334 resultaten

Boekel/Bokel | 1323-07-07

Reg Rotterdam en Schieland no 311
Achternamenindex

Gheraerd van Heemskerke, ridder, verklaart in erfleen gegeven te hebben aan Diederic Bokel uter Nesse 47 morgen land, gelegen ter Spange, die hij van hem in leen had. Aantekening: "noch Wouter van Matenesse op wien het leen later verstorven is"

Uytternesse

Boekel/Bokel | 1323-12-11

Reg Rotterdam en Schieland no 317
Achternamenindex

Adolf bisschop van Luik, verklaart dat voor hem terecht zittende in de tuin van zijn paleis te Luik, verscheen heer Johans de Chierf, ridder, die een brief deed lezen dat Johans del Donc, die van den bisschop van Luik de tienden der kerk van Ramesdonck met toebehoren in leen hield, huwde met Maha (Machteld) tevoren vrouw van Leo de Tule en moeder van Jehan le Voweit (Voogd), bij welke vrouw Johan del Donc een dochter (Machteld) verwekte, die haar vader en moeder overleefde en voor wie Williames de Uter Nesse, broer van Johan del Donc, als voogd dit leen ontving, dat deze dochter is overleden en Johan del Donc geen andere kinderen had, waarop Johan le Vouweis het gezegde leen heeft verzocht, dat hiertegen Thieris Boecle, heeft aangevoerd dat dit leen op hem was vervallen omdat hij een bloedverwant was van genoemde Johan del Donc, zijnde hij toch diens broeders zoon, en dat na lezing van deze brief, overeenkomstig het gevoelen van Johan le Chierf vonnis is gewezen ten gusnte van Johan le Voweis

Uytternesse

Boekel/Bokel | 1325-07-29

Reg Rotterdam en Schieland no 338
Achternamenindex

Jehan le Chier, ridder, verklaart dat hij vonnis ingebracht heeft in het geschil tussen Johan le Voweit en Tyri gezegd Bokel, over het leen, gehouden van de bisschop van Luik

Uytternesse

Boekel/Bokel | 1325-07-31

Reg Rotterdam en Schieland no 359
Achternamenindex

Adolf bisschop van Luik verklaart dat in het geschil tussen Theodericus Bokel uter Nesse enerzijds en Willelmus zoon van Willelmus van Kessele, ridder, als voogd van Johannes Advocatus, zoon van Leonius de Tule, destijds minderjarig, anderzijds, over het leen van Raemsdonc, hetwelk Johannes de Donc van hem in leen hield en na zijn dood overgegaan was op zijn dochter Machteld, welke hij had bij Machtilde, tevoren echtgenote van Leonius en moeder van Johannes Advocatus, aan deze laatste dat leen is toegewezen als naaste bloedverwant van zijn zuster, dat het echter niet de bedoeling bij dat vonnis is geweest, de rechten van de leenmannen welke deze aan de voorgangers van genoemde Johannes de Donc ontleenden, te verkorten

Uytternesse

Boekel/Bokel | 1325-09-29

Reg Rotterdam en Schieland no 340
Achternamenindex

Geraerdt, pastoor der parochie te Hillegartsberghe en Didderick Buekel uter Nesse verklaren als uitvoerders van het testament van heer Jan van Meerlijn, in leven persoon te Ouderscye, het volgende overeengekomen te zijn omtrent het nagelaten land, gelegen tussen het land van vrouwe Ane Arnouds en dat van Willem Clarissensoen, waarvan het noordeinde strekt tot aan de Schyedijk en het zuideinde tot aan de Spaaanse weg in de parochie van Schie en in heer Ogiersambacht van Cralingen. Degene die dit dit land gebruikt, zal betalen 40 sch aan het altaar dat heer Jan zelf gesticht heeft en 10 sch aan de persoon van Schie, benevens jaarlijks een pond aan heer Geraerd van den Berge, na diens dood aan de parochie ten Berghe. De overige inkomsten van dit land zullen komen aan de kapel die Diederick Buekel beloofd heeft te stichten in de kerk van Schie. Diedderick Buekel uter Nesse verklaart bovendien te geven een stuk land, gelegen tussen Aelmarsland aan de noordoostzijde en het land aan Jan van der Spange en Jan Hoec gemeen aan de zuidwestzijde van de weg die naar de Schiedijk loopt, strekkende tot de wetering in Matenesse

Uytternesse

Boekel/Bokel | 1325-10-17

Van Mieris II p 364, fol 325/A.R.A. Leenkamer 7 fol 45/Reg E.L. 6 Zuidholland
Achternamenindex

talrijke ridders, waaronder heer Otto van Asperen beslissen het geschil over het stapelrecht tussen Dordrecht en de andere steden van Holland

Jan, bisschop van Utrecht, Jacob bisschop van Zuden, Nicolys abt van Middelburch, Gherit van Voorne, Guije van Vlaenderen, heer van Putthe, Pieter heer van der Lecke, Ghisebrecht van Ysselsteyn, Jan van Cruninge, Hugheman van Zevenbergen, Steven van Nieuwenvelde, Aerndt van Yselsteyn, Jan van der Dussen, Daniel van der Merwede, Otto van Asperen, Willem van Wyffliet, Cleys van der Merwede, Harperen van Riede, Costyn van Renesse, Claijs van Cats, Claijs Kervingh van Reymerswale, Dirck Bokel, Jacob van Moerdrecht, Jacob van Scobben, ridders

Boekel/Bokel | 1325-10-26

Reg Rotterdam en Schieland no 342
Achternamenindex

graaf Willem verklaart, nadat heer Dieric Bokel, ridder, hem heeft opgedragen de tiende van Rotte, die hij van hem in leen hield, tbv heer Gerard heer van Voorne deze daarmee te hebben beleend

Boekel/Bokel | 1326-03-05

Reg Rotterdam en Schieland no 344
Achternamenindex

graaf Willem verklaart, dat met zijn toestemming Jan Bokelsz uten Broke aan zijn echtgenote Erkenrade tot haar lijftocht gemaakt heeft de helft van 6 morgen land in de Etscampe,belend noord: land van de jvr uten Broke, zuid: Katherine Vranken Kerstansz weduwe, strekkende het oosteinde tot aan de nieuwe weg, en haar daarin te bevestigen. Vgl 1346 en 1369-11-23

Boekel/Bokel | 1327-07-27

Reg Rotterdam en Schieland no 354
Achternamenindex

graaf Willem verklaart goed gevonden te hebben dat in het geval dat heer Dieric Bokel, ridder, kwam te sterven zonder wettige zoon na te laten, al het leengoed dat hij van hem houdt, uitgezonderd het ambacht Rotterdamme en al het goed dat hij van hem houdt binnen dat ambacht, met de Waard voor Rotterdamme en al de scoenesse die dat ambacht toebehoort, zal vererven op Agniese zijn wettige dochter

Boekel/Bokel | 1327-08-01

Reg Bisschoppen van Utrecht no 782
Achternamenindex

Zwederus de Vianen, ridder, schenkt aan de kapel die zijn ouders op hun goed te Vianen gesticht hebben en waarvan hij patroon is: - 12 morgen land in Sliterhoeven in de parochie van Gasperde, vroeger eigendom van Wilhelmus de Sliterhoeve, - 7 ½ morgen land tussen land van Theodericus Bokel, ridder, zoon van zijn zuster, en land van Hermannus de Sliterhoeve, - 4 ½ morgen tussen land van deze en van hemzelf