48 resultaten

Bemelen, van | 1450-08-01

De Raadt III p 88, 89, IV 379, 479
Achternamenindex

Geerlich van Bemelen, Jan Huyn (Hoen) van Voerendale, Doem van Overbunde arbiters voor jhr Willem van Wijlre, man van jvr Machteld van Castrop, tevoren vrouw van Andries van Amstenrade en haar voorkinderen uit het huwelijk met Andries: Dries, Johan, Jutte en nog andere broers en zuster, in hun geschil met Margaretha Soenens en haar kinderen Ide en Jan bij wijlen Jan Print van Castrop (er staat Catsop), broer van jvr Machteld

arbiters: Geerlich van Bemelen, Jean Huyn van Voerendale, Doem van Overtunde, Jean van Bloemendale

Hoen van Voerendaal | 1450-08-01

De Raadt III p 88, 89, IV 379, 479
Achternamenindex

Geerlich van Bemelen, Jan Huyn (Hoen) van Voerendale, Doem van Overbunde arbiters voor jhr Willem van Wijlre, man van jvr Machteld van Castrop, tevoren vrouw van Andries van Amstenrade en haar voorkinderen uit het huwelijk met Andries: Dries, Johan, Jutte en nog andere broers en zuster, in hun geschil met Margaretha Soenens en haar kinderen Ide en Jan bij wijlen Jan Print van Castrop (er staat Catsop), broer van jvr Machteld

Huyn van Amstenrade | 1450-08-01

De Raadt III p 88, 89, IV 379, 479
Achternamenindex

Geerlich van Bemelen, Jan Huyn (Hoen) van Voerendale, Doem van Overbunde arbiters voor jhr Willem van Wijlre, man van jvr Machteld van Castrop, tevoren vrouw van Andries van Amstenrade en haar voorkinderen uit het huwelijk met Andries: Dries, Johan, Jutte en nog andere broers en zuster, in hun geschil met Margaretha Soenens en haar kinderen Ide en Jan bij wijlen Jan Print van Castrop (er staat Catsop), broer van jvr Machteld

arbiters: Geerlich van Bemelen, Jean Huyn van Voerendale, Doem van Overtunde, Jean van Bloemendale

Taets~ | 1482-08-28

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 232v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gheryt Johan Taessenz [Taetsen soen ?] draagt op al zijn recht dat hij heeft of verkrijgen mag aan ½ van een stuk erf gelegen tot Zoes, zoals Willem van Doem dat van de abdij in leen hield, belend boven: Aernt van Drije, beneden: Oudmunster; vervolgens wordt Evertgen Willem van Doemsdochter met dit leen beleend tot een onversterfelijk erfleen; "dit heeft Lambert Kracht ut in folio sequenti"

mannen: Meeus Verborch, Henric van Ringenberghe

Nagel | 1426-02-20

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 286v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gherbrich Willem Nagels wijf was, met haar gecoren voogd Herman Gout, droeg over een dachmaet land gelegen in Jacob Heijn Foenzs hoeve in het kerspel van Zoes in die Cleyn Scrymmaet, belend landwaarts: Ricout Ricoutsz, zeewaarts: land dat van Evert van den Doem was; vervolgens verleent de abt dit tijnsgoed aan Jacob Scael Henricsz, Gherbrich's dochter, op 1 penn tijns, jaarlijks te betalen in onsen hof tot Emmiclaer

tijnsgenoten: Jan Lambertsz, Wouter Aerntsz

Oostrum, van | 1468-06-01

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 183v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Dirc van Oestrum draagt op: 1) 4 morgen veen onderdeylt gelegen in de Zoesscher Venen, waarvan Willam van Doem vroeger de helft aan Dirc overgedragen had, en de andere helft door de broers Claes Meusz en Geryt Meusz overgedragen zijn, belend zonnewaarts: Lambert Pijl, zeewaarts: Dirc van Oestrum, 2) een viertel veen in het kerspel van Zoes, zeewaarts: Henric Noten erfgenamen, landwaarts: Jacob van Doem, zoals Dircs vader Claes van Oostrum in leen hield; vervolgens wordt Dirc van Oestrum met deze 8 morgen land beleend, na zijn dood te komen op zijn zoons Jan en Willam, die hij heeft bij zijn vrouw jvr Haze Jan de Boelendochter, behalve haar lijftocht, met voorwaarden voor zijn oudste zoon Claes, die zijn broers Jan en Willem 1500 Beyers gld moet betalen waarmee zij de 8 morgen kunnen lossen, of de helft voor 750 gld; na de dood van Dirc van Oestrum en zijn zoon Jan: "Willem van Oestrum, sijn soen, heeft dit ontfangen, vide in libro abb de Stege fol 4"

mannen: Alfer Ruijsch, Tyman Mouwer van Heersell

Weteringe, van der | 1463-03-26

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 170v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Meeus Jacobsz van der Weteringe draagt zijn leen op: 1) ¼ deel van een hoeve land in het kerspel van Zoes met een hofstede en 2 mud roggeland, van den Brinck tot aan Jacop van Nyevelt, en tot aan Dirc Stevensz, belend zonnewaarts: Lambert Tuer, zeewaarts: Dirc Stevensz, 2) 3 scepel land strekkende aan de Groene wech, belend zonnewaarts: de heren van Oudmunster, zeewaarts: Gysbert Woutersz, 3) 2 scepel land strekkende tot aan de Baernsche wech, zonnewaarts: Jacob Willemsz van den Doem, zeewaart: de heren van Oudmunster, 4) 1 scepel land over den Baernsche weg, tot aan Willem Jacobsz van den Doem en Gysbert van Hagenouwen, zonnewaarts: Isack Evertsz, zeewaarts: Gysbert Woutersz, 5) "dat nederlant", van den Brinck tot aan des heren maeth, belend zonnewaarts: Willem Woutersz, zeewaarts: Wouter Muschenz, met alle toebehoren, behalve het veen; vervolgens wordt Eese, zuster van Meus en vrouw van Jan Brant, ermee beleend; Jan Brant doet hulde en manschap voor haar; "item Jan Brant filius ejus habet"

mannen: Gysbert van Hamelenberge, Pouwels van Malsen

Baarn, van | 1424-12-29

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 286
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Henric van Baern en Gheryt die Ruese, Herman Gouts zonen, dragen op 4 scairweyen in Criexkamp, belend zuid: Evert van Doem, noord: het godshuis van Vredendaal, een stuk land op die Beec, nederwaarts strekkende van de Turffwech aan die middelsloet, belend noost: Ricout Ricoutsz, west: Dirc Muts; vervolgens geeft de abt dit tijnsgoed aan Ricout Ricoutsz te tijns voor 4 penn, te betalen elk jaar in de Hof tot Emmyclaer bij Amersfoort

tijnsgenoten: Jan Lambertsz, Wouter van der Hoef

Scael | 1423-05-02

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 284
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gode Scilt draagt over: - de helft van de hoeve engelants geheten Hamelenberge, belend zeewaerts: Evert van Doem, landwaarts: Heinric Gysbrechtsz, - 2½ acker land gelegen van den brenc opstreckende an Gode Scaels land, belend oost: Jan Corf, west: Jan Gouts kinderen, en van de Torfwech an der graften: Jan Stoep Ricoutsz, hof- en tijnsgoed, tijns 2 scill perjaar, te betalen in onze hof tot Ymmenclaer; vervolgens verleent de abt dit goed aan Jan Corf

tijnsgenoten: Jan van Amerongen, Herman Gout

Hilhorst | 1423-11-27

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 285v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Ermgaert Jan Hilhorstsdochter met haar dochter Eest, Evert Willam Goutsz, Henric Gysbertsz, Willam Woutersz en Aernt van Hilhorst, Eesten vier vierendelen van maechtael, dragen over 3 acker land met huis en hofstede in het kerspel van Zoes op der Beec, opstrekkende van de Brinc tot aan de Turfwech, hof- en tijnsgoed, belend oost: Peter Gout, west: Willem Jacobsz van Doem; vervolgens verleent de abt dit goed aan Gheryt Willem Goutsz, tijns: 1 penn te betalen in onsen hof tot Emminclaer; "nu Meijs zijn sone"

tijnsgenoten: Jan Lambertsz, Wouter Aerntsz