Ochten, van | 1039-1048

Batavia Illustrata bl 739 (759)no 69

Achternamenindex

lijst van Hollandse edelen: heer Gerrit van Diepersen en de heer van Ogten, misschien van het huis van Arkel of Altena, die de graaf te hulp kwamen voor Dordrecht

Ochten, van | 1190

Navorscher jg 36 1886 p 81, 84/Batavia Illustrata bl 348/Wapenheraut jg I p 37, 38

Achternamenindex

stamreeks Ricolt de Uhten

zegel: gekroonde leeuw

Ochten, van | 1190

Sloet no 376, 387

Achternamenindex

Ricolt de Uhten, borg voor de graaf van Gelre; 1196: Ricolt de Huch, borg voor de graaf van Gelre

Ochten, van | 1199

Noordbrabantse Charters p 18/Butkens: Troph de Brabant I p 50/Geld Charterboek p 276; Sloet no 397

Achternamenindex

overeenkomst tussen de hertog van Lotharingen en de graaf van Gelre, aangaande de tollen te Herwaarden, Arnhem en Driel; vermeld: Rinoldus de Oste [Oss ?; van Ochten] en Godefridus de Helmont; 1200-01-22: verdrag tussen graaf van Gelre en de hertog van Brabant; vermeld: Brustene de Driele, Ricoldus de Oste, Johannes de Gotkeforde

Ochten, van | 1203-10-01>~

Sloet no 401/Ooorkbk Brabant I no 98 p 163

Achternamenindex

verdrag tussen Hendrik van Brabant en Otto van Gelre, waarbij Otto aan Hendrik afstaat zijn rechten op Megen, de Eniges ("einingen") in de Kempen ("Kempinnia") en zijn allodium te Oosterbeek, dat hij in leen ontvangt

Henricus de Kessel, Rogerus de Merkem, Engelbertus de Horne, Theodericus de Milne, Theodericus advocatus de Hechte, Giselbertus de Bremmet, zijn broer Theodericus, Bartholomeus de Bremmet, Wilhelmus Molsten, Theodericus de Altena, Alardus de Driele, Henricus de Vorste, Ricoldus de Hogte [Ochten], Walterus Spiering, Theodericus de Wighem, Gerardus de Wishem, Lambertus de Monte, Henricus de Bruelo, Willelmus de Brunghorst, Egbertus de Malsen, Walterus de Capele, Warmus de Herde, Arnoldus de Ortten, Theodericus de Alfen, Herimannus de Oie

Ochten, van | 1257-06-12

v.d. Bergh II no 28

Achternamenindex

uitspraak van de graven van Vlaanderen en Gelre over de twist tussen de bisschop en de stad van Utrecht ener- en Floris, voogd van Holland c.s. anderzijds

Ghilebertus de Goye, Gerardus Spiering, de heer van Buren, Hubertus de Cats, Henricus de Almelo, Philippus de Rinninghe, Simon de Harlem, Ghilebertus de Hamestelle, Henricus de Lecke, Harnestus de Wulven, Arnoldus de Foresta, canonicus, coadjutores domini Florentii

Ochten, van | 1263-08-23~

Van Spaen III p 386/Sloet no 864/Arch St Marie Origineel

Achternamenindex

heer Ricold van Ochten, ridder, zegelde met Diederik van Emere [van Ommeren], en staat vóór de heren van Hornes [van Hernen], Rothem [Rossem] en Soelen; zij worden alle edele heren genoemd. Zijn zegel vertoont een ridder te paard, op het schild: trois chevrons avec un Lambel en Chef

is dit dezelfde oorkonde?

Ochten, van | 1265-07-27

Sloet no 882

Achternamenindex

vrede tussen Otto graaf van Gelre en Hendrik bisschop van Utrecht met benoeming van scheidsmannen

zijde bisschop: Giselbertus de Amestelle, Giselbertus de Goye, Henricus de Almelo, Giselbertus de Buchorst, milites; zijde graaf: Gerardus de Reden, Nicoldus de …den [Vorden?], Wilhelmus de Hernen en Wilhelmus de Vorden

Ochten, van | 1269

Van Spaen III p 386/Ned Adelsboek 1914 p 54

Achternamenindex

vermeld: Aleida van Ochten [zuster van Hendrik en Godfried vermeld in 1281] als vrouw van Rudolf de Cocq, ridder

Ochten, van | 1281-12-13

Sloet no 1040

Achternamenindex

schepenen in Tyle oorkonden, quod coram nobis constituti Godefridus de Wyer, Giselbertus Marceman, Henricus de Boningen, Rutgerus filius Ide en Alardus de Dromte, dat viri nobiles Henricus de Ochten en zijn broer Godefridus, al hun goederen bij Ysender aan Rodolphus dictus Koc, ridder en zijn erven gegeven hebben; verder genoemd: Juttta de Ochten, moeder van de broers, Johannes dictus Wolft en zijn vrouw Berta, Arnoldus de Almelo en zijn vrouw Marina, Berederuna weduwe van Herman van Weestrinnen, Wilhelmus de Wier, Reynerus de Molendino, Conrardus zoon van Thomas de Zandewiec en Andreas Rufus de Wamel, Wilhelmus junior de Pufelec