Bedoelde u soms?
halle | helle | hille | holl | holle | huele | hulde | hulze

9 resultaten

Hulle, van | 1633-08-11

Verponding Heemstede
Achternamenindex

Pieter van Hulle: woont op de blekerij van de heer van Bennebroek, groot 1 morgen 2 hont (I); bruiker van de blekerij van de heer van Heemstede (XII); bruict om 6 £ de bleeck van de heer van Bennebroek (XIII)

Pauw | 1633-08-11

Verponding Heemstede
Achternamenindex

Nicolaus Pauw, ridder, heer van Bennebroek, bezit land te Heemstede: 2 morgen 5 hont 10 roeden, 1 morgen 5 hont 4 roeden; zijn bleykerij daar Pieter van Hulle op woont, 1 morgen 2 hont (I); zijn bleek is voor 6 £ in gebruic bij Pieter van Hulle (XIII)

Thuenen, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 38
Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Deuken van Ecke Lamphollenz 6 morgen land tot Ecke op de nederste Hulle, belend boven: Dierck van Thuenen, beneden die Mauderikse wetering, strekkende aan de Zudermaet

Holle | 1410~

Leenregister Culemborg
Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Deuken van Ecke Lamphollenz 6 morgen te Ecke op de nederste hulle, belend boven: Dierck van Thuenen, beneden: de Maudericse wetering, strekkende tot de Zudermate (fol 38); - Willem van der Woert Gerijt Hollenz 11 morgen land in Mauderiker maelscap, strekkende van Heinrics land van Mauderic en van Aleit Zijbrants op in Mauderiker Weteringe, belend boven: Evert uten Weerde Roelofsz, beneden: Ot Doijs, Jan Doijs en Ot uten Weerde; - 3 morgen 16 roeden op de Bulcken, beleend Angnijse, zuster van de leenheer, vrouw van Wolter van Overrijn Hackenz, belend boven: de vrouwe van Langeraeck, beneden: Dierck Aernt Hollenz (fol 59v); - Lamp holle van Ecke 4½ morgen, belend boven: Lamp holle Dyeriksz, beneden: Jacob van Scerpenborch (fol 60); getuige: Claes Holle van der Woerde (fol 62v)

Roelof van der Eme Diercksz, Alart van der Eme Lamphollenz, Johan van Derthesen Diercksz van der Eme, ledige mannen. Mannen: Dierck Doijs van der Eme en Deuken Lamphollenz

Crachwijc, van | 1424-04-08

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 123
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Beatris Henricsdochter van Cracwic draagt over: 1) een stuk land met hofstede waar Aernt Rutgersz nu op woont, belend landwaarts: Lambert Tuer, stedewaarts: Geryt van Hilhorst, 2) 5 vierendeel hoijland, landwaarts: Gysbert Woutersz, zeewaarts: Aernt Gysbert Hilhorstz en Heijn Heijlant, 3) 6 vierendeel hooijland in den Heren mate, landwaarts: de jhr van Gaesbeec, zeewaarts: de bisschop, 6) 5 scepel engelants, geheten die Hage, landwaarts: de heren van Oudmunster, zeewaarts: Willam van Doem, 7) 6 scepel roggeland geheten de Hulle, belend boven: het godshuis van Soes, beneden: Alyt Lubberts, 8) 2 morgen veen, zeewaarts: Henric Henricsdochter van Cracwijc, landwaarts: Gysbert Dircsz, 9) 8 scepel roggeland geheten "die Leemkuul", belend boven: Ricout Willemsz, beneden: Rutger Jacobsz kinderen, 10) 8 scepel roggeland geheten "die Heetacker", belend boven en beneden: Jacob Guedenz

tijnsgenoten: mr Aelbert Baers, Jan Lambrechtsz; onse mannen: Willam van Colvenschoten, Gysbrecht Goidscalc

Crachwijc, van | 1453-11-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 155v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt beleent Heinric Bosch Gosensz, na dode van zijn moeder Beatrijs van Crachwijck, met: 1) een stuk land met hofstede, belend landwaarts: Lambert Tuer, zeewaarts: Geryt van Hilhorst, 2) 5 vierendeel hoijland, landwaarts: Gysbert Woutersz, zeewaarts: Aernt Gysbert Hilhorstz en Heijn Heijlant, 3) 6 vierendeel hooijland in den Heren mate, landwaarts: de jhr van Gaesbeec, zeewaarts: de bisschop, 4) 5 scepel engelants, geheten den Hage doer, landwaarts: de heren van Oudmunster, zeewaarts: Willam van Doem, 5) 6 scepel roggeland geheten de Hulle, belend boven: het godshuis van Soes, beneden: Alyt Lubberts, 6) 2 morgen veen, zeewaarts: Henric Henricsdochter van Crachwijck, landwaarts: Gysbert Dircsz, 7) 8 scepel roggeland geheten "die Leemkuul", belend boven: Ricout Willemsz, beneden: Rutger Jacobsz kinderen, 8) 8 scepel roggeland geheten "die Heetacker", belend boven en beneden: Jacob Goedenz, 9) 2 dach maet hoylants, strekkende van de Hoywech tot in die Eme toe, landwaarts: Gosen Bosch Willamsz, zeewaarts: Dirc Aelbertsz

mannen: Gysbert die Gruter, Otto van Slingelant

Bosch | 1469-07-27

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 190v, 237v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Henric Bossch Goesenz wordt na dode van zijn vader Goessen Bosch Willemsz beleend met de helft van het goed in Zoes: 1) een stuk land met hofstede, belend landwaarts: Dirc van Oestrum, zeewaarts: Gerrit Hilhorst, 2) 5 vierendeel hoijland, landwaarts: Gysbert Woutersz, zeewaarts: Henric Bosch, 3) 6 vierendeel hooijland in der Herenmaet, landwaarts: Willem Ricoutsz (1485: Ricout Willemsz), zeewaerts: de bisschop, 4) 5 scepel Engelants, geheten de Hage, landwaarts: de heren van Oudmunster, zeewaarts: Willem van Doems erfgenamen, 5) 6 scepel roggeland geheten de Hulle, belend boven: het godshuis van Zoes, beneden: Gysbert Aertsz, 6) 2 morgen veen, zeewaarts: Gysbert Woutersz (1485: Gysbert Wouterszszonen), landwaarts: Wouter Scae [= Scade], 7) 8 scepel roggeland geheten "die Leemcuel", belend boven: Willem Ricoutsz (1485: Ricout Willemsz), beneden: Rutger Jacobsz, 8) 8 scepel roggeland geheten "die Heetacker", belend boven en beneden: Jacob Goedenz erfgenamen, 9) 2 dachmaet land (1485: Heynrick Bosch en Gijsbert Dirck Aelbertsz); Henric Bosch zal deze helft houden tot een goed onversterfelijk erfleen; 1485-04-07: beleend Heynrick Bosch Heynricksz na dode van zijn vader

mannen: Jan Brant, Pouwels Cornelisz; 1485: Jan Zael, Goijert Lambert Jacobsz

Eck, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 13, 13v, 14v, 22v, 36v, 38
Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Jan van Ecke Herdberensz 7 morgen in Pelmate, belend boven: Ot van Derthesen, beneden: Henric van Mauderic; - Borre (later: Deenken) van Eck een tiende te Eck, de gifte van de kerken van Eck en Mauderic en 10 morgen te Ecke," mer van den 10 mergen en weet ick waer niet wael af hoe hij die houdt"; - Geryt de Monic Henrics Monicsz 9 morgen tot Mauderic in die Oude Weyden, belend boven: Jan van Ecke Willemsz, beneden: Geryt uten Weerde; - Jan van Ecke Willemsz 15 morgen te Mauderic en Jan van Ecke Herberensz 7 morgen; - Heymeric Roelantsz 3½ morgen op Hornincsvelt, die Jan Willemsz placht te houden; - Wouter bastaard van Culemborg, 5 morgen in die maelscap van Eck, die gelegen zijn die Rynacker en die Tuderweijde, belend boven: Roelof Lamphollenz, beneden: die Ynghensen weg, en dit erf gaf Jan van Eck Herberensz over tbv van voornoemde Wouter; - jvr Lysbet Jansdochter van Ecke 6 morgen tot Eck op de nedersten hul, belend boven: Jan van Eck, beneden: die Mauderickse wetering, haar vader Jan van Eck doet hulde; later: - Deuken van Ecke Lamphollenz 6 morgen land tot Ecke op de nederste Hulle, belend boven: Dierck van Thuenen, beneden die Mauderikse wetering. Nog later: Deuken heeft dit leen ontvangen

manne: Alaert van de Wael en Jan van Eck Woltersz

Bosch | 1436-04-04

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 129
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Goesen Bosch Willemsz en zijn vrouw Beatrijs van Crackwijk dragen over: 1) een stuk land met hofstede, belend landwaarts: Lambert Tuer, stedewaarts: Geryt van Hilhorst, 2) 5 vierendeel hoijland, landwaarts: Gysbert Woutersz, zeewaarts: Aernt Gysbert Hilhorstz en Heijn Heijlant, 3) 6 vierendeel hooijland in des Heren mate, landwaarts: de jhr van Gaesbeek, zeewaerts: de bisschop, 4) 5 scepel engelants, geheten die Hage, landwaarts: de heren van Oudmunster, zeewaarts: Willam van Doem, 5) 6 scepel roggeland geheten de Hulle, belend boven: het godshuis van Zoes, beneden: Alyt Lubberts, 6) 2 morgen veen, zeewaarts: Henric Henricsdochter van Crachwijck, landwaarts: Gysbert Dircsz, 7) 8 scepel roggeland geheten "die Leemkuul", belend boven: Ricout Willemsz, beneden: Rutger Jacobsz kinderen, 8) 8 scepel roggeland geheten "die Heetacker", belend boven en beneden: Jacob Goedenz; Alijt Jan Ghijsbert Hilhorstsdochter met haar man Jan van Rijck dragen op: "twee dachmaet hoyland strekkende van de hoghe wech tot in die Eme toe, belend landwaarts: Goesen Bosch Willemsz, zeewaarts: Dirck Albertsz; Goesen Bosch Willemsz en zijn vrouw Beatrijs worden vervolgens beleend met dit goed, behalve de lijftocht voor Geertruijdt van Crachwijck aan ½ van dit goed, behalve aan de laatstgenoemde 2 dachmaet; "Nunc Henrick Bosch Goessensz infra fol 190"

mannen: Albert van Baern, Ricout Willemsz