Herlaer, van | 1310-07-27

Nyhoff: Gedenkw Gesch Gelderland I no 110

Achternamenindex

Johan van Hemert draagt op en ontvangt weer in leen van de graaf van Gelre zijn burg te Hemert

vrienden en magen zegelaars: Gerad van Loen heer van Herlar, ridder en Gerard van Wardenberg

Herlaer, van | 1478<

Ned Leeuw jg 1954 (?), 1924 p 178

Achternamenindex

Peter van Hemert x Johanna Martensdochter van Herlaer, vrouwe van Poederoyen, hieruit: Johanna van Hemert, gestorven na 1523, x vóór 1478 met Johan van Rossum heer van Rossum

Arkel, van | 1552-12-29

Inv Oud Arch Neder Hemert no 326 p100

Achternamenindex

enige personen sluiten een overeenkomst tussen Walraven van Arckell heer tot Hoiclom, Amerzoijen en Werdenburch en Frederick Torck heer to Hemert en Synderen, omtrent de waterkering tussen Amerzoijen en Hemert

Camere | 1314-07-04

Codex Dipl Neerl serie 2 dl 2 p 168

Achternamenindex

schepen te Heusden: Diedric Camere, Jan Merselisz van Hemert

Wyffliet, van | 1576-11-07

Inv Oud Arch Neder Hemert no 371

Achternamenindex

schepenen van Hemert: Jan Jansz Wyfflet en Cock Aerntsz

Asperen, van | 1494-11-09

Partic Leenkamer Asperen 1 fol 16v

Achternamenindex

de heer van Asperen beleent Peter van Hemert met een viertel land op Asperen in het Broeck, belend: Peter van Hemert, Mathijs Volpertsz; 1494-10-24: is Mathijs Folpertsz van Asperen getuige

mannen: Mathijs Folpertsz en Dierck Jansz

Wyffliet, van | 1535-06-20

Inv Oud Arch Neder Hemert no 290

Achternamenindex

schepenen van Hemert: Jan Jansz Wyfflit en Peter die Vader

Bochoven, van | 1548

Leenkamer Holland 239 fol 459 Rep Altena

Achternamenindex

buiten lenen van Altena: het dorp Hemert met hoog en laag gerecht, beleend jhr Goert Turck bij dode van zijn moeder jvr Helwig van Hemert; zijn vrouw Cornelia van Herpt van Bochoven heeft haar douwarie

Keessel, van den | 1690-05-03

Ned Leeuw jg 1909 p 244

Achternamenindex

Anna van Hemert vrouw van Adam van der Keessel uit Dordrecht naar Hulst

Herlaer, van | 1460

Taxandria jg 33 p 76

Achternamenindex

Johan heer tot Hemert, ridder, beleent zijn broer Peter van Hemert met een hoeve land in het gericht van Aelst, belend oost: Lijsbeth, vrouw van Arent van Herlaer, west: Hillen van Aelst, en met de Koeweert; daaronder: Peter van Hemert, broer van de leenheer, verzoekt hem bevestiging van de tocht met zijn huisvrouw Johan Martensdochter van Poederoyen, aan zulk goed als hij van hem in leen houdt