Doortoge, van der | 1309-11-23

Reg Rotterdam en Schieland no 201

Achternamenindex

Jan Hone en Gherryd Boot, schepenen in Haarlem, oorkonden dat Florens van der Doertoghe, voogd van jvr Biatrijs dochter van wijlen heer Dirc van der Doertoghe, voor hen verklaarde dat heer Gherryd die scoelmeester hem betaald heeft 80 £ Holl, den grooten Tournois gerekend voor 8 penningen, voor het land dat hij van hem als zodanig kocht en dat gelegen is aan de Dortoghe, en bezegelen met Florens het stuk

Bergen, van | 1544-10-20

R.A.H. Coll Aanw 517 fol 154/Leenboek Egmond D

Achternamenindex

Lamoraal beleent Pieter Symonsz van Bergen met 6 sneesen en 10 roeden land gelegen in de ban van Bergen, belend west: Pieter Dircsz met zijn mede erfgenamen, zuid en noord: de gemene notweg, west: de gemene weg, hem als oudste zoon van zijn vader Symon Arijsz aanbestorven; eed gedaan t.o.v Vrank Boot, bewaarder der lenen, Vranck van der Houve, Joost van Veen, leenmannen van Holland; 1578-09-26: Pieter Symonsz de eed vernieuwd

Harst, den | 1531-02-15

R.A.H. Coll Aanw 517 fol 2v, 50v, 51/Leenboek Egmond D

Achternamenindex

voor Vrank Boot als bewaarder van de lenen van Egmond is gecompareerd heer Johan Hermansz, priester, en droeg op die smaltiende gelegen tot Monster en tot Wateringe, zoals hij die nu gebruikt en in leen houdt van Egmond, tbv Clara Henricsdochter, vrouw van Gerrit Dircsz den Harst, die er vervolgens mee beleend wordt tot een onversterfelijk erfleen, haar man doet hulde; 1535-02-17: Clara Henricsdochter draagt deze smaltiende te Monster en Wateringen op en vervolgens wordt mr Jacob de Jonge, meester van de reeckeninge in den Hage, ermee beleend

present: Gerrit van der Laen, leenman van Egmond en Ysbrand Thou Aerntsz, leenman van Holland; leenmannen: Vincent Dammasz, Willem Pynsz, Jan Hendricks

Egmond, van | 1533-03-17

R.A.H. Coll Aanw 517 fol 31/Leenboek Egmond D

Achternamenindex

Otte van Egmond van Kenenburgh Adriaensz, oud ca 36 jaar. Nota: in deze brief is begreven dubbele belening te wezen van Otte van Egmond en W. Thomassen, een dubbel recht daarvoor betaald; Otte van Egmond van Keneburg Adriaensz is beleend met 10 morgen land in het land van Ysselsteyn, zoals Adriaen in zijn leven van Egmond in leen hield. Vervolgens heeft heer Otte dit leen opgedragen tbv Willem Thomasz uit Benschop, die er vervolgens mee beleend wordt; Willem Thonisz doet de eed in handen van Vranck Boot, bewaarder van de lenen van Egmond

Persijn | 1722-01-17

R.A.H. Not Arch Edam 631, 632

Achternamenindex

testament van Marten Persijn, koopman te Edam, ziek te bed liggende: hij herroept het testament dd 1698-05-11, met zijn vrouw verleden voor notaris Jacob Ketel te Monnikendam. Hij institueert zijn zoon Gerrit Persijn in zijn blote legitieme portie; zijn zoon Jacobus Persijn wordt universeel erfgenaam, onder voorwaarde dat hij blijft wonen in het huis van zijn vader, met dezelfde nering. Executeurs: Claas Dekker en Roelof Boot. Trijntje Burgers, moeder van de kinderen mag zich niet bemoeien met de voogdij over de kinderen en de administratie. 1725-12-17: hij passeert een procuratie

Rijswijk, van | 1569-01-27

R.A.H. Coll Aanw Caput Lecke fol 73

Achternamenindex

lenen van geconfisqueerde heerlijkheden: Joest van Rijswijck houdt, na dode van zijn vader Joost, van de heerlijkheid van der Lecke 1) 7 ½ morgen 1 hont in het gerecht van Uytwijk en Rijswijk, waarvan 3 ½ morgen in Rijswijk, belend noord: de Rijstege, oost: de vicarie van St Cathrijne tot Worcum, zuid: klooster van Bern, west: de pastorie van Rijswijk, waarvan 3½ morgen te Uytwijk, belend oost: Geryt Thonisz, zuid: Philips Uytwyk en Philips Weyburch, oost [!]: Geryt Adriaensz, noord: Jacob van Ryswijk en het klooster Eemsteyn; 2) 2 morgen hoeclant te Uytwijk, belend oost: de erfgenamen van Pieter Jansz te Worcum, zuid: de Ryswykse stege, west: Jan Baerntsz Boot, noord: Joost zelf; 3) 10 hont te Uytwijck, belend oost: de erfgenamen van Pieter Jansz, zuid: Joost met de 2 morgen, west en noord: Jacob van Ryswijk; jaarlijkse opbrengst ± 55£

Bije, van der | 1524-1531

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 326

Achternamenindex

Gerrit Jorisz van der Bije, advocaat hij het Hof van Holland, gehuwd met Anna van der Bije, verkocht 1519-09-20 rente om land bij Delft, tussen Den Haag en Rijswijk, te Alkmkerk in het land van Altena en op Putten en bleef 1 jaar in gebreke met betalen; 1521-11-4: hij werd door het Hof van Holland veroordeeld; 1523-11-18: eisers kregen mandement van executie tegen hem; de executie van 10 morgen bij Delft misllukte, omdat deze met andere renten bezwaard waren; darna op de helft van 17 morgen land bij den Haag, doch deze waren leengoed van Mariken van der Bije, die deze geerfd had van haar moeder Anna; nu executie op de 40 morgen bij Almkerk: mr Francois Cobel voor zichzelf en als voogd van Mariken van der Bije en mr Frans Boot beweren ook rechten op dit land te hebben; 1528-1530: Gerrit Jorisz [van der Bije] gaat in appèl tegen een vonnis ten nadele van Ewout Dirksz, voor wie Gerrit borg is