Cock | 1409-02-13

Reg Rotterdam en Schieland no 1748

Achternamenindex

Huych Jan Coxenz en Dieric Willem Coxenz, schepenen in Rotterdam, oorkonden dat Claes Coxen voor hen verklaarde schuldig te zijn aan Viant Pieter Jacobsz 20 sch per jaar, rustende als een erfpacht op zijn huis en erf, staande in het Vestvierendel (?), belend oost: Pieter Reynertsz, west: Arent van Diest, elk met huis en erf, strekkende van de halve straat tot in de haven, gelijk de buurerven

Foreest, van | 1585-02-07

R.A.H. Recht Arch 1947 Transportregister Sparenwoude

Achternamenindex

schout en schepenen van Spaerenwoude oorkonden dat Willem Huijgesz voor zichzelf en zijn broer Jan, zoons van Huych Willemsz, samen verkocht hebben aan Maeritgen Cornelisdochter, weduwe van Willem van Ffoereest, poorteresse binnen Haerlem, een stuk land van ongeveer 5 maden in de ban van Sperwoude op de Laegendyck, belend noord: Jan Ffranssz, zuid: de Lage dyck, strekkende van de Lagedijk tot de Watering toe

Verwer | 1565-09-17

G.A. Haarlem 76/24 fol 117

Achternamenindex

prior en supprior van het Bernardietenconvent te Heemstede kopen van Jan Jansz Verwer, wollenlakencoper, stuk weiland achter de oude schutterstoren binnen de vrijheid van Haarlem, groot 2 morgen, geheten Rapersland bij Rukebier, belend noord: Luyt Gysbrechtsz, noordoost: Jan Jansz Verwer zelf met Huych Claesz en Jan Claesz Gael, broers, zuidwest: Floris Jan Florisz, noordwest: mr Cornelis Claesz, priester; hieraan heeft Jan Jansz Verwer genomen een ander stuk land in de ban van Hillegom, toebehorend aan het convent

Heemstede

Polanen, van | 1404-03-18 (1403)

Van Mieris III p 788

Achternamenindex

hertog Albrecht oorkondt dat zijn neef Engebrecht jonge grave van Nassouwe, met zijn vrouw jvr Johanna vrouwe van der Lecke en van Breda, verzoekt om de leengoederen Johanna aanbestorven van haar vader Jan van der Lecke en Breda; zij worden ermee beleend behalve met 300 oude scilde per jaar uit het rentmeesterschap van Kennemerland uit Vroenregeest en het eigendom van 34 morgen land bij de stad Delft, genoemd die Huych, die Florens Gijsbrechtsz van den Hove van der Lecke hield

de burggraaf van Leyden, Otte van der Lecke, de proost van Condeyt

Taeijster | 1482-08-15

Ons Voorgeslacht 05-1991 no 416 regest 196

Achternamenindex

Huych Taeyster en Adriaen Jansz leggen een verklaring af over pacht van het land [te Wateringen ?] door hen gepacht van de abdij Leeuwenhorst; al deze verklaringen worden afgelegd ten huize van Jan Coppaertsz, ten overstaan van Jan Tydemansz en Henric Jansz; idem: Adriaen Hermansz, Aernt Symonsz in t Honterland; Philips Jacobsz, op t Wout; Claes Willemsz en Dirc Willemsz; Coert Claesz, Dirck Jansz Deijm, Dirc Maartsz, Dirc Philipsz, Dirc Willemsz, Gerrit Hubrechtsz, Jacob Coppertsz; Adriaen Jacobsz samen met Jacob Dircsz, Jan Jacob Pauwelsz, Jan Dircsz, Jan Gerritsz

Hoylede, van | 1394-09-16

Reg Rotterdam en Schieland no 1301

Achternamenindex

Wouter van Matenesse verklaart, nadat Hugo van Hekelinge hem van zijn eigen goed 1 ½ morgen had opgedragen, geheten Stinarts in het ambacht van Gerrit van Egmond te Vlaerdingen in Hoeylederhoeck, belend noord: Dirck Pouwelsz, zuid: Gheertruydt van Hoelyde, in plaats van 1 ½ morgen in Maeslanderambacht, die hij van hem in leen hield, en Hugo mocht verkopen, dat hij dit eerste land in erfleen heeft gegeven, na zijn dood te komen op Huych van Hoelyde, zijn middelste zoon uit zijn huwelijk met Gheertruydt Hugendochter, daarna evt op zijn broer Gerryt van Hoelijde

Assendelft, van | 1514-06-10

Inv Kerkvoogdij St Bavo Haarlem no 121

Achternamenindex

Claes Dircsz Paenderen en Jacob Gerytsz van Montfoirde, schepenen in Haerlem, oorkonden dat mr Huych van Assendelft "licentiaat in beyden rechten en Raad mijns genad. Heren in het Hof van Holland, met Cornelis Woutersz als zijn gecoren voogd, transporteert aan de kerkmeesters van de parochiekerk dezer stede, die huysingen mitten erven die hij leggende heeft an t Sandt, achter de voorn kerk. Belend: an die oostzijde dat kerckhoff, an die westzijde: Lysbeth coman Dirk Gerytsz weduwe met hair huysinge ende erve streckende voir van t Sant voirs zuytwaerts ofte achterwaerts an die Beeck" [op het terrein van dit huis is wsch later de Vleeshal gebouwd]. Met zegels van de schepenen

Haarlem

Torenvliet, van | 1629-07-18

G.A. Leiden 373 no 35, 36/Notaris Traudenius

Achternamenindex

boedelscheiding erfenis Paul Willemsz van Thorenvliet binnen Leiden, genoemd: Willem Benninc, man van Maria Willemsdochter van Thorenvliet, Dirc Zegesz van Campen x Catharina Willemsdochter van Torenvliet, Symon Vougen, chirurgijn, vader van de kinderen bij Sara Willemsdochter van Thorenvliet, Sebastiaen van Cortenhout, 40 van de stad, als voogd over de minderjarige kinderen van Paul, verder E. Machiel Matysz Chimaert namens Jeremias Vredelant x Adriana Willemsdochter van Thorenvliet (geschrapt: mr Jacob Verwey als voogd over de jonge Jan Willemsz van Thorenvliet), voor henzelf en de meerderjarige kinderen, machtigen Joost van Sandwech om de boedel te scheiden (ook tegen de zin van Jan Lucx); 1629-07-21: Huych Zegesz van Campen x Agatha Willemsdochter van Thorenvliet geeft Joost van Sandwech ook volmacht