19 resultaten

Alkemade, van | 1607-10-11

G.A. Haarlem Inv Recht Arch 82 I fol 66v
Achternamenindex

Ysbrant Borritsz, pottebacker, transporteert aan Agneta van Alckemade Florisdochter, weduwe van Jacob Bam, de som van 600 gld "voor deselve uyt cracht van de huiscustingbrief die hij sprekende heeft ten laste van Seeger Pietersz, twijnder"

Ploech | 1403

Geld Leenregister Uitheemse Lenen p 121
Achternamenindex

een tiende in het kerspel van Sevenair, een 5 marcksleen, ontving 1403, 1424: Derick Ploech; 1442: Steven Ploech, met lijftocht voor zijn vrouw Nese van Mekeren; 1465: Derck van Camphusen, bij makinge door zijn oom Steven Ploech; 1476-09-13: Gysbert ter Hoeven, erfgenaam van Steven Ploech; 1487-09-15:Cracht van Camphusen, als erve van zijn broer Dirck, mits zij vele schulden door hun oom Steven Ploech nagelaten, betaald hebben, en erft op zijn zoon Cracht van Camphusen, wiens moeder Gese Smullinx, de eed laat doen voor haar zoon door Willem Schrieck

Zoelen, van | 1535

Ridderschap Veluwe p 120, 47
Achternamenindex

Johan van Zoelen x … Storms, hieruit: Gerrit van Zoelen, riddercedul van Nijmegen 1535-1579 x Dorothea van Rossem, hieruit: Dorothea van Zoelen x Willem van Haeften, 1555, woont te Elburg; 1539: Cornelia van Soulen x Cracht Cloeck compareert op de Landdag 1539, staat op de twee eerste riddercedullen

Arkel, van | 1567-12-28

R.A. Arnhem Recht Arch Hoge Heerl. Ammerzoden 242
Achternamenindex

schepenen verklaren dat Jan b van Arkell als mombaer sijns moders ende synder susters kynderen dat alsulcke penningen als hij ontvangen heeft uth cracht syns verwins brieffen tegen den heer van Asperen, dat hij die niet en heeft ontfangen als rentmeester doch in vuerges wecte qualiteit als te weten ut crachte syns verwijns" (slecht leesbaar)

Groesbeek, van | 1404, 1424

Geld Leenregister Kwartier Nijmegen no 20 p 52
Achternamenindex

12 morgen land geheten die Bosche in het kerspel van Overassel gelegen, beleend: heer Johan van Groesbeeck, erve van zijn vader Seger; 1465, 1483: Seger van Groesbeeck bij transport van zijn vader Johan; 1497: eed vernieuwd; 1513: Johan van Groesbeek; 1538-09-17, 1547-04-27, 1557-10-13: eed vernieuwd; 1565-04-09: Johan van Groesbeeck, onmondig, na dode van zijn oldevader, uit cracht des maechgescheyts; 1573-08-07: vernieuwd eed

Muylwijk, van | 1528-09-30 - 1529-09-30

Rek Drossaard Land van Arkel no 3845 fol 3, 4v
Achternamenindex

ontvangen van breuken: - van een genoemt Pieter Jansz van Muijwyck omme dat hij een quade ontscult geboeden heeft gehadt van saeck dat hij gecoft hadde, hier aff gedadinct mitten drossaert om 7 £; - van Yken Pieter van Muylwijcx huysvrouwe omme dat zij van die scepenen van Dalem dief ende verrader gemaict heeft ende seyde:"ghij doet mij cracht ende gewelt", ende sloech den boedel voir zijn kennebacken, mit meer kyffelicke woirden; hieraf gedadinct mitten drossaet omme 2£ 10sc

Ploech | 1403

Geld Leenregister Kwartier Veluwe p 6
Achternamenindex

een goed geheten Korteshoven (1392: Corthalshoeve) in het kerspel van Arnhem, ontving: 1403, 1424: Derick Ploech; 1442: Steven Ploech ontving een guetken Cortelshove; 1444: lijtocht voor zijn vrouw Nese van Mekeren; 1459: lijftocht voor zijn vrouw Griete; 1465: eed vernieuwd; 1470: Dirck van Camphusen bij transport van zijn oom Steven, behalve de lijftocht voor Stevens weduwe Gerritken van Brienen; 1476-09-13: Gysbert ter Hoeven als erve van Steven Ploech; 1486-01-14: Cracht van Camphusen erve van zijn broer Dirk

Cock, de | 1528

De Raadt II p 335, 175, 9
Achternamenindex

Rodolphe van Lennep, haiffmeister du duc de Gueldre et drossard de Middeler, conclut un contrat de mariage avec Jeanne de Cock van Nederijnen, fille de Jeanne van Emskerck (en 1531 elle est citée comme décédée), veuve de Gisbert die Cock van Nederijnen (d'après un acte de 1531, il est fils de Guillaume de Cock)

Cracht van Camphuysen, drossard then Berge et de Schulenburg, témoin de Rodolphe; Waleran van Haefften seigneur de Herwijnen, témoin de Jeanne

Dongen, van | 1522-11-03

Schepenregister Breda 1522 fol 119v, 120
Achternamenindex

Claes Vyerlinck, griffier van de rekenkamer van de graaf van Nassau in de ene partij en de broers Jan en Peter, zonen van wijlen Jan Wemmer Swert in de andere partij, oorkonden dat zij onderlinge afspraken gemaakt hebben over: "een erfs magelingen in der manieren hier navolgende: te weten hebben de broers Jan en Peter ut cracht van de mangelinge voirs opgedragen ende overgegeven den voors Claese Vyerlinck, alle alsulcken recht ende besterfte als hen na den doot van wijlen jouffrou Cornelien van Donghen hoire oudemoeder vrij bij successie, ghifte, testament, makinge of andersins toecomende vervallen ende bestorven is, zoowel in de leengoeden ende andere erffelicke goederen als in de haeffelicke baverlicke goeden bij der voors wijlen Cornelia van Donghen achtergelaten, hoedanig die goeden zijn en tot wat plaetse die binnen den lande van Breda, tot Donghen of elders dair omtrent gelegen zijn". Claes Vierlinck draagt hiervoor aan Jan en Peter op tienden op Zuid Bevelant in de parochies van Scoudee en Ouwerdingen door hem verkregen van heer Adriaen Adriaensz, deken van Reijle, Janne Petersz van de Loo en van Cornelis Ewoutsz, leen van het kapittel van Oudmunster