Bergh, van den | 1413-11-20

Reg Rotterdam en Schieland no 1888

Achternamenindex

hertog Willem verklaart, nadat Adriaen van Matenesse hem had te kennen gegeven in moeilijkheden te zijn wegens het geld dat hij schuldig is voor zijn oom Kerstant van den Berge, hem als vrij eigen gegeven te hebben 26 morgen land, gelegen tussen Schiedamme en der Ouderschie, aan beide zijden van de Schie, nl 9 morgen aan de noordzijde van de Schie, strekkende langs de Schie van de hofstede van Jan Daneelssone tot Hardershuel en vandaar tot het land van Jan Goeswijnsz; 6 morgen aan de zuidzijde van de Schie geheten den Omloep, strekkende langs de Schie van het Delfsche verlaat tot de afrellen toe; en omtrent 11 morgen gelegen aan de zuidzijde van de Schie bij de weg, geheten den Langen Hem, tussen de hofstad van Sterrenburch en de Hogen Hem, welk land hij in erfleen hield, met verlof het te mogen verkopen en met erkenning der kopers als eigenaars

Hillegersberg/Mathenesse

Dullaert | 1366-1412

Rek Rentmeester Kennemerland 812 fol 11v, 23, 813 fol 9, 816 fol 16, 817 fol 17, 818 fol 8, 18, 819 fol 8, fol 17v, 820 fol 16, 822 fol 8, 823 fol 21v, 826 fol 3v, fol 14, 827 fol 14v, 836 fol 5, 839 fol 10v, 840 fol 17, 841 fol 24v, 842 fol 25

Achternamenindex

Gheryt Dullaert 1366/67: land te Vronen 6 sc, van zijn leen 5 £; 1368/69 afterstal van huur te Vronen 7 sc; 1373/74: een stuc lant in die Waterkouch 6 sc, van sinen lien 5 £; 1374/75: een stuk land in de Watercoch 7 sc 1d, van sinen lien 5 £; 1375/76 land in de Watercooch 7 sc 1d, van sinen lien 5 £; 1377: van sinen leen 5 £, afterstal van 1376 van lan te Vronen 9 sc 7d; 1380: land te Vronen 7 sc 1d; 1382: afterstal van 1381 van lande in den Langen dyc 8 sc 10d; 1384/85: afterstal van lande in de Watercoech 8 sc 10d, huurt dit land voor 7 sc 1d; 1385/86: van idem 7 sc 1d; 1405: een stucke lants i.d. Watercoech voor 12 sc; 1408: van den Watercoech 9 sc 5d; 1409: idem van de Waterkoijch 9 sc 5d; 1411: afterstal van 1410 12 sc; 1412: afterstal van 1411 van sinen huurlande 12 sc

Bentheim, van | 1299-01-19

Jungius no 48 p 101

Achternamenindex

Egbertus graaf in Benthem bevestigt en vermeerdert de voorrechten van het klooster Marienrode "de consensu heredum nostrorum Joannis, Egberti, et aliorum hominum ac de castrensium meorum."

praesentibus honestis viris: Hugone Urso, Ludolpho de Sconenvelde, Arnoldo de Dedhem, Nicolaus de Turri, Bernardo de Ludinghausen, dapifero nostro, Rodolfo de Langen, Joanne Urso, Nicolaus de Sconenvelde, militibus

Dedem, van | 1299-01-19

Jungius no 48 p 101

Achternamenindex

Egbertus comes in Benthem bevestigt en vermeerdert de voorrechten van het klooster Marienrode "de consensu heredum nostrorum Joannis, Egberti, et aliorum hominum ac de castrensium meorum."

praesentibus honestis viris: Hugone Urso, Ludolpho de Sconenvelde, Arnoldo de Dedhem, Nicolaus de Turri, Bernardo de Ludinghausen, dapifero nostro, Rodolfo de Langen, Joanne Urso, Nicolaus de Sconenvelde, militibus, etc.

Beer | 1299-01-19

Jungius no 48 p 101

Achternamenindex

Egbert graaf in Bentheim bevestigt de privileges van het klooster Marienrode

praesentibus honestis viris: Hogone Urso, Ludolpho de Sconenvelde, Arnoldo de Dedhem, Nicolaus de Turri, Bernardo de Ludinghausen, dapifero nostro, Rodolfo de Langen, Joanne Urso, Nicolaus de Sconenvelde, militibus, etc.

Bentheim, van | 1267

v.d. Bergh II no 163

Achternamenindex

Otto van Bentheim staat af, met raad van dominus Ludolfus de Stenvorde, nepos noster, en van Otto filii nostri, en de ministeriales en castellani in Bentheim en Tecklenburg, aan zijn broer Egbert zijn dominum nostrum in Malsen, Westerholt, Meteren, Wadennoye curtes nostras, Trecht et Deil, Vleuten, 25 mark uit de tol in Gervlete [Geervliet], de advocatie in Alborg en het burggraafschap van Utrecht

presentibus: L de Stenvorde, Nicolaus de Beveren, Bernardus de Sebelinge, Ludolfus de Slederlo, Werenboldus de Vecht, Everhardus de Baclo, Bernerus de Boc, Everardus de Ynendorpe, Fredricus de Engne, Egbertus Hermannus de Metelen, militibus de Benthem; Lantbertus dictus Budden, Keselingus, Rudolfus de Langen, Suederus dictus de Monasterio (Munster), militibus de Tekeneborg; Arnoldus dictus Bastun, Nycholaus de Turri, Rondolfus de Bake, Erpone de Stenhus