29 resultaten

Lienlaer, van | 1454-07-10

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 156v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Alyt Aelbert Dijersdochter, vrouw van Claes van Lienlaer Lambertsz, wordt beleend met 75 gld per jaar erfelijke rente uit de hoeve tot Lyenlaer, in het gerecht van Ymmeclaer, zoals Claes die van de abdij in leen hield; hulde en eed doet voor haar Peter van Sconenberch; "nu Lambert van Lielaer Aleyden voirs. soon"

mannen: Geryt Jansz, Steven Maesz

Lienlaer, van | 1455-02-03

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 430, 120, 161, 194v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Evert van Lienlaer draagt op ½ van een ½ hoeve land, het wedederdeel van der Zijlhorst geheten, na dode van zijn moeder Foijse; vervolgens wordt Evert ermee beleend; 1456-07-07: Willem van Lijenlaer wordt na dode van zijn broer Evert van Lyenlaer beleend met deze helft; dezelfde dag wordt Lambert Jacobsz van Lyenlaer met de andere helft beleend, na hem Goeyert Lambertsz van Lienlaer; 1465-07-18: Jacob Lambertsz van Lijenlaer wordt na dode van zijn vader met de helft beleend; "item nu Goert Lambertssone"

mannen: Geryt Scaij, Peter van Sconenburch; 1456: Goessen Bosch Willemsz, Peter van Sconenburch; 1465: Godert Jacobsz van Lyenlair, Lambert van Lijenlaer

Lienlaer, van | 1466-11-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 194
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Aleid, weduwe van Claes van Lijenlaer, Jan Heynric Salenz, Bertholomeus Jacobsz van Lijenlair en Geryt Bertholomeusz van Lijenlair dragen op de erfelijke rente uit de hoeve tot Lijenlaer, "ende Jan Saell dat steenhuijs mitter grafte alse dat daer nu begrepen is. Ende Bartholomeus Jacobsz der malen renth mit allen horen toebehoren hij hadde uuter hoeve tot Lijelaer. Ende Gerrit Bartholomeusz die nijwe heije alse die gelegen leijt, elcx na uytwisinge der leenbrieve"; vervolgens wordt Lambert van Lyenlaer Claesz met al deze goederen beleend, die voortijds van de hoeve tot Lyenlaer gescheiden zijn

mannen: Peter Dijer, Heinrick van Duven

Lienlaer, van | 1467-04-25

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 195
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Agniese Godert Jacobszdochter van Lijenlaer met haar man Ludeman Reijersz als voogd, wordt na dode van haar vader beleend met een stuk land in de oude weeer op Zeldert van 1 ½ vierendeel, belend oost: Huge Semmen [?] en Aelbert schoemakers nakomelingen, west: Elias van Wede en Jan Vluggen nakomelingen; "item modo Thomas filius ejus"; volgt nog eens dezelfde leenbrief, onder staat hier: "Thomas ejus filius habet ½ bij overgifte synre moeder"

mannen: Dirc van Oestrum, Gysbert Henricsz, Evert van Heese

Lienlaer, van | 1471-01-15

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 200, 214v, 445v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Willam van Lyenlaer Willemsz wordt na dode van zijn vader Willem van Lijenlaer beleend met ½ onderdeylt van ½ hoeve land, welke ½ hoeve het wederdeel is van der Zijlhorst, zoals hij dat van de abdij in leen hield; "modo Wilhelmus, filius ejus, ut in libro Wilhelmi de nova ecclesia fol 166"; 1474-03-04: Willem van Lijenlair maakt hieruit tot lijftocht voor zijn vrouw Anthonia Willem Ricoutsdochter, 20 Beyers gld

mannen: Geryt Meusz, Peter Dier, Evert van Hese; 1474: Egbert die Beer, Evert van Heze

Lienlaer, van | 1473-07-12

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 214v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Goijert van Lielaer Lambertsz wordt na dode van Lambert van Lielaer Jacobsz beleend met ½, onderdeijlt, van een ½ hoeve land, die het wederdeel van de Zijlhorst geheten is en Lambert van Lielaer Jacobsz van de abdij in leen hield; behalve de lijftocht van Oede, weduwe van Lambert van Lielaer; Goert Lambertsz van Lielaer houdt in leen de helft van een ½ hoeve van der Zylhorst, zoals Lambert die van de abdij hield; "ut in littera Jacobi de Lielaer, vide supra folio 161"

mannen: Willam van Lielaer Willemsz, Jan van Helmont

Lienlaer, van | 1476-04-24

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 230, 230v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Lambert van Lielaer "belyede alse dat Jan die Coninck ofte syn erfgenamen dat stuck lants houdende 3 ½ morgen gelegen inder maelscap van Emmyngelaer", belend oost: de abdij St Paulus, zuid: Lambert van Lielaer, west, noord: de gemene wech, "ende Jan die Coninck den voirs. Lambert bij brieven opgedragen heeft na utwisinge des leenbriefs die Lambert daervan heeft binnen 8 jaar e.k. wederom gelost mag worden met een som van 140 goede gouden Joh. Beyerse gulden"; doet Jan de Coninc dit, dan moet hij de heergewade van 1 oude Vrancr schilt betalen "ende als doen sal dat voirs stuck lants voortaen weder staen in tselve heergewade daer Jan die Coninck dat alinge goet van Emmenclaer ende Langhevoirde mede houdende is"; op dezelfde dag draagt Jan de Coninck dit leen op tbv Lambert van Lijelaer, die ermee beleend wordt

mannen: Eerst van Drakenborch, Evert [van] Hese

Bossche, van den | 1410~

Leenregister Culeborg fol 12v en 77
Achternamenindex

leenregister Culemborg: goed dat gelegen is ten Gheijne, tussen Lienlaer en de hove bij Amersfoert: - Willem Ricoutsz van den Bossche; - Deliane Rykoutsdochter van den Bossche een goed ten Geijne tussen Lienlaer en Amersfoort, haar man Gijsbert Dircksz doet hulde

Banne | 1439-01-08

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 132v, 133, 133v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt oorkondt dat Jan Banne hem opdroeg tbv Claes Jan Bannendochter ½ van alinge sijne goede tot Lienlaer bij Amersfoort onderdeelt met zijn dochter Claes; Claes van Lienlaer draagt vervolgens op dat steenhuys mitter graften dat gelegen is aen Jan Bannen goet van Lienlaer, onder voorwaarde dat als de grachten schoon gemaakt worden, vuilnis en slijk op Claes erf gedeponeerd mogen worden; zij wordt vervolgens beleend tot een goed onversterfelijk erfleen, heeft zij geen kinderen bij haar man Heinric Gheryt Zalenz, zo zullen haar erfgenamen aan Heynric 225 g.g. Wilh Holl scilt moeten betalen; Claes Jan Bannendochter en haar man Henric Zael maken uit de hoeve van Lienlaer tot lijftocht voor haar vader Jan Ban, 60 Arnh gld en als lijftocht voor Kerstine Claes Bannen weduwe 40 Arnh Arnold gld per jaar uit de hoeve van Lienlaer tot lijftocht

mannen: Gheryt Jansz, Gosen van den Voerde

Gheijn, van den | 1422-11-24

Leenregister Culemborg fol 92v
Achternamenindex

leenregister Culemborg ± 1410: Diric van den Gheijn ontvangt het goed ten Gheijn, gelegen tussen Lienlaer en de hove bij Amesfoert; in margine: Sticht