103 resultaten

Goor, van | 1230-02-26

De Fremery no 64
Achternamenindex

Dirk van Altena ontslaat de abdij Berne te Hunen [Drunen] van de betaling van alle lasten in Hunen, met uitzondering van een cijns van 4 den. Holl per jaar. De rechtspraak waarbij de abdij betrokken mocht zijn, houdt hij zich persoonlijk voor

getuigen en bezegeld: Walterus abbas de Berne, Theodericus de Gore, Arnoldus, avunculus meus, dominus S. Both, Wilhelmus frater meus, B. de Domo, Jacobus miles de Hedele

Domijn | 1334

Rek Hen Huis I p 167, 168
Achternamenindex

renten van Noordholland: - corentienden in Rijnland, verkocht 1333: "dat tiendekijn van 5 hoeven in Oudencoep an Harmans tiende van den Bossche, des hem Claes van den Broeke ende Hughe Arnts vermaten, daer men niet of en vant dat zire ije corentienden hadden, mar zij hebben den smaltiende", kocht Ghisebrecht Domijn voor 26 sc; - de tiende in Nuwencoep kocht Meeus de bode voor 50 £

borge met Meus: voor ⅛ deel Gheryt Wennenz en Ghisebrecht Domijn

Arkel, van | 1272-11-04

Arch Duitse Orde no 494/5 p 589;v.d. Bergh II no 244;Noordbrabantse Charters bl 4;van Mieris I p 365,366; Hist Episc Ultrj I p 226; Kerkelijke Oudheden van het Bisdom Utrecht II p 311; A.Math Analecta V p 216
Achternamenindex

Johannes heer van Arkel bevestigt het Duitse Huis te Utrecht in het bezit van alle goederen en rechten te Schelluinen, geschonken door wijlen Theodericus van Altena ("zijns vaders") (1265-03-27 en 1268-05-02), die deze van Muloc gekocht had. [de toevoeging "zijns vaders" ontbreekt in het origineel in de archieven van de Duitse Orde onder 2476; Een afschrijver moet de woorden toegevoegd hebben. Hij zou dan geweten moeten hebben dat bv Dirc van Altena stiefvader van Jan van Arkel was, waardoor ook het verband van Arkel met Altena verklaard zou zijn]

testes: Wilhelmus de Horne en Otto de Heuclum patruus meus

Heukelom, van | 1272-11-07

Arch Duitse Orde no 494/5 p 589;v.d. Bergh II no 244; Noordbrabantse Charters bl 4; Van Mieris I p 365,366; Hist Episc Ultrj I p 226; Kerkelijke Oudheden van het Bisdom Utrecht II p 311; A.Math Analecta V p 216
Achternamenindex

Johannes heer van Arkel bevestigt het Duitse Huis te Utrecht in het bezit van alle goederen en rechten te Schelluinen, geschonken door wijlen Theodericus van Altena ("zijns vaders")

testes: Wilhelmus de Horne en Otto de Heuclum patruus meus

Egmond, van | 1217-09-21

v.d. Bergh II Nalezing no 12
Achternamenindex

Nicholaus Persin de Harlem vrijwaart de abdij Marienweerd in de tienden te Heimond [Naaldwijk] en stelt als onderpand alle tienden in Hovetwere en Smalengeest apud Velsen, die hij in leen houdt van de graaf van Bergen (leen van Holland ?)

borgen: Isbrandus de Harlem, avunculus meus, Walterus de Harlem, Wilhelmus de Egmont, Bartholomeus de Harlem

Landas, de | 1278-05-31

Sloet no 995
Achternamenindex

Wenemar de Redichem ruilt voor 4 jaar met het klooster Marienweerd 3 weren in Ascherweert, bij Reinerus de Landaest, voor 3 weren in Solemunderbruec, ultra Novam fossam

bezegeld door: Stephanus de Beusichem, proost van St Pieter en Hubertus dictus Scenck de Redichem, cognatus meus

Wyffliet, van | 1453-12-28

Taxandria jg 11 p 33
Achternamenindex

rechter en heemraden in het ambacht van Besoyen verklaren dat Aleit van Wyfvliet Willemsdochter van Besoeijen en Willem van Wyfvliet, wettige zoon van Aleit, een overeenkomst getroffen hebben omtrent een rente die Aleit uit Besoyen zou hebben

bezegeld door Meus van Amerongen, Jacop van Gent, op verzoek van heemraden die geen gemeen zegel hebben

Weteringe, van der | 1463-03-26

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 170v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Meeus Jacobsz van der Weteringe draagt zijn leen op: 1) ¼ deel van een hoeve land in het kerspel van Zoes met een hofstede en 2 mud roggeland, van den Brinck tot aan Jacop van Nyevelt, en tot aan Dirc Stevensz, belend zonnewaarts: Lambert Tuer, zeewaarts: Dirc Stevensz, 2) 3 scepel land strekkende aan de Groene wech, belend zonnewaarts: de heren van Oudmunster, zeewaarts: Gysbert Woutersz, 3) 2 scepel land strekkende tot aan de Baernsche wech, zonnewaarts: Jacob Willemsz van den Doem, zeewaart: de heren van Oudmunster, 4) 1 scepel land over den Baernsche weg, tot aan Willem Jacobsz van den Doem en Gysbert van Hagenouwen, zonnewaarts: Isack Evertsz, zeewaarts: Gysbert Woutersz, 5) "dat nederlant", van den Brinck tot aan des heren maeth, belend zonnewaarts: Willem Woutersz, zeewaarts: Wouter Muschenz, met alle toebehoren, behalve het veen; vervolgens wordt Eese, zuster van Meus en vrouw van Jan Brant, ermee beleend; Jan Brant doet hulde en manschap voor haar; "item Jan Brant filius ejus habet"

mannen: Gysbert van Hamelenberge, Pouwels van Malsen

moutmaker | 1594-03-07

R.A.H. O.R.A. 1063 fol 95
Achternamenindex

Engbert Melisz Prins, schout, Meus Jansz en Jan Petersz Keuijer, schepenen in de ban van Overveen, oorkonden dat Thoonis Jansz de zoon van Jan Gerritsz van Velsen, buerman in de voors. banne, erkende verkocht te hebben en mitsdien schuldig te zijn aan Cornelis Maertsz moutmaker, poorter te Haerlem, een jaarlijkse losrente van 25 Kar gld per jaar, losbaar met 400 Kar gld, onderpand: - 3 morgen land met huijsing en geboomte, belend oost: het Middelwechgen, zuid: Pieter Willemsz tot Overveen, noord: Engbert Dircsz Deijman tot Haarlem, west: de wildernis; - de Sleperscroft, groot 6 morgen 4 hont gekomen van Theunis Aluwijn [ook: 1606-05-29], noord en west: Theunis Jansz zelf, oost: het middelpaetgen, zuid: Anne Keuijers woninge; - 3 morgen hem comparant competerende in een perceel lands groot 5 morgen, genaamd Besgescroft, belend zuid, noord, oost: de comparant zelf, west: de wildernis; - de lange croft, groot 2½ morgen, belend noord: Pieter Willemsz, zuid: Theunis Jansz zelf, oost: het middelpaetgen, west: Aernt van der Hooch; - de helft van een woninge, groot in het geheel 5 morgen, waarvan Cornelis Jansz Argemantgen de wederhelft toekomt, belend zuid: Dirck van Nuyssenburch, oost: de Houtvaert, noord: Pieter Willemsz, west: Pieter Willemsz, alle landen samen 17 morgen 4 hont, gelegen in de Riethorn in de ban van Overveen (vgl 1589-11-09)

Transportregister Bloemendaal; Haarlem: de Delft. 1596-05-01: Cornelis Maertsz moutmaker, idem 1597-12-10, 1604-06-28

dapifer | 1233-04-20

v.d. Bergh I no 344
Achternamenindex

graaf Floris IV verkoopt aan Nicolaas van Gnepwick, Herbaren van Aelsmeer en Woubrecht en hun verwanten zijn bede te Waddingsveen

Machteld, gravin van Holland, Wilhelmus van Teylinghe, Otto prepositus Daventriensis, Wilhelmus frater meus, Ghisbartus dapifer, B. Buffel, Martinus notarius, Willelmus de Vene, Choen de Zande, Th. frater eius, Hugho Manfraet