Sparenwoude, van | 1367-08-14

Van Mieris III p 212

Achternamenindex

Claes Willemsz van Spaernewoude ontvangt het goed van zijn vader: - de woning te Rolland met heemwerf 8 morgen land; - een camp land ten zuiden van dit huis; - 4 morgen ter groenre brugge; - 2 camp van 7 morgen en 2 hont; - het tweedeel van de korentiende gelegen tussen het Spaerne bij Boydekenslote en Boesingherlieden, gaande tot Lymmere; - alle smaltienden hierin; - 4 hoet gerst, te leveren uit de Monnikenhove van Texel te Haarlem; 1367-08-21: aantekening "dit selve goed voorscreven heeft Margriete van Rolland [dochter van Willem van Spernewoude] ontfaen van minen Here, 's Vridaghes na Remigii. Hierover waeren alse manne Heer Philips van Pollanen, die Burggrave, Haer Gherryt van Heemstede"

[te lezen: 1362 ?]

Visscher, de | 1337<~

Reg Rotterdam en Schieland no 466, 467/II no 308 ?/Arch Heren van Voorne regest 586, 587

Achternamenindex

leen van Voorne: Gillis van Cralingen houdt van Gerard van Voorne [stierf in 1337] het huis te Crooswijc in erfleen; Dirk de Visscher: zijn woning bij Croeswijc met hofstede en erf; Dieric de Visscher uit Scouden: het huis te Croeswijc met boomgaard en hofstede (no 586); later is Diederic doorgehaald en vervangen door Vrederic die Visscher; Dirk die Visscher houdt land en rente (stierf 11-11), thans op zijn zoons Jan, Vlaminc en Ghise; aantekening: Jan houdt nu 4 lijn te Capelle; no 587: Vrancke die Visscher: zijn woning bij Croeswyc met hofstede en erf; manne van Noordholland: no 615) Vranck de Visser item

Haerlem, van | 1322-05-06

R.A.H. 32 fol 2/Reg EL 39 fol 7v/Reg Hann p 105

Achternamenindex

graaf Willem doet uitspraak over de eis die ver Beatrijs Willemsdochter van Haarlem vrouwe van Heemskerk en haar kinderen die zij bij heer Jan Mulert heeft, ingesteld heeft tegen jvr Goede Jansdochter van Haerlem, betreffende de goederen van Willem van Haerlem, die wijlen Jan van Bergen bezat; de uitspraak luidt dat jvr Goede bij uitspraak van Jan Persijn heer Jan Persijnsz en Floris van Adrichem, aan Beatrix zal bewijzen 100 £ op het eigen erf liggende te Hoogedorp, dat van Willem van Haerlem was; wanneer jvr Goede te manne kwam, zou zij dit erf mogen lossen binnen het jaar, deed zij dit niet dan kwam het eeuwig aan vrouw Beatrix en haar kinderen

Leeuwen, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 84, 84v, 58v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Herman van Lewen Geritsz, opgedragen door Geryt van Wijck, 4 morgen 2 hont in de maelscap van Ryswick, van de Weertgrave tot aan de Broeckstege toe, belend boven: Jorden Doijs en Geryt Doys Gerytsz, beneden: Lysbet Jan Gysbertsz en haar kinderen; - Henrick Ponciaensz een akker land in Rijswicker maelscap, zoals de brief van Herman van Lewen Hermansz, manne: Herman van Lewen Jansz; - Herman van Lewen Jansz een hofstad met toebehoeren in Rijswicker maelscap, van de bandijk tot aan de middelweg, belend beneden: de vrouwe van Gulick, boven: Loef van den Werve; - Herman voors 3 ½ morgen in Rijswicker maelscap tussen de Grippel die achter de Hoelkule ligt en de Leck, belend boven: de paepelicke provende van Rijswijck en beneden: Johan van Lewen

Herlaer, van | 1348~ (1345-1351)

Van Mieris II p 759/Matthaeus Chron Egm p 222, 223

Achternamenindex

twist over de tienden van Cole, Boekelsdyc en Bloemertsdyc met de abt van Egmond, die beweerde dat deze tienden als een recht leen aan hem vervallen waren bij de dood van de vrouwe van Rotterdam heer Dirk Boekelsdochter. Zij huwde met heer Simon van Teylinge die belening verzocht aan abt Hugo Mensenz (1326-1345); "daerna doe Haer Symon doot bleef, versochte sijn wijf die tiende, daer veel goede luden over waren, voor Haer Willaem van Rolland, die doe abt was, dies hij haer niet doen en woude"; "Daerna na sij Haer Gerrid van Harlaer te manne, die t oock mede aen Haer Willem van Rolland versochte" zonder resultaat; "Doe seyde Haer Gerrid van Harlaer dat elck man nam, dat hem besciten mochte. Daerna en versocht sij dat goet niet, also langhe alse levede, maer bleef daer in sitten met gewelt.... etc"

Swieten, van | 1339-12-06

Bijdr Hist Gen 1901 p 234, 235/Reg EL 5 fol 56v, 57r; Reg Hann p 266/Reg EL 32 fol 25

Achternamenindex

Dieric van Swieten maakt tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Ermegarde het huis en erf met 30 morgen land, dat van Florys van Renneghem was, liggende in Zoeterwoude, na zijn dood te komen op zijn oudste zoon; 1339-12-08: bevestigd door de graaf

manne: Jonghe Jan Ghelenz, Clays Jansz, Reyner Heynenz

Palick | 1385-09-30

Van Doorninck: Akten Gelre Zutphen te Dusseldorf p 11

Achternamenindex

Deric van Synderen heeft zijn vrouw Fye, dochter van Gerardt Paliken van Sevenher, opgedragen den alingen Hof ter Horst en de Luttike Horst, gelegen in het kerspel de Wilp en het alinge goed te Camp in het kerspel van Voerst; ook heeft hij opgedragen zijn goed die Welle te Synderen

manne: Walraven van Wye, Otte van Bylandt heer Ottenz

Schonauwen, van | 1399-10-05~

R.A.H. Coll Aanw 57 fol 427

Achternamenindex

Jan heer van Arkel beleent Pieter Ottenz met 6 morgen land in Rosendaal in het land van Haestrecht, boven de kerk

manne: heer Aernt van Schonouwe en Otte van Gellichem

Werve, van den | 1383-03-18

Van Mieris III p 386; Navorscher jg 1893 p 513/Reg XVIII Cas E fol 16v/Reg Nov vassal Holl fol 52v

Achternamenindex

jvr Aleyd van den Werve wordt beleend met: Slupwijc met Ravensberghe, de Vroenmade, de nieuwe Gravencoep, de oude Gravencoep, na haar moeder Badeloghe Pietersdochter van Minnichem; Aleid van de Werve vermeld als dochter van Jan van Cranenburg (1390)

manne: de heer van Brederode, de heer van Asperen

Egmond, van | 1312-10-28

Van Mieris II p 127/Bockenberg: Egmondanorum Historia et Genealogia p 51, 52

Achternamenindex

twist tussen Wouter van Egmond en abt Bartoud van Egmond over het goed van Egmond; Wouter volgt het advies van zijn Raad: - dat men in den boeme voor dat steenhuys houden sal drie gadinghe s jaers, - dat waar enich man geslagen orde binnen den dorpe, so souder Wouter comen ende vragen den abt wanneer dattet den abt goedtdocht dat menre over rechte, ende sal den abt bidden dat hij daerover ware; als de abt niet thuis is, zou hij de prior aanspreken, also bij mijn te zitten ende dat recht van den dooden manne sal wesen voor t naeste huys van den dorpe voor die bregge. - Hij sal niet rechten over des Godshuys mannen dan van dootslagen ende van vechten. - Voort waert dat saecke, dat die boden van den Hoeve misdaden in den dorpe, dat soude ic, ofte mijnen bode den abt seggen etc

scheidslieden: Hugo prior van Egmond, Gerardus de Heemskerk, Joannes Persyn senior, Walterus Wterwyck [uter Wijc], Theodericus de Rollant