Zijl, van | 1409-07-02

Reg Rotterdam en Schieland no 1758

Achternamenindex

Dirck van der Lecke, ridder, verklaart, nadat Pouwels Brouwersz hem in tegenwoordigheid van Herman Jansz, schout van Zevenhuysen, en van buren, had opgedragen als vrij eigen 7 ½ hond land gelegen in het ambacht van Zevenhuysen in Jan Sijlen Nesse, gemeen met de kinderen van Jacob Jan Sylenz, belend west: het ambacht van Rotte, oost: Egbert Dircxz, noord: Hoirnincx Nesse, dit land in erfleen gegeven te hebben aan voornoemde Pouwels

Teylingen, van~ | 1421-09-19

Reg Rotterdam en Schieland no 418

Achternamenindex

de hoge heemraden van Schieland klagen bij Wouter Jansz, schout, Huyman Dircsz [van Teylingen] en Willem Jansz, burgemeesters, Jacob Dircxz, Gysbrecht Willemsz, Dirc Huyghen Nachtegaelsz en Dirc van Coudenhoven, schepenen in Rotterdam, alsmede bij de kerkmeester Willem Jansz, dat de kerkmuur aan het oosteinde van de kerk verder uitsteekt in de stroom van de Rotte, dan hun door hoogheemraden is toegestaan, waardoor het land en het waterschap schade leiden

Polanen, van | 1412-07-13

Reg Rotterdam en Schieland no 1857/Lenen van Honingen fol 100, 96v

Achternamenindex

Dirck van der Lecke, ridder, verklaart, nadat Florys Jansz hem in tegenwoordigheid van Hemrick Gysbrechtsz en van buren had opgedragen als vrij eigen 2 morgen gelegen in Ommoirden aan de westzijde van de nu door hem bewoonde zate, strekkende van de Rotte tot de landscheiding en belend west: Aernt Symonsz, oost: Florys zelf, dit land in leen gegeven te hebben aan deze Forijs; fol 96v: verstorven op Mertin Jans en Florys Claesz

Polanen, van | 1411-11-30

Reg Rotterdam en Schieland no 1840/Lenen van Honingen fol 98, 99v

Achternamenindex

Dirck van der Lecke verklaart, nadat Dirck Willemsz hem in tegenwoordigheid van Henrick Gysbrechtsz en van buren, had opgedragen als vrij eigen 2 morgen land gelegen in Ommoirden in de zate van Willem Florysz aan de westzijde, strekkende van de Rotte tot het ambacht van Cralingen toe, belend west: Florys Jansz, oost: Volcwy Willem Foriszs weduwe, dit goed in erfleen gegeven te hebben aan voornoemde Dirck; volgens fol 98 werd dit land later gehouden door Willem Dircksz

Boekel/Bokel | 1357-08-05

Reg Rotterdam en Schieland no 755

Achternamenindex

Jan Jansz en Willem Willemsz, schepenen in Rotterdam, oorkonden dat Reynalt, vrouw van Pieter Zandersz, met haar man als gerechte voogd, voor hen verklaarde schuldig te zijn aan Jan Witte van Zierixee 20 sch Holl per jaar uit haar huis en erf gelegen op de Middeldam tussen Florys Claesz aan de oostzijde en Willem Rotterdamsz aan de westzijde, strekkende van de halve straat tot aan de Rotte, dat Walick Quinsz verklaarde dat deze schuld vóór de zijne daarop reeds gevestigd, zou gaan en bezegelen het stuk

daarboven staat: Jan Bokel ,vgl 08-05 1348

Cock, de | 1436-04-25

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 344

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Willem van Huekellem oorkondt dat jvr Adriaen Johan Cocksdochter hem opdroeg "die tiende in oudelant van der Rotte totter ouder Vrijer Wedeme toe, die nu heet Oudsiers ka[de] van Kralingen, ende voirt gaende totter ka van den Nywenlande toe. Ende den smaltiende van Geilwijck", zoals wijlen haar vader van de abdij in leen hield; vervolgens wordt Geryt Petersz hiermee beleend, tegen een pacht van 8 scellinge Holl per jaar; in margine: "anno 1499 Jan Jansz bij Rotterdam"

mannen: Tyman Deel [= Dedel], Matheus Gysbrechtsz

Boekel/Bokel | 1334

Rek Hen Huis I p 207, 213

Achternamenindex

ontvangen tussen Schie en Goude: de visserij buitendijks in mijns heren ambacht, heer Dirxambacht, en het riet beoosten Rotte, behalve het riet in heer Dirx ambacht, dit huurde Dirc die Vette om 5 ½ £, borg: Harman Michielsz; de stegheren van Rotterdam huurden: Costyn Gherlofsz, Floris broer van heer Dirxz [Boekel], Vlaming en Willem Florisz, 9 £ (p 207); ontvangst van landhuur in Sciedam: Henric heer Dirxs en Ghoswyn: 6 morgen, 6 £; Dirk Bokel: 24 morghen 5 hont 49 gaerden 29 £ 18 sc; Dirc: 4 hont 5 ½ gaarden metten hovekyn 22 sc

Cock, de | 1353-01-28

Reg Rotterdam en Schieland no 667, 668, 669/Reg EL 43 fol 5v

Achternamenindex

de Cock van Rubroek: Jan die Coc Hughe Dircszsz heeft in leen ontvangen: 1) van de graaf 11 morgen tussen het land van Claes de Ledighe en Gherolf de Hase, 2) en nog 6 morgen in de Timpe en leenroerig van heer Vrancke van Hoylede, met regeling van erfopvolging; 3) het (bode) ambacht en het gerecht aan den Ouden dijc, nog geen morgen groot, waarop 5 huizen staan, grafelijk leen; 4) huis en hofstede te Rotterdam, belend west: Beatrijs Simon Herkynsz weduwe en oost: Dirc Pietersz, van de halve straat tot de Rotte, leen van Jan van Pollanen

Boekel/Bokel | 1295, 1296

De Fremery no 309

Achternamenindex

uitspraak over het eigendomsrecht van gronden, tienden, rechten: 10) in t ambacht van Bokels Florens filius so palen wi den grave toe van den hoirne, an Clays ambocht van Putte totter halve Heydrecht; 11) in Ghizebrecht Bokels ambocht ende Outgiers heren Outgiers filius te Rotterdam soe palen wi den uterdyc den grave toe; 12) Voert, Bokelsdyc ende Bloemersdyc vinden wi dat die here van Diest vercoft van mijn heredes coninx weghen; 13) voorts van den dijc, daar Gizebrecht Bokels stalhuys op staat, alom in Rubroec en Rubroec dore; 14) in Bleeswyc tussen Rotte en Wllynsborne, al dat land dat daar tussen ligt, tegen die van Berkel en die van den Zegwaart, vinden wi den luden den eyghendom diet bezeten hebben, ambocht en tiende van Ghizebrecht Bokel

Mathenesse, van | 1488-11-04

Berigten Hist. Gen. III p 113, 114/Arch Mathenesse

Achternamenindex

Maximiliaan, Rooms koning en Philips aartshertog van Oostenrijk belenen Adriaan van Matenesse na de dood van zijn vader Wouter, met zijn voorvaderlijke goed: 1) het huis Riviere met hoog en laag gerecht, in allen manieren als hun voorvaders het gehouden hebben, en op voorwaarde het slot te openen zoo vaak hij daartoe vermaand zou worden; 2) het huis te Spangen met 47 morgen, waarvan Philips van Spangen, ridder, het huis met 27 morgen van Adriaan van Matenesse in leen houdt; 3) de helft van 9 morgen met een woning te Rotte, tussen den Burgweg en den Broekschen Vliet, Dirkssate van Hoylede genaamd; 4)12 morgen land te Reewijk, 5) 3 morgen te Hillegersberg; 1508-01-22 (1507): na dode van zijn vader Adriaan wordt Jan van Matenesse beleend

getuigen: Gerrit van Abbenbroek, ridder, Anthonis van Eversdijk; 1508: Jan van Duvenvoorde, Willem van Ruiven, Dirk van Boennem, kleine Jan Bruin