Borssele, van | 1317-03-20 (1316)

Van Mieris II p 171, 172

Achternamenindex

uitspraak van graaf Willem over Jans van der Westkerke's dood tussen zijn maghe en helpers aan de ene zijde en Gillis van Baersdorp, heren Floris van der Vere, Wouter en Jan van der Maelstede aan de andere zijde: Gillis van Baersdorp was een aanstichter van het doden van Jans van der Westkerke en werd daarom voor eeuwig verbannen,"ende hi selve binnen vrede die eerste steke gaf, so sel Gillis over die misdaet varen in 't land van Chipers sonder nemmermeer te kerne". Heer Florens en de anderen niet, wel moeten zij 30 £ per jaar betalen in renten op een vrij erf te Scherpenisse, voor het stichten van een kapel te Westkerk, voor de ziel van de vermoorde. Zij moeten een bedevaart maken naar St Jacop in Galicië en Jan van Maelstede moet zich in gijzeling naar Medemblik begeven. Ook moeten zij aan Janne van der Westkerk 1000 £ zw Torn betalen en aan de graaf 4000 £. De tegenpartij moet afstand doen van al zijn klachten en aan Jan van Arnemuiden 30 £ betalen

Borssele, van | 1317-04-06

Reg Hann p 72

Achternamenindex

graaf Willem oorkondt dat zijn zuster, de vrouwe van der Vere, weduwe van Wolfert van Borssele, zolang zij voogdes over haar dochter Kateline blijft, 90 £ Zw Tourn zal betalen aan vrouw Beatrix, echtgenote van Gerard van Heemskerk, met een overeenkomst tussen de vrouwe van der Veer en Huge Bakenz. wegens haar geschil met de vrouwe van Heemskerk

Borssele, van | 1317-04-26

Van Mieris II p 184

Achternamenindex

graaf Willem bevestigt het klooster Porta Coeli in haar voorrechten

in presentia: Gherardi de Vorne, Johannis de Cruninghen, Florentii de Vere, Gerardi de Heemskerke, militum; magistri Johannis de Florencia, Nycolai de Vere, Baldwini et Ludowici de Maelsteden, Wilhelmi de Leydis, armigerorum, Wilhelmi de Duvenvoorde, camerarii

Borssele, van | 1319-04-01

Reg Hann p 79/Orig te Ryssel/v.d. Bergh I 123

Achternamenindex

graaf Robert van vlaanderen vermaant Florens van Borselen en zijn vrienden zijn rechten in Holland en Zeeland te handhaven, onder belofte van schadeloosstelling

Borssele, van | 1320-05

Navorscher 1918 p 40, 41, 42

Achternamenindex

Maria van Borsselen, abdis van Loosduinen, oorkondt dat Jan Ommeloop aan het klooster 4 £ Holl en 4 schell opgedragen heeft: "dats te verstaene op veren Aechten Serres huys ende hofstede" 10 schell jaarlijks; idem van de non ver Catrinen van der Woude 24 £ Holl

Borssele, van | 1322-03-29 (1321-04-06)

Van Mieris II p 251

Achternamenindex

huwelijksvoorwaarden van Hendrik van Brederode met jvr Ysenbeel van Fonteynes

zegelaars voor Hendrik: Pieter van der Lecke, minen heren oem, Ghisebrecht van Ysselstein, Florens van Bersele heer van Scoudee, Daniel van der Merwede, Simon van Benthem, ridders; Janne van Arcle, Henric van der Lecke, Willem van der Woert, knapen

Borssele, van | 1328-07-24

Van Mieris II p 463

Achternamenindex

verdrag tussen graaf Willem en heer Sweder van Abcoude, ridder, waarbij de graaf belooft zijn nicht jvr Cibelie heer Wolfaertsdochter (van Borssele) ten huwelijk te zullen geven aan heer Sweder's neef Jan van Culemborg; uit de oorkonde blijkt dat haar vader en oom dood zijn, haar moeder leeft nog

borgen voor heer Zweder: Janne van Arkel, Ghisebrecht van Ysselsteyne, Sweder van Vianen, Aernt van Hoekelem, Jan heren Arntssone van Hoekelen, ridders en Dieric van Jutfaes, knape

Borssele, van | 1330-11-11

Rek Hen Huis I p 123

Achternamenindex

ontvangsten van Jan heer Gilliszoon, rentmeester van Zuidholland: -ontvangen van land buiten Dordrecht, van Cleis van Bersele van der Zidewinde an die Mathana 40 sc

Borssele, van | 1331-05-04

Van Mieris II p 517

Achternamenindex

voor de vierschaar te Middelburg verschenen ter ener zijde heer Florens van Borsselen, Jan van der Maelstede en die van Goes, ter andere zijde de vrouwe van Wissenkerke met haar zoon Wolfaert, met die van Wissenkerke, over de dijk van Goespolder, hoe men die bedijken zou/over het onderhoud van de dijken van Goes

Borssele, van | 1331-05-22

Van Mieris II p 517

Achternamenindex

de heer van Voorne eist van heer Florens en Claise van Borselen de lijftocht voor zijn moeder de vrouwe van Voorne, toen zij nog in leven was. De broers van Borselen antwoordden dat zij niets schuldig waren, daar de vrouwe van Voorne overleden is voor de uitbetaling. De graaf doet na overleg met zijn Raad uitspraak: de broers Florens en Clais zullen aan de heer van Voorne betalen: "toit onser vrouwen daghe te half oukste naist comende, terden deel van 1300 £ ..."

Raad: Janne van Heynegouwen, Walraven van Liny, de heer van Pottes, meester Heynric van Gheldenake, meester H. den Losen