53 resultaten

Hombout | 1422-10-13

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 422v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Gheryt van Damassche oorkondt dat Jan Hombout en zijn vrouw jvr Wonne, maakten tot lijftocht voor hun dochter jvr Lysbette, 36 scat pond per jaar, na hun dood vrij uit de tienden te Emenesse, die Jan en Wonne in leen houden

mannen: Vrederic van Voerde, Tyman de Langhe

Hombout | 1422-10-13

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 458v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Gheryt van Damassche oorkondt dat Geryt Hombaut het goed van zijn vader Johan Hombout en zijn moeder jvr Wonne opdroeg, en vervolgens dit tot leen maken voor hun 3 dochters jvr Mergriete, jvr Janna en jvr Lysbette, elk ⅓ deel van de tienden op Eemnesse

mannen: Vrederic van Voerde, Tyman de Langhe

Zuilen, van | 1421-04-28

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 56
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Gheryt van Damassche beleent Jacob van Zulen Petersz met dat alinge goet tot Haghenouwen, erve ende lant, bossch ende heijde, water ende weijde, wilt ende tam, gelegen in den kerspel van Loesden, zoals wijlen zijn vader Peter van Zulen dit hield; voor Jacob heeft gehuld als een ledich man Vrederic Bor van Amerongen; onder staat: Jacob van Zulen is doet

mannen: Vrederic van Voerd, Tyman de Langhe

Drakenburg, van | 1422-12-06

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 459
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Gheryt van Damassche oorkondt dat Frederic van Drakenborch, "onse man", schuldig is aan heer Jan Dircsz, canonic ten Dom te Utrecht, van geleend geld 60 goede gouden Eng nobelen, met als onderpand "al zynre vruchten ende tyenden die hi leggende heeft in der prochie van Emenesse die hij van de abdij houdt"

getuigen: Vrederic van den Voert, Tyman de Langhe

Endegeest, van | 1402-02-16

Arch Gasthuizen Leiden regest 272/Arch St Catharinagasthuis Inv no 371 en Cartul A fol 64
Achternamenindex

Symon zoon van Florens van Endegheest, oud tussen 14-25 jaar, maakt zijn testament voor notaris Jhannes Wilhelmi, en vermaakt aan het hospitaal St Katarine Virg te Leyden een rente van 40 sol, verzekerd op de Langhe weyde bij het huis Endegheest in Oestgheest. Verder een rente van 40 sol verzekrd p dit land aan de provisio St pape in Reynsburch, en aan Walterus filius Jacobi en zijn twee zusters elk 10 solidi, ook verzekerd op dit land, evt na hun onbeerfd overlijden te komen aan het gasthuis; verder aan de fabriek der kerk van Rijnsburg een rente van 1 £ , voor uitdeling aan de armen en aan de biddende orden elk een rente van 50 solidi

Alkmaar, van | 1384-1385

Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex

Claes van Alcmaer: (826 fol 4) afterstal van Vronen 10sc, (fol 14) land te Vronen 16sc; 1389-1390: (828 fol 16v) de tienden van Outkerspel 33 £;, (fol 6v) afterstal van de biertollen op de Langhendyc 20sc; 1385-1386: (827 fol 19v) de biertollen op de Langhe dyc 41sc; 1377: (820 fol 11v) van idem 20sc, (fol 16v) de swaen op den Langendyc, van syn roc 40sc; 1379: (821 fol 14) de biertollen op de Langhendyc 36sc, (fol 19v) die die swaen bewaert op den Langhen dijc, van syn roc 40sc; 1382: (823 fol 11v) van de visserij van de Langelaan 16£, (fol 12v) de biertollen op de Langhedyc 25sc, (fol 19) die swaen op den Langen dijk, van sinen roc 40sc

Herlaer, van | 1348~ (1345-1351)

Van Mieris II p 759/Matthaeus Chron Egm p 222, 223
Achternamenindex

twist over de tienden van Cole, Boekelsdyc en Bloemertsdyc met de abt van Egmond, die beweerde dat deze tienden als een recht leen aan hem vervallen waren bij de dood van de vrouwe van Rotterdam heer Dirk Boekelsdochter. Zij huwde met heer Simon van Teylinge die belening verzocht aan abt Hugo Mensenz (1326-1345); "daerna doe Haer Symon doot bleef, versochte sijn wijf die tiende, daer veel goede luden over waren, voor Haer Willaem van Rolland, die doe abt was, dies hij haer niet doen en woude"; "Daerna na sij Haer Gerrid van Harlaer te manne, die t oock mede aen Haer Willem van Rolland versochte" zonder resultaat; "Doe seyde Haer Gerrid van Harlaer dat elck man nam, dat hem besciten mochte. Daerna en versocht sij dat goet niet, also langhe alse levede, maer bleef daer in sitten met gewelt.... etc"

Clenkijn | 1304-06-24

Van Mieris II p 41
Achternamenindex

Ghisebrecht heer van Yselsteyn en zijn drie zoons houden goederen van het kapittel van St Marie in leen

zijn vrouw Berte van Yselsteyn, Claes de Weldighe, Martyn Dircz , Arnoud de Langhe, Coenraed Buse, jonge Pieter en Coenraet Clenkynskinder, knapen

Ysselsteyn, van | 1304-06-24

Van Mieris II p 41
Achternamenindex

Gisebrecht van Yselsteyn bekent voor zich en zijn drie zoons Arnoud, Otte en Jan van Ysselstein, welke goederen hij van het kapittel van St Marie in leen houdt: de dagelijkse gerechten van Ysselsteyn, van Merlo, van Mernedijc, de dijk tot Yselsteyn toe, met de tijns, en de tienden in het land van Yselsteyn, van Upburen, Eyteren, van der Marne, de visserij in de Ysel, zover het St Marie te Utrecht toebehoort

zijn vrouw Berte van Yselsteyn, Claes die Weldighe, Martijn, Dirczoen, Arnoud de Langhe, Coenraed Buse, jonge Pieter en Coenraet Clenkijns kinderen, knapen

Lange, de | 1304-06-24

Van Mieris II p 41
Achternamenindex

Gisebrecht van Yselsteyn bekent voor zich en zijn drie zoons Arnoud, Otte en Jan van Ysselstein, welke goederen hij van het kapittel van St Marie in leen houdt

zijn vrouw Berte van Yselsteyn, Claes die Weldighe, Martijn, Dirczoen, Arnoud de Langhe, Coenraed Buse, jonge Pieter en Coenraet Clenkijns kinderen, knapen