Slingeland, van | 1536-10-12

Partic Leenkamer Asperen 1 fol 55v

Achternamenindex

de heer van Asperen beleent Govert van Slingelant als man van Anna Jan van Leeuwensdochter met ½ camp in de Vyffhoeven, onderdeeld met Jan Ottenz van Couwenhoven gelegen in die hoeff van t cleyn hockgen in liyt, haar aanbestorven van haar broer heer Gheryt van Leeuwen, priester

mannen: Floris van Beesdt, Peter Willemsz Holl

Does, van der | 1410-03-15

Arch Kloosters Leiden dl I regest 235

Achternamenindex

Alyt [van de Does] weduwe van Dirc van Zijl erkent met toestemming van haar zoon heer Gheryt, haar schoonzoon Coen van oesterwijc en haar dochter jvr Badeloge [abdis van Leeuwenhorst] verkocht te hebben aan de Regulieren te Leiderdorp 2 ½ morgen land tussen hun klooster en het Cleyn Mantelland aldaar

zegels van: Heynric van der Does, Gheryt van den Zijl, ridder, Koen van Oesterwijc

1e zijtak

Alkemade, van | 1403-06-25

Arch Kloosters te Leiden regest 166/Engelendaal Inv no 672

Achternamenindex

Daniel de Bruyn Pieterszerkent verkocht te hebben aan het klooster van de Regulieren te Leiderdorp 5 hond land uit een stuk van 17 hond, genaamd het Cleyn Mantellant, met een huis daarop, tussen het Grote Mantellant, Ottencamp en Papencamp in Leiderdorp. Met zegel van Dirc van Alcmade Heynricsz

Brienen, van | 1612-04-13

Ned Leeuw jg 1913 p 100; Notaris van Zijp Leiden reg 164

Achternamenindex

ondertrouwd te Leiden: Adriaen van Lanscroon en Wendel van Brienen; 1626-02-08: compareren jhr Jacob van Lantscroon, heer van Kyffhouck als voogd van vaderszijde over de kinderen van Adriaen van Lantscroon en Wendelmont van Brienen; het leengoed Cleyn Colverschoten wordt op de enige zoon Franchoys van Lantscroon verheven

Cralingen, van | 1423-01-26

Reg Rotterdam en Schieland no 2149

Achternamenindex

Johan schenkt aan Danel van Cralingen en Lysbet van Roodenryse [verschrijving voor Vleuten, van ?] ter gelegenheid van hun huwelijk 80 Engelse nobels per jaar uit zijn tiende, visserij en andere goederen te Zwijndrecht en in Cleyn Riederwaart, met bevel aan zijn rentmeester van Zuidholland dit geld jaarlijks uit te betalen aan Danel

Schoten, van | 1511-04

G.A. Haarlem Transportregister 76/11 fol 62v

Achternamenindex

Symon [Symonsz] van Schoten verkoopt aan Dirk Gerritsz ¼ van een stuk land gelegen achter het Droncken huiske in de ban van Heemstede, waarvan de andere helft reeds aan Dirk Gerritsz toebehoort, also groot en cleyn tselve belend is, streckende an de Vaart, al vrij; in margine: genoemd de lange Achter [= lange acker ?]

Beest, van | 1347-01-26

Cartul Marienweerd no 546

Achternamenindex

Claes Jansz [van Beest] belooft aan de abdij Marienweerd erfelijk 10 hoenders per jaar, uit een hofstad die van Jan Sassen was, die Claus Jansz nu bezit en gelegen is tot Beesd, belend: Ghisebrecht van Hier en Ghese Tseghen, aan de andere kant een hofstad die van Rycwijn Cleyn Rijcwynsz [van Beest] was, eigendom van de heren van Cuyck

Cuyk, van | 1347-01-26

Cartul Marienweerd no 546

Achternamenindex

Claes Jansz [van Beest] belooft aan de abdij Marienweerd erfelijk 10 hoenders per jaar, uit een hofstad die van Jan Sassen was, die Claus Jansz nu bezit en gelegen is tot Beesd, belend: Ghisebrecht van Hier en Ghese Tseghen, aan de andere kant een hofstad die van Rycwijn Cleyn Rijcwynsz was, eigendom van de heren van Cuyck

schepenen in Beesd: Rutgher die Hollander, Gozewijn Meusz

Hier, van | 1347-01-26

Cartul Marienweerd no 546

Achternamenindex

Claes Jansz [van Beest] belooft aan de abdij Marienweerd erfelijk 10 hoenders per jaar, uit een hofstad die van Jan Sassen was, die Claus Jansz nu bezit en gelegen is tot Beesd, belend: Ghisebrecht van Hier en Ghese Tseghen, aan de andere kant een hofstad die van Rycwijn Cleyn Rijcwynsz [van Beest] was, eigendom van de heren van Cuyck

Sas | 1347-01-26

Cartul Marienweerd no 546

Achternamenindex

Claes Jansz [van Beest] belooft aan de abdij Marienweerd erfelijk 10 hoenders per jaar, uit een hofstad die van Jan Sassen was, die Claus Jansz nu bezit en gelegen is tot Beesd, belend: Ghisebrecht van Hier en Ghese Tseghen, aan de andere kant een hofstad die van Rycwijn Cleyn Rijcwynsz [van Beest] was, eigendom van de heren van Cuyck