58 resultaten

Jutfaes, van | 1467-04-13

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 92, 93v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: (doorgehaald: nihil significat) abt Johan Claeuwert oorkondt dat mr Florens van Jutfaes, canonic St Jan te Utrecht, na dode van zijn vader Jacob van Jutfaes, beleend is met 36 £ zwarte Tourn per jaar uit de tiende tot Eemnesse, Vrederic van Drakenburch doet hulde en eed; "non tenet"; volgende bladzijde: dezelfde akte met enige veranderingen: Florens is de oudste zoon en leenvolger, en de bedoelde tiende van Eemnesse wordt in leen gehouden door Jan van Amerongen en Peter Hamertvelt

mannen: Jan die Coninc, Alfer Ruijsch, Tyman Mouwer van Heersel

Colijn | 1467-07-25

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 388v, 389
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Claes Jacob Willem Colijnsz wordt binnen jaar en dag na dode van zijn broer mr Jacob Jacob Willem Colynsz beleend met 3 gemeten tienden in de parochie ter Nesse in Zuid Beveland, jaarlijkse pacht 7 oude gr Con Tourn en een goede maaltijd, en nog met 5 ghemet tiende min 13½ roeden, gelegen in de parochie van tser Abbenkerke, tegen een jaarlijkse pacht van 4 scell gr Vls, beiden te houden tot een onversterfelijk erfleen; hij wordt ook beleend met 2½ gemeten tiende in de parochie van tser Abbenkerke, die vrou Elisabeth Wilden vrou van der Moere en van der Maelstede vroeger in leen hield, en daarna mr Jacob

mannen: Alfer Ruysch, Henric van Duven, Tyman Mouwer van Heersel

Hamelenberge, van | 1467-05-09

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 196
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gysbert de Wolff van Hamelenberch draagt op tbv zijn zoon Dirc van Hamelenberch, alle lijftocht die hij had aan ⅓ deel, onderdeylt van 4 campen land, gelegen tot Zoes bij den goede te Hamelenberch, geheten: de Stocmaet, de Nijecamp, de Oude Weyde, de Hoetmaet, die Dirc in leen houdt; zijn dochters Mechtelt, Korstijn en Cornelis, die hij heeft bij zijn vrouw Angniese Gerytsdochter van Hensbeeck, met Jan van Lewen en Jacob Henricsz als mombers, afstand tbv van hun broer Dirc, elk van 1 Eng nobel per jaar rente uit dit leengoed; vervolgens draagt Dirc van Hamelenberch dit leen van ½ van ⅓ deel van deze 4 campen, over tbv Pouwels van Malsen, die ermee beleend wordt; "Pouwels is doot ende dit heeft ontfangen Jan sijn soen"; op dezelfde dag wordt met de andere helft van ⅓ deel van deze vier campen beleend Aernt Knoep, na opdracht van Dirc van Hamelenburch

mannen: Henrick de Wit, Jan van der Anxter, Tyman Mouwer van Heersel

Steen, van den | 1463-10-20

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 378v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt beleent jvr Beatris Gelisdochter van den Steijn, binnen jaar en dag na dode van haar moije jvr Beatris van den Steijn mr Petersdochter van den Steijn, met de tienden in Coudekerke, en de tienden gelegen in Biggenkerke, jaarlijkse pacht no 1) 30 scell zw Tourn en een goede maaltijd, no 2) 40 scell zw Tourn en een maaltijd; "modo Adolph Blanckert"

mannen: Jan van den Anxter, Jan Stevensz en Tyman Mouwer van Heerseel

Clarenburg, van | 1472-03-01

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 442v, 443
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: jvr Janna Jansdochter van Clarenborch, vrouw van Herman van Wije, maakt haar man tot lijftocht de alinge tiende tot Bunschoten [er staat: bbuscoten], die zij van de abdij in leen houdt; Harman van Wije heeft zijn lijftocht verkocht in 1474 op St Petersavond ad Cathedram

mannen: Geryt van Rijn,Tyman Mouwer van Heersell; 1474: Alfer Ruysch, Jan Helmont

Beer, de | 1463-11-18

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 466v, 449v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de broers Jan en Gysbert de Beer Rutgerszonen vermaken elkaar, indien zijn kinderloos sterven, de volgende leengoederen: 1) 1 ½ morgen veen after Zoesenge in de Cleyne Slage, strekkende van Hezerveen then herden wert, belend noord: Rutger Jacob Tymansz.z, zuid: Jacob Scaijen erfgenamen, 2) ⅓ deel van 5 morgen veen in Heserveen, strekkende van der meer te grafte weert, onderdeylt met Gysbert Heijnricsz, belend oost, west: Peter Lambertsz van Hamertvelt; 1468-10-29: Jan de Beer Jacobsz maakt de helft van deze lenen tot lijftocht voor zijn vrouw Marie Aernt Willemsz, een rente van 5 gouden R gld per jaar en meer niet, sterft zij kinderloos dan komt de rente aan het St Barbaragasthuis te Utrecht

mannen: Henric van Duven, Tyman Mouwer van Heersell; 1468: Henric van Duven, Symon Jansz

Beer, de | 1463-11-18

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 171v, 449v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Rutger de Beer Jacobsz draagt over: 1) een camp land in de Slage, geheten "dat Cleyne Broeck", belend landwaarts: dat goed dat van Evert van Crachwijc was, en het goed dat roert in Rodekynscamp, zeewaarts: erfgenamen van Dirc Willemsz van den goede van Hamelenberch, en een camp geheten dat Grote Broec, 2) 1½ morgen veen after Zoes enge in de Cleyne Slage, strekkende van Hezer Veen then Herden waert, belend oost: Rutger Jacob Tymansz.z, zuid: Jacob Scaijen erfgenamen; vervolgens worden de broers Jan en Gysbert zoons van Jacob de Beer Rutgersz elk voor de helft met dit leen beleend; "Jan heeft die een helft versocht post mortem Gysberti fratris ejus"; 1468-10-29: Gheertruijt, vrouw van wijlen Jacob de Beren, scheldt haar zoon Jan de Beer Jacobsz de lijftocht aan de helft van deze lenen kwijt; vervolgens maakt Jan de Beer de helft van de Cleyne Broeck tot lijftocht voor zijn vrouw Marie Aernt Willems.dochter

mannen: Gysbert Henricsz, Tyman Mouwer van Heersel; 1468: Hubert van Pallaes, Geryt van Rijn

Hamelenberge, van | 1453-12-17

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 464, 163v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Jacob van Poelgeest oorkondt dat Jan van Hamelenberge Dircsz zijn dochter Alijt die hij heeft bij zijn vrouw Korstijn Ghysbert Te[n]gnagelsdochter tot lijftocht maakt het ⅓ deel, onderdeelt van 4 kampen land gelegen tot Zoes bij den goede tot Hamelenberge: geheten Stockmaet, de Nyewe Camp, de Oude Weyde, de Homaet, na zijn dood de rechte nahand, en erven zullen op zijn dochter Alijt; 1460-08-16: Alyt Jansdochter van Hamelenberge, bij zijn vrouw Korstine Gysbert Tengnagelsdochter, met haar man Aernt Knoep, wordt na dode van haar vader Jan van Hamelenberg beleent met deze goederen, haar man doet hulde en eed

mannen: Ot Slingelant, Jacob van der Weteringhe; 1460: Henric van Duven, Tyman Mouwer van Heerssel

Baarn, van | 1453-03-10

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 153v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Roelof van Baern wordt beleend met zijn venen te tijns en te lene in het gerecht van Zoess, achter Zoesenge in de grote en cleyne Slage, en in Hezer Veen, met alle overganc ter Vuersen wert; vervolgens draagt Roelof op 3½ hoeve veen in Heserveen, belend oost: Reynaer Lambertsz en Goedvaert Heinric Bottersz, west: Peter Hamertvelt en de erfgenamen van Aernt van Amerongen; Reynaer Lambertsz draagt op al zijn recht op ½ vierdel veen, die van Lysbeth van Wede waren in de 3½ hoeve; Roelof draagt op: - ½ hoeve veen in Hezerveen, oost: Peter Hamertvelt en Aernts erfgenamen van Amerongen, west: Peter Hamertvelt, - 8 vierdeel veen in Zoesserveen, in de cleijne slage, belend zuid: Steven van Zuylen van Nyevelt, noord: die gemeen grafte, - 3½ morgen in de cleyne slage, belend zuid: nakomelingen van Heinric van Rijn, noord: Heinric Ghysbertsz, - de helft van ½ hoeve veen in de Grote slag, waarvan Henric Godevaert Bottersz het andere deel heeft, zuid: Jacob Nenninc Petersz, noord: Jacob Scadenz; vervolgens wordt Roelof van Baern met dit alles beleend; "versocht bij Roelof zyn zoon infra fol 191 eodem libro"

Goyert de Coninck, Volken van Baern, onse mannen; Zouwe van Rijn, Jan Mouwer, onse tynsgenoten

Bot | 1472-02-13

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 207, 233v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Peter Bot Volkenz als voogd van zijn zoon Volken Bot wordt na dode van Volkens oudevader Wouter Scade beleend met ½ hoeve veen in het gericht van Zoes in de Grote Slage, belend zeewaarts: Henric Goijertsz en erfgenamen van Roelof van Baern, noordwaarts: Gosen Willemsz en Gysbert Woutersz erfgenamen; Volken Bot wordt beleend tot een goed onversterfelijk erfleen, en Peter doet hulde voor zijn zoon; 1483-02-21: Bernt Scade beleend, na dode van zijn neef Volken Bot Petersz; in margine: "dese ½ hoeve veen heeft nu Jacob Schaij, in libro abbatis Mathei de Goch"

mannen: Evert Heze en Tyman Mouwer van Heersel; 1483: Evert van Heese, Henric van Ryngenberghe