bouwen Voppensz, zij Wolfaert Aelbrecht Symonsz beleend hebben met de lenen die Bouwen placht te houden: 1) een camer met een boomgaert in de ban van Heemstede, an d'een zyde: de huijsinge die men van Geryt van Heemstede pleecht te houden, an d'ander zyde: t lant daer die capelle op staet, tot een onversterfelijk erfleen; 2) 5 morgen land gelegen in Bennenbrouck in de ban van Heemstede, tot een erfleen

mannen: Dirc van Boneem, Jan Croec, Floris van Wyfvliet

Thin | 1520-1521

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl III dossier 298

Achternamenindex

Margriete Willem Thinsdochter, wonende te Schoonhoven, contra haar man Willem Voppensz; bij sententie van 1520-12-05 gelast het Hof dat Willem haar goederen zal beheren, zij weigert dit en moet in gijzeling gaan, maar doet dit niet; zij krijgt een boete, gaat in beroep bij de Grote Raad

1483-01-12 (1482) |

Ms Op Straten v.d. Molen dl III fol 787

Haarlem Algemeen

Bekesteyn. Schepenen in Haerlem oorkonden dat Jan Voppensz aen d'een zyde en Berchtlant Pietersdochter met haer vader en voogd Pieter Pietersz ter andere zijde, huwelijksvoorwaarden aangegaan zijn. Jan Voppensz brengt o.a. in die wederhelft van twee stucken lants, daer de andere helft toebehoort aan zijn broederswijff. Verder een rente opeen huis en erf dat nu ter tijd bewoont Jan van Dueren. Berchtlant Pietersdochter brengt in haar moeders erfdeel: ten eersten de helft van etc daer haer suster Geertruid Pietersdochter die wederhelft toebehoort. Item noch ½ etc gemeen met Meijnart Boen, daer oock de wederhleft aan haar suster Geertruid toebehoort. Ende daertoe noch een huysinge etc in de Batte Jorisstraet, tusschen aen d'een zijde: Dirck Spijcker, aen d'ander zyde: Gael Claesz erfgenamen

Barwout Barwoutsz (zegel: 3 eselsoren, 2, 1 [lussen]) en mr Pieter Ballinck, doctor, schepenen

Arkel, van | 1394-01-20

Codex Dipl Neerl dl 1 no 91 p 136/Arch Buren

Achternamenindex

prior en convent van de Carthuizers te Amsterdam oorkonden dat zij aan heer Johan van Arkel heer van Hagesteyn verkocht hebben het huis en erf gelegen in Den Hage tussen de heren Dirc Voppensz,deken van St Marie in Den Hage en heer Philips van Wassenaaers huis en erf op de oostzijde, voor 900 vrijer Gelrese gld

1459-11-15 |

A.R.A. Copie Leenkamer 39 fol 11/Leenkamer 117b/Reg Charolais fol 6v

Jaartallenindex

Anthonis Michielsz oorkondt dat q.q. voor mij kwam Ave Gheryt Meuszdochter met haar man Aernt Melijsz als voogd en opdroeg tbv Adriaen Gherytsz ½ van een viertel lands in Strevelandt, streckende van der Lecke totter kade toe, nu belend west: Lourens Meusz erfnamen, oost: Wouter Voppenz erfnamen, daer Floris Boc [Bot ?] Seghersz die andere helft van de heer van Charolais in leen houdt, als leen van Arkel. Vervolgens wordt Adriaen beleend als leen van Arkel tot een recht erfleen. Leenkamer 117B: de heer van Charolais oorkondt dat Ave Gheryt Meuszdochter met haar man Aernt Melysz als voogd hem heeft opgedragen tbv Aeryaen Gherytsz, ½ van een viertel land in Strevelant, streckende van der Lecke totter kade toe, belend west: Lourens Meeusz erfnamen, oost: Wouter Voppensz erfnamen. Daer Floris Bot Segersz van minen here die ander helft in leen houdt

present: Gheryt van Assendelft, mr Henrick van der Mye, leenmannen van Charolais, Jan Ruychrock, leenman van Holland

1540-09-17 |

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 p 408 no 17/Arch St Ceciliaklooster Haarlem

Haarlem Algemeen

Geryt Steffensz en Claes van Huessen (met hun zegels) doen uitspraak in het geschil tussen het St Ceciliaconvent en de H. Geest te Haarlem over een rente van 2 g Eng nobelen, dewelcke de H Geestmeesters den voorn. convente gehouden souden sijn jaerlycxs op tie H. Kersavont te betaelen uyt zeeckere 5 maden lands den H. Geest gegeven bij wijlen Dirck Voppensz en zijn vrouw Alydt Jansdochter, onder den last van 2 missen per week, als blijkt uit den brief dd 1445 s Woensdaechs nae St Jansdach decollatio. Voogd voor het convent is Jeronimus Wis. De arbiters beslissen dat de H. Geestmeesters jaarlijks de 2 gouden Eng nobelen aan het convent zullen moeten voldoen. Onderteekend door Aelbrecht Claesz Raet, notaris. Vastgehecht aan stukken dd 1445-08-23 en 1445-09-01

1450-11-29 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters p 302 regest 11/Klooster St Ursula Delft

Jaartallenindex

Geertruyt Geryt Janszdochter, de bagijn, en haar broeder Claes Gerytsz, verkopen aan Dirc Huge Dircsz ½ van 11 hont land in Zuyt Mazelant (vgl 1499-07-09)

zegels van Jan Jacob Jacobsz, Dirc Jan Voppensz

Jonge, de | 1453-04-28

V.R.O.A. 1925 dl I p 218 regest 100/Inv Klooster in de Hem bij Schoonhoven no 128; Bissch Arch Haarlem/Cartul Klooster inden Hem Inv no 119 I fol 37 no 119 II fol 32v

Achternamenindex

schout en heemraden van Berchambacht oorkonden dat Aert Mathijsz schuldig is aan Claes Gheritsz een jaarlijkse rente van 1 gouden Dordrechtse kroon, uit huys ende 2 ½ morgen land, gelegen ten noorden van de Kerkweg, belend oost: Andries kinderen, zuid: aen een camp lants an den Kerckwech oec Andrieskinderen, noord en west: Goessen Jacobsz en Wouter Dircsz

Gheryt van Lis, schout, Florys Gherit Jonghenz, Dirck Jansz, Wouter Gherytsz, Reyner Dammaesz, Willem Jacobsz, Heijnrick Voppensz en Feijs Snoeijenz, heemraders