21 resultaten

Almelo, van | 1293-08-24

Reg Bisschoppen van Utrecht I no 183
Achternamenindex

bisschop Jan van Utrecht verklaart dat Philips van Almelo, zijn broeder Arnold, kannunik te Oldenzaal en zijn moeder Aleydis, ter gelegenheid van het klerk worden van Philips, van hem het privilege verkregen hebben dat zij alle leengoederen die hun vader van het Sticht bezat, zullen mogen behouden, terwijl hun neef Ecbert ze na hun dood zal erven

zegels van Gozewijn, proost van Deventer en Ecbert van Almelo

Grimbergen, van | 1338

De Raadt III p 396, Sceaux Armoriés I 162,164, 249,362, 501, 516; Düss. Werden no 107
Achternamenindex

Agnes vrouwe in Almelo, weduwe van Egbertus van Almelo, met hun kinderen Arnoldus, Hadewigis en Coneghundis verkopen aan de abdij Werden de curtis de Monekinchof (bij Oldenzaal) in Elvether [Elfter] bij Aldenzele; allen worden genoemd als "coheredes" van Agnes, ook Hermannus domicellus in Ahus, zijn vrouw Agnes en hun kinderen Bernard, Ludolf en Agnes doen bij deze akte afstand van deze hof, ten gunste van de abdij Werden

zegels: Agnes, haar zoon Arnold, Godefridus de Gore, ridder, Egbertus de Grimberge, knape, Everard van Bevervoorde, ridder, Jan van Bevervoorde, knape, Arnoldus de Sconenvelde

Overijssel

Hacke | 1277-06-05

Van Mieris I p 391; Brom regest no 1871
Achternamenindex

Egbertus graaf de Benthem oorkondt dat zijn vader Otto in het Duitse Huis getreden was en daaraan gegeven heeft: 1. de kerk te Renen. 2. de gruit te Node. 3. de kerk en de tiende te Bemmel. 4. de huizen Meynardinc in Hagelo (bij Ootmarsum), Geesteren (bij Ootmarsum) en het huis Hubboldinc (in Voltheren noordelijk van Oldenzaal), alles vroeger tot hulp van het Heilige land geschonk door wijlen zijn vader Otto

testes: Albertus presbyter, Bernardus Sebelinchem, Nicolaus de Turre, Nicolaus zoon van Boydekini et Ludolphus zijn zoon dicto de Sconewolde, Conradus de Quedendorp, Henricus de Reden, militibus; Rodolphus Haeck de Vethe, Weremboldus Flamynck, famulis

Bentheim, van | 1277-06-05

Van Mieris I p 391/Brom regest no 1871
Achternamenindex

Egbertus graaf de Benthem oorkondt dat zijn vader Otto in het Duitse Huis getreden was en daaraan gegeven heeft: 1. de kerk te Renen; 2. de gruit te Node; 3. de kerk en de tiende te Bemmel; 4. de huizen Meynardinc in Hagelo (bij Ootmarsum), Geesteren (bij Ootmarsum) en het huis Hubboldinc (in Voltheren noordelijk van Oldenzaal), alles vroeger tot hulp van het Heilige land geschonk door wijlen zijn vader Otto. Graaf Egbert bevestigt de gift en de jonge graaf van Oudenborch

testes: Albertus presbyter, Bernardus Sebelinchem, Nicolaus de Turre, Nicolaus zoon van Boydekinus en zijn zoon Ludolphus de Sconewolde, Conradus de Quedendorp, Henricus de Reden, militibus; Rodolphus Haech de Vethe, Weremboldus Flamynck [Vlaminck], famulis

Oldenburg, van | 1277-06-05

Van Mieris I p 391; Brom regest no 1871
Achternamenindex

Egbertus graaf de Benthem oorkondt dat zijn vader Otto in het Duitse Huis getreden was en daaraan gegeven heeft: 1. de kerk te Renen; 2. de gruit te Node; 3. de kerk en de tiende te Bemmel; 4. de huizen Meynardinc in Hagelo (bij Ootmarsum), Geesteren (bij Ootmarsum) en het huis Hubboldinc (in Voltheren noordelijk van Oldenzaal), alles vroeger tot hulp van het Heilige land geschonk door wijlen zijn vader Otto. Graaf Egbert bevestigt de gift en de jonge graaf van Oudenborch

testes: Albertus presbyter, Bernardus Sebelinchem, Nicolaus de Turre, Nicolaus zoon van Boydekini et Ludolphus zijn zoon dicto de Sconewolde, Conradus de Quedendorp, Henricus de Reden, militibus; Rodolphus Haech de Vethe, Weremboldus Flamynck, famulis

Goor, van | 1322-01-17

Reg Bisschoppen Utrecht I no 494
Achternamenindex

Henricus Kempinc, rechter, schepenen en gemeente der stad Groenlo, verklaren dat de bisschop van Utrecht op verzoek van Wolterhus de Keppel, ridder, beloofd had hem op 02 februari a.s. 55 mark Brabants te betalen ter vergoeding van de schade, hun door de bisschop toegebracht bij het beleg van het slot Lichtenvoorde, waarvoor hij hun Godfridus de Ghore en Everardus de Beverwerde, ridders, Barnardus de Otmersem, kanunnik te Oldenzaal en Henricus Weldam, knape, als borgen had gesteld, maar dat zij nu reeds door Bernardus voornoemd uit naam van de bisschop voldoende zijn tevreden gesteld

Overijssel

Goor, van | 1313-12-30

Rek Bisschoppen Utrecht no 279
Achternamenindex

Goeswynus de Ghemene, ridder, en zijn zoon Harmannus, knape, verklaren, op raad van de proost van Deventer en Goedefridus de Goer, ridder, met toestemming van Henricus, Kunegundis, Christine, Sophia en Bertrade, kinderen van Harmannus aan de bisschop van Utrecht te hebben verkocht de voogdij over de mannen van de proost van St Pieter voor 90 mark Munsters, die hun door Albertus voornoemd voor de bisschop betaald zijn

ten overstaan van de proost van Oldenzaal, Ghyselbertus van Yslesteyne, Simon de Benthem, Danyel, ridders; Albertus, plebamus in Oetmershem, Alfardus, schout in Twenthia

Overijssel

Grimbergen, van | 1326-01-25

Reg Bisschoppen Utrecht no 689
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht moet 200 mark Brabants betalen aan de heer van Keppel, ter wille van de dochter van Herman van Laghe, zusterskind van de heer van Keppel. De borgen zullen zorgen dat dit bedrag aan de heer van Keppel, Bernd heer van den Nahuse of Vrederic van der Ehze, ridders, ter hand wordt gesteld of anders in lesting te komen binnen Deventer

borgen: Hubrecht, proost van Oldenzaal, Arnold van Boxtel, proost van Arnhem, Bernd heer van den Nahuse, Evert van Bevervorde, ridders; Herman van Laghe, Rolof van Peedse, Ecbrecht van Grunberghe [Grimbergen], Bernd van Zudenna, Sander van Oppburen, knapen

Overijssel

Goor, van | 1336-03-27

Reg Bisschoppen Utrecht no 1168
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht verklaart dat hij de graaf van Gelre 43000 £ Zw Tourn geleend heeft om daarmee het huis en de heerlijkheid Diepenheim en het graafschap Dalen te betalen, waarvoor hij hem in pand geeft: slot en land van Vollenhove, het land van Salland en bij de Vecht, het huis te Goor en Twenthe

Rodericus de Voerst, Engelbertus de Gerner, Everardus de Bevervorde, Godfridus de Gore, Johannes de Cuynre, Henricus de Ehze, Egbertus de Almelo, Hermannus de Lage, Swederius de Rechtere, de broers Theodericus en Ecbertus de Grimbergen, Johannes de Tye, Henricus zoon van Godfridus de Borclo, Johannes Redinc, Stephanus de Rutenberch, Wilhelmus de Bochorst, Swederus de Daminc, Gerardus Heyne, Johannes de Ostenwoude, Gerardus de Wenlo, Arnoldus Wilde, Wynekinus Putepas, de burgemeesters, schepenen raden van Deventer, Zwolle, Hasselt, Genemuiden, Ommen, Rijssen, Goor en Oldenzaal beloven de graaf als hun landsheer te aanvaarden

Grimbergen, van | 1336-03-27

Reg Bisschoppen Utrecht no 1168
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht verklaart dat hij de graaf van Gelre 43000 £ Zw Tourn geleend heeft om daarmee het huis en de heerlijkheid Diepenheim en het graafschap Dalen te betalen, waarvoor hij hem in pand geeft: slot en land van Vollenhove, het land van Salland en bij de Vecht, het huis te Goor en Twenthe

Rodericus de Voerst, Engelbertus de Gerner, Everardus de Bevervorde, Godfridus de Gore, Johannes de Cuynre, Henricus de Ehze, Egbertus de Almelo, Hermannus de Lage, Swederius de Rechtere, de broers Theodericus en Ecbertus de Grimbergen, Johannes de Tye, Henricus zoon van Godfridus de Borclo, Johannes Redinc, Stephanus de Rutenberch, Wilhelmus de Bochorst, Swederus de Daminc, Gerardus Heyne, Johannes de Ostenwoude, Gerardus de Wenlo, Arnoldus Wilde, Wynekinus Putepas, de burgemeesters, schepenen raden van Deventer, Zwolle, Hasselt, Genemuiden, Ommen, Rijssen, Goor en Oldenzaal beloven de graaf als hun landsheer te aanvaarden

Overijssel