Keuken, uter | 1410~

Leenregister Culemborg fol 1v, 14v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Jan van Sconouwen: o.a. een hoeve land op den Hoeven, 7 morgen in den Corenweert, 1 collant op den Hoeven, huis, hofstad en korenland te Amerongen op den Enghe; zuevenderen in Amerongher bossche, 2 hofsteden tot Ameronghen in het dorp, 1 veen in Ameronger Veene, 1 goede penninc te tynse, 1 hofstede tot Amerongen, dit goed houdt Jan uter Kueken; Coene van Wulcoop 1 viertel lants in den gericht van Scalcwijk, belend boven: Willem van Vulcoep, beneden: Gysbert uter Kueken, dat de heer van Abcoude had

Maurik, van | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - (fol 20v) Jan van Mauderic Gerijt Cranssone [Transsone ?] 2 ½ morgen in de Rijnweert [strekkende van de dijc an de Rijndijc], belend boven: Jannes Scriver, beneden: Henric van Mauderic. Opgevolgd in dit leen door Kerstans Heymericsz; - ( fol 30) Herman die Muerder 3½ husmate die van Steven van Mauderic waren in het gerecht van Mauderic, belendingen: Heijmeric Roelantsz, heer Saffentyn Ude, heer Dirc van der Eme, paep van Ecke; - (fol 34) Gheryt uten Weerde Roelofsz 10½ morgen die van Heynric van Mauderic waren te Mauderic in de Enghe

Culemborg, van | 1480-11-18

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 17v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Clauwert beleent jhr Jasper heer toe Culenborch, ter Weerde, toe Lijenden en toe Borssele, na dode van zijn vader jhr Gerart van Culenborch met: 1) den oldenweert mitten gherichte, hoghe ende leghe min sinen thyenden, gelegen bi der Nyerlede, belend oost: den Amstelschen boomgaert, west: den Scullenborchsen weert, noord: die Meersschen, zuid: de oude Rijn; 2) den Sculenborchschen weert in het kerspel van Lienden, belend an die oversijde: heer Johan heer tot Ghymnich, nederzijde: de bisschop van Utrecht; 3) al hetgeen Gerard van de abdij hield; jhr Jasper ontving ook: 4) de halve tiende te Kesteren; opschrift: "Jonchere Jasper here tot Culenborch to Weerde mo [do ?] vrouwe Anna van Pallant ejus filia, ut in libro abbatis Wilhelmi de no fol 174"

mannen: Bernt uyten Enghe, Ott van [der] Oird

Loef | 1410~

Leenregister Culemborg fol 18, 18v, 27v, 34

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Lysbet van den Oerde 3 morgen te Rijswijk, belend boven: Ryswiker stege, beneden: Heinric Loef; - Jan van Liesvelt 1 stuk land in Duvenstert, belend boven: Ryswiker steghe en Aleyt van Wijc, beneden: Loef Heinricsz kinderen; - Lamp [Lambert] Heinricsz 3 morgen land in Rijswiker maelscap in de Locamp, strekkende van de bandijk tot aan de Wyfdijc, belend beneden: de heer van Culemborg, boven: Loef Heinricsx (fol 27v); - Geryt uten Weerde Roelofsz 11 ½ morgen die van heer Heinric van Mauderic waren, gelegen te Mauderic in de Enghe en 3 morgen in de Husmatencamp, die van Ghijsbert Loef waren

Schonauwen, van | 1410~

Leenregister Culemborg Inv no 4772 fol 1v/Arch Heren en Graven van Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Jan van Sconouwen het huis te Sconouwen met 13 morgen en het nederste gericht van Wulcoop; - Jan van Sconouwen of Jan van Leyenberch heer Hubrechtsz 1 hoeve land en een halve hoeve op de wetering, dat de heer van Culenborch van het Sticht van Utrecht houdt; - een viertel gelegen tot Scalcwijc, die Jan Cullenz houdt van de vrouwe van Sconouwen; - een hoeve land op de hoeven; - 7 morgen land gelegen in de Corneweert en 1 collant op de Hoeve, - het huis en hofstat en corenland te Amerongen op de Enghe en andere goederen te Amerongen, belend: de moeder van Jan van Amerongen en Gheenken Corstantsz, dit goed houdt Jan uter Kueken

Culemborg, van | 1480-11-18

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 17v, 18v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Clauwert oorkondt dat jhr Jasper heer to Culenborch hem opdroeg 50 enkele gouden Keurv gld en 7 stuvers per jaar uit enige erfrenten: uit 2 haven bouwinge etc, vanouds bijeen gelegen "in den olden weert bij den slote ter Lede" [= Nyerlede], die men van de abdij in leen hield; de ene hof houdt 45 morgen land, en gebruict nu Rutger van Breenck, de andere hof is 60 morgen, en gebruict nu Goissen van Groitvelt; de abt beleent Evert Freijsen en zijn vrouw jvr Anna met deze rente, die zij elkaar tot lijftocht maken; jhr Jasper zal de rente van 59 enkele gouden R gld 7st mogen lossen; "dese alinge rente heeft vrouw Anna van Culenborch weduwe tot Pallant weder affgecoft ende sullen voortaen doet wesen, uit in libro abbatis Mathei de Goch fol 28"

mannen: Bernt uten Enghe, Otte van Oird; Gerijt vuten Enge, Ott van Oirt

Weerde, uten | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - 3 morgen van Heinric Doys van Mauderic in de Husmate, belend beneden: Gheryt uten Weerde, in margine: Maurik (fol 5v); - Aernt van Oemeren (doorgehaald en vervangen door Belije vrouw van Otten uten Weerde) 2 acker in Rijswiker maelscap, belend boven: Ot van Wijc, beneden: Wendelmoet Doijs (fol 6); - Evert uten Weerde Gherijt Vrientsz 1 hofstad met 2 morgen land in de Ryswiker maelschap, beneden: mijn vrouwe van Gelre, boven: Dirc Borre, zoals zijn vader hield (fol 9); - Geryt uten Weerde 11 ½ morgen land in de Enghe en op de Zeven gherden, belend boven: Jan Brugman, beneden: Jan die snider, en 3 morgen in de Husmate, belend boven: Heinric Doys van Mauderic, beneden: de heer van Culenborch (fol 10)

Weerde, uten | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Roelof uten Weerde 9 morgen te Mauderic op de Perric (fol 33v); - Geryt uten Weerde Roelofsz 11 ½ morgen die van heer Henric van Mauderic waren, te Mauderic in de Enghe en 3 morgen in de Husmate camp die van Ghysbert Loef waren (fol 34); - Roelof van der Eme 2 morgen in Wikermate, belend boven: Roelof van der Eme, benden: Otte uten Werde (fol 34v); - Heinric Doys 3 morgen tot Mauderic, die Geryt uten Weerde opdroeg (fol 35v); - Willem van der Woert Geryt Hollenz 11 morgen in Mauderiker maelscap, strekkende van het land van Heinric van Mauderic en van Aleit Zybrants tot de Mauderiker wetering, belend boven: Evert uten Weerde Roelofsz, beneden: Ot Doijs, Jan Doys en Ot uten Weerde ( fol 39)

Brandenburch, van | 1421-06-06

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 463

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Lysbeth van Brandenburch Gherwijn Volkensdochter maakt haar vader Gherwijn Volkensz ½ hoeve veen onderdeeld met Meeus Dircsz en Henric van Rijn, borgher tot Amersfoert, gelegen in Zoes Veen in Kriex hove en in de groten slage, strekkende van Zoes enge an Hezer veen, belend boven: Ermghert Jan Hilhorst dochter, beneden: Meus Dircsz en Henric van Rijn; 1465-07-14: Hugo van Dorschen draagtover de tynswere van ½ hoeve veen onderdeylt met Meus Dirksz en Henric van Ryn opstreckende, gelegen achter Zoes enghe op Brandenburgerwijc, streckende van Soesenge an Hesereng toe, hem aangekomen bij dode van zijn nichte jvr Lysbeth van Brandenburch Gerwen Volkensdochter, belend boven: Armgard Jan Hilhorstdochter, beneden: Willem Scaij Adriaensz van der Eem. Vervolgens wordt Willem Adriaensz van der Eem ermee beleend ten erftyns

getuigen: Wouter van den Laen, Aelbert van Baern, onze tijnsgenoten

Lockhorst, van | 1460-04-25

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 165v, 221v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Geryt van Lockhorst van der Merwe[de] verzoekt zijn leen, het goed tot Lochorst met de heerlijkheid, gelegen buiten Amersfoort, na dode van zijn vader Jan van Lochorst, en hij wordt beleend; eronder staat: "item dit heeft Jan van Lochorst syn soen per mortem"; 1480-10-24: beleend Jan van Lochorst van der Merwen, na dode van zijn vader Geryt, belend oost: Hamertsvelder wetering, zuid: een sloet daer Rutenbeeck en Lochorst mede gescheiden zijn, noord: een wetering, scheiding tusen het erve ter Weteringhe en Lochorst, tot aan de meente toe die tot Heyligenberghe en tot Lochorst hoort. Deze meente gaat langs de oude enghe aan de westzijde tot aan de wetering die de meente en Lochorst scheidt, tot in der beke toe, ende zuytwaert die beke langes tot aen den sloet daer Lochorst ende Rutenberg mede gescheiden zijn

mannen: Dirc van Zulen van Hermelen heer van der Zevender, Jan van der Anxter; 1480: Bernt uten Enghe, Elys van Scerpenzeell