49 resultaten

Engelsman, den | 1581-04-25

G.A. Haarlem Transportregister 76/26 fol 111
Achternamenindex

Outger Claesz alias Pol, bode op Antwerpen, als gemachtigde van Aernt Govertsz tot Antwerpen, voor de helft erfgenaam van wijlen Symon Jansz den Engelsman en zijn vrouw wijlen Katherina Jacobsdochter, en voor de andere helft is erfgename Anthonia Ockersdochter, weduwe van Ocker Jansz uyt Texel, zij verkopen . huis en erf in de Aneganck te Haarlem

Haarlem

Schrevel | 1529-04-26

Ons Voorgeslacht 03-1985 p 71
Achternamenindex

leen van Arkel: 12 morgen in Bleskensgrave, met huizinge en singel omtrent de gracht, strekkende van de Graafstroom tot de Geer aan de Kade, belend oost: Backweer, west: Kyfland, Ocker Jansz na overdracht door Matys Blaskin; 1546-08-12: Screvel Ockersz na dode van zijn vader Ocker Jansz; 1559-04-20: Jan Screvelsz bij dode van zijn vader Screvel Ockersz, tresorier van Dordrecht; namens hem treden op: Wilhelmina van Drenkwaart en Boudijn van Drenkwaart, schepen; 1585-09-12: Dammas Woutersz doet hulde voor Wilhelmina van Drenkwaart, weduwe van Screvel Ockersz; 1591-05-30: Arnout Bertoutsz voor zjn vrouw Machtelt Screvels, na dode van haar moeder Wilhelmina van Drenkwaart; 1609-10-07: Willem Gerritsz bij overdracht door Arnout Bertoutsz van Gouthoeven voor zijn vrouw Mechtelt dochter van Screvel Ockersz

Blaskyn | 1436-05

Ons Voorgeslacht 03-1985 p 71
Achternamenindex

leen van Arkel: 12 morgen land in Bleskensgraaf, belend oost: Bakweer, west: Kyfland, Willem Blaskin Dircsz; 1473-12-03: Jacob Blaskin bij dode van zijn vader Willem; 1502-08-03: Willem Blaskin bij dode van zijn vader Jacob; 1520-03-04: Mathys Blaskin Jacobsz bij dode van zijn broer Willem; 1529-04-26: Ocker Jansz bij overdracht door Mathys Blaskin

Beke, van der | 1428

Reg Philippus fol 99
Achternamenindex

de helft van 4 morgen land gelegen in het ambacht van Assendelft, belend west: die meer, oost: Willem Ocker, waar Jan van der Beke de andere helft van houdt, beleend Willem uten Hage; Wilhelmus obiit et Wilhelmus filius ejus relevavit 1413-07-19 (77); 1429-06-21: de andere helft ontving Jan van der Beke (115); 1439-03-22 (1438): Wilhelmus uten Hage relevavit partem suam (88)

Couwenhoven, van | 1406-03-22

Reg Rotterdam en Schieland no 1639/Od Reg Memorieheren St Laurenskerk Rotterdam fol 36
Achternamenindex

Jan die Witte en Dirc Rotterdam, schepenen in Rotterdam, oorkonden dat Jan Betaly Jansz voor hen verklaarde schuldig te zijn aan Dirc van Bleyswijc Claesz een halve Engelse nobel per jaar uit zijn twee huizen en erven, breed 4 roeden, gelegen in de Westwagenstrate aan de westzijde, belend zuid: Pouwels die Wielmacker (?), noord: Ocker Bazelair, elk met huis en erve, strekkende van de halve straat tot aan het erf van Odzier van Coudenhoven

Bitter | 1308-12-02

Reg Rotterdam en Schieland no 191
Achternamenindex

Ocker Bitter, Henric van Cralinghen, Henric Willem Makoutsz, Gilys van der Sluse, heemraden in heer Ogiersambacht in Yselmonde, verklaren met erkenning van zijn bevoegdheid om erover te beschikken, dat vóór hen heer Ogier van Vorscoeten, hun heer, aan heer Jan uten Hage, kapellaan te Coninxvelt, tbv de proost en convent van Coninxvelt, gegeven heeft 5 gaarden land, bewoond door Hughe Ottenz, en verzoeken aan heer Dideric, pastoor der parochie te Yselmonde en Jan, zoon van heer Gillys van Vorscoten, ridder, het stuk te bezegelen, waaraan zij gevolg geven

Almonde, van | 1361-1393

R.G.P. Grote Serie no 170 Rek Dom Putten II p 343, 341
Achternamenindex

leen van Putten: Jan van Almonde Willemsz (en zijn broer ?) - ⅓ deel van Ytsgaerdenhil, - ⅓ van Hughe Claesz gorse, - de visserij van Beeningen ½ , - de heerscappij van Pernis ½; Jan van Almonde Hughenz en zijn broer houden ⅓ van Ytsgaerdenhil, ⅓ van Hughe Claeszgorsen, ½ de visserij van Beeningen, en ½ van de heerschap van Pernis; Spikenisse: Ocker Dircsz houd de middeldyc, van Wiskyns hofstede toter hole bi den dorpe toe, en het 1/19 deel van den noorde van Hughe Claesz land; zijn broer Dirc Dircsz houdt 1/19 deel van Hughe Claesz land e.a. en van Itsgaerdenhille

Haghe, uten | 1308-12-02

Reg Rotterdam en Schieland no 191
Achternamenindex

Ocker Bitter, Henric van Cralinghen, Henric Willem Makoutsz, Gilys van der Sluse, heemraden in heer Ogiersambacht in Yselmonde, verklaren met erkenning van zijn bevoegdheid om erover te beschikken, dat vóór hen heer Ogier van Vorscoeten, hun heer, aan heer Jan uten Hage, kapellaan te Coninxvelt, tbv de proost en convent van Coninxvelt, gegeven heeft 5 gaarden land, bewoond door Hughe Ottenz, en verzoeken aan heer Dideric, pastoor der parochie te Yselmonde en Jan, zoon van heer Gillys van Vorscoten, ridder, het stuk te bezegelen, waaraan zij gevolg geven

Heukelom, van | 1467-05-09

A.R.A. Leenkamer 117B Reg Charolais fol 73v
Achternamenindex

Anthonis Michielsz oorkondt dat jvr Machtelt dochter van Dirck de bastaard van Heukelom, vrouw van Ocker Willemsz, een brief toonde met het stadszegel van Gorinchem waarbij haar man haar machtigde op te dragen al het goed dat hij van de heerlijkheid Heukelom in leen hield, tbv hun zoon Dirck. Vervolgens draagt zij, met haar gecoren voogd Henrick Besemer Jansz, over tbv haar zoon Dirc een hoeve land geheten Koenenhoeve gelegen in Rubroeck, zoals vermeld in de leenbrief op 1450-05-25 door Johan van Arkel heer van Heukelom gegeven. Dirck Ockersz wordt vervolgens beleend, behalve de lijftocht van zijn moeder

Bekesteyn, van | 1380-03-25/26

Batavia Illustrata bl 857; Van Mieris dl III p 370; Kroniek Egmond in not Ant. Matheei p 233 en 234
Achternamenindex

Wouter van Bekesteyn, schildknaap, bloedverwant van heer Wouter van Heemskerk, gesproten van een jongere zoon van de huize van Heemskerk, ontvangt van de abt van Egmond in leen 13½ maden in de Grote Waert bij Haarlem, die aan de abdij bestorven waren bij dode van heer Wouter van Heemskerk, ridder, die stierf sonder wettig kind, en wettige broer of zuster. Een vidimus van 1427 op OL Vr. avond te Lichtmisse van Jan de Grebber en Ocker van der Crimpen. Copie van Michiel van Woerden secretaris van Haarlem en notaris publijk d.d. 1615-01-27. Jan van Bekesteijn houdt diezelfde 13½ maden in de ban van Liede in leen in 1430. Hij ontvangt een nieuwe brief op 1430-11-03 daar de oude verloren is gegaan

mannen: Willem van Akendam en Gerrit van der Burg

Haarlem