64 resultaten

Nyensteyn, van | 1392-07-28

Ons Voorgeslacht 07/08-1988 p 305
Achternamenindex

leen van Vianen: no 685) 10 morgen in Outena, genaamd Borgelen, belend boven: erven Jan Grote, beneden: Jutte vrouw van Hendrik de Voogd, 1392-07-28: Ernst van Hinderstein; 1432-03-10: Gozewijn van Nyestein gehuwd met Katherina, op verzoek van de heer van Oy, neef van de leenheer, zoals Herman Vos had, te lossen door de heer van Oy met 125 Wilh scilden, leen ligt in het middelste blokhuis; 1442-11-04: Gozewijn van Nyestein, de helft te komen op Agnes Jan Goijersdochter, gehuwd met Allard Schade; 1445-01-31: Gysbert van oostrum JAnsz, bij overdracht door REynout heer van Oij, met de lossing, en hij belooft dat Gozewijn van Nyestein gehuwd met Catharina, binnen een jaar te doen en anders zal hij vervallen zijn

Aa, van der | 1382-03-21

Ons Voorgeslacht 09-1988 p 369
Achternamenindex

leen van Amstel: no 34) 100 (105, 107) morgen land die heel licht zijn en niet veel waard in Ouder Amstel, naast Oud Pieter, strekkende van de Amstel tot de Hoge Geer aan de grens van Holland, 1382-03-21: Jacob van der Aa na overdracht door heer Wouter van Mynden; 1390: Jacob van der Aa, te Utrrecht, met de ledige hand; 1394-08-24: Alfer van der Aa, na dode van zijn vader Jacob; 1424-09-10: Jan van der Aa, na zijn vader Alfert, die lijftocht behoudt; 1428-08-04: Jan van der Aa, bij overdracht door zijn vader; 1440-05-01: Floris van der Aa na dode van zijn vader Jan; leen no 34) gesplitst in A en B (in 1470 samen met 34C 68 morgen groot), Floris van der Aa en zijn broer Willem ider de helft; 1449-02-28: 34B): Dirc van Oostrum na overdracht door Floris van der Aa

Wilde, de | 1420-03-06

Ons Voorgeslacht 07-1988 p 293
Achternamenindex

leen van Vianen: no 658) hoeve in Cortenover in Lexmond, binnen en buitendijks, 22 morgen 1 ½ hont, en in de hoefslag 16 morgen met de huizing, belend tussen: Agatha van Boeikop en Gerrit van Oostrum, beleend: de zusters Heilwig en Aleid, bastaarden van de heer van Vianen; 1434-10-11: Hendrik de Wilde Reinersz bij dode van zijn moeder, bastaardzuster van de heer van Vianen, waarvan hij een viertel op Cortenover overdraagt aan zijn zuster, waarna op verzoek van Reiner Wilde, ten eigen aan Pieters Mathysz; 1489-03-08: Hendrik de Wilde zoals zijn vader Hendrik; 1517-04-28: Hendrik de Wilde bij dode van zijn vader Hendrik; 1523-06-17: Gillis van Cronenburg voor Hendrik de Wilde tot die achttien is; 1542-11-10: Hendrik de Wilde Henricsz draagt dit leen over aan de leenheer; 1545-05-29: Gerrit van Sparenwoude, baljuw van Brederode, bij overdracht door de leenheer; leen no 658A) 10 R gld erop: 1520-07-01: Josina van Gryspen weduwe van Hendrik de Wilde, lost 3 gld; 1528-10-02: Pieter Loefsz van Turnhout draagt over aan Henric de Wilde Henricsz

Tuer | 1424-09-21

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 61v, 134v, 135v, 152v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: jvr Margriet met haar man Lambert Tueren als voogd draagt over de lijftocht die zij had aan: 1) 4 dachmaet lants gelegen op ter Eme in den kerspel van Zoes, lantwaarts: Gerijt Lambertz, Ghijsbert Hermansz en Jacob Willemsz onderdeylt, zeewaarts: Gherijt Rutgersz en zijn broer Dirck, onderdeylt, 2) een camp lant streckende van den Brinck an Wouter Willamsz maet toe, die Stevens plach te wesen, lantwaarts: Rose Lambert Wotuer Muschenzdochter, zeewaarts: Henric Lambert Vierlinxz kinderen, 3) een hofstede mitten engeland, van den brinck streckende an den overwech, lantwaarts: Jacob van den Doem, zeewaarts: Ghysbert Scael, 4) den Gheer, zeewaarts: Jacob Heijn Zwagersz, lantwaarts: Ghysbert van Hagenouwen, 5) dat waterstuck, zeewaarts: Ghysbert Harmansz, lantwaarts: Wouter Mattenz, 6) den Bramert, zeewaarts: Ghysbert Harmansz, landwaarts: Jacob van den Doem, 7)½ mud lands, zeewaarts: Ghysbert Scael, landwaarts: die heren van Oudmunster, 8) een schepel lants, zeewaarts: Ghijsbert Hilhorst, landwaarts: Jacob van den Doem, 9) een vierdeel veen, zeewaarts: Henric Noten erfgenamen, landwaarts: Jacob van den Doem [1453 in margine: dit vierdel heeft ontfangen overmits een maeck Willem van Oostrum Dircsz (fol 4); mr Aelbert Buer, prior van de Certrosen te Utecht ontvangt älles; "dit heeft nu Peter van Coelenberch, apud dom. Ger. de nova ecclesia fol 292"; "Daerna hebben de Carthuizers dit goet overgegeven ende heeft ontfangen Claes van Oestrum fol 134"; 1440-03-23: broeder Johan Voss van het Carthuizer klooster draagt op al dit goed en Claes van Oestrum wordt beleend, en maakt het tot lijftocht voor zijn vrouw Agniese Willemsdochter van Nyenvelde; 1453-03-04: beleend Dirc van Oestrum na dode van zijn vader Claes

mannen: Gysbert Godscalc, Vrederic van Voerde, Willem van der Meer; 1453: Zoude van Rijn, Gosen Willamsz