8 resultaten
Cok, de | 1320-08-26
Reg Hann p 87/Reg EL 39 fol 3
Achternamenindex
graaf Willem geeft Jan den koster en zijn erven al het goed dat Godlief vrouw van Jacob Coks, poorteresse van Haarlem, zal nalaten, als zij zonder erven sterft
Haarlem
Asperen, van | 1569-1571
Van Zomeren: Gorinchem p 43 en 46
Achternamenindex
Heilige Geestmeester te Gorinchem: Simon Cok Jansz van Asperen
Cock, de | 1426-05-08
Van Mieris IV p 841
Achternamenindex
begrepen in de zoen van Haarlem met de Kennemers: o.a. Jan die Cok
Meerwijk, van | 1246-05-27
Noordbrabantse Charters p 29
Achternamenindex
Jan heer van Heusden beleent Goeswyn Cok, te 's Hertogenbosch, met zijn goederen te Geffen
getuigen: zijn broers Robertus, Hendrik, Willem en de broers Daniel en Hendrik van Merewick, ridders
Loon, van | 1306-11-08
Van Spaen IV p 33
Achternamenindex
Giselbertus en Gerardus de Loen verkopen aan Johannis de Beynen en Rodolphus Cok van St Jan te Utrecht, 64 jugera terre te Zaltbommel en Gameren
Cock, de | 1409-03-24
Reg Rotterdam en Schieland no 1751/R.A.U. Reg St Paulus lenen A fol 270
Achternamenindex
het convent van St Pouwels te Utrecht verklaart in leen gegeven te hebben aan Jan die Cok Wolfaertsz [van Rubroek] de tienden van Rubroec in de parochie van Rotterdam voor 20 oude Vl groten, welke tienden na hem op zijn dochter Adriaen en niet verder zullen vererven
Cock, de | 1372-1373
De Raadt II p 239, I p 303
Achternamenindex
dominus Ricoldus Cocke succède à Jean Brien dans ses fonctions d'écoutète de Bois le Duc; 1374: Ricauld de Koc, jadis prisonnier à Basweiler sous le sire de Cranendonck; idem Gauthier de Koc en Guillaume de Cok; 1376: Gisbert die Koc, chanone de la Cathédrale d'Utrecht scelle pur Guillaume Darchier, jadis prisonnier à Basweiler; 1384: Ricould de Koc, homme de fief de la duchesse de Brabant
Wijk, van | 1431-05-07
Ons Voorgeslacht 01-1988 p 21
Achternamenindex
grafelijk leen in Gelre: no 23) de helft van 8 morgen ½ hont in Herwijnen op de weide, met tijns en dijk, beleend Willem van Wyk heer Jansz bij opdracht uit eigen aan de leenheer, Jan Jan Maasz accepteert deze opdracht voor de graaf van Holland; 1439-03-27: Willem de Cock van Wyk, na dode van zijn vader Willem de Cock; 1447-01-26: Willem de Cok van Wyck, wiens vader opdroeg in ruil voor een visserij in Wijk; de andere helft van dit goed heeft Willem als eigen, waarvan de tijns ½£ bedraagt