74 resultaten

Duvenvoorde, van | 1334-01-18

Van Mieris II p 558/A.R.A. EL 3 R 16
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht ontheft de volgende personen van hun kerkelijke ban, uitgesproken wegens hun geweld en roof te Gein en Maarsenbroek: Johannes van Polanen, Swederus van Vyanen, Wilhelmus de Duvenvoorde, Harbertus de Riede, milites, Wilhelmus van Outshoorne, Fredericus de Sterre, Henricus dictus Spayart, Gerardus Pape, Stephanus van der Vaert, Thidemannus Batenburch, Johannes Vriese, Wernerus de Vyanen, Wilhelmus van der Mere, Ghiselbertus dictus Backer, Wilhelmus Monke, Theodericus Marseman, Theodericus de Outshorne, Floris van der Bouchorst, Johannes de Papendrecht, Sproenc van der Etwaer, Scade Bolie, Theodericus Spaerneman, Theodericus dictum Zeyst, Dullaert, Johannes van der Wateringe, Christianus Dibbart, Pontianus en Swederus de Lakervelt, Al. dictus Stamer, Hubertus en Stephanus Sluteri, Juvenes Coerf, Johannes de Foriest, armigeri

Corf | 1334-01-18

Van Mieris II p 558
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht ontheft de volgende personen van hun kerkelijke ban, uitgesproken wegens hun geweld en roof te Gein en Maarsenbroek: Johannes van Polanen, Swederus van Vyanen, Wilhelmus de Duvenvoorde, Harbertus de Riede, milites, Wilhelmus van Outshoorne, Fredericus de Sterre, Henricus dictus Spayart, Gerardus Pape, Stephanus van der Vaert, Thidemannus Batenburch, Johannes Vriese, Wernerus de Vyanen, Wilhelmus van der Mere, Ghiselbertus dictus Backer, Wilhelmus Monke, Theodericus Marseman, Theodericus de Outshorne, Floris van der Bouchorst, Johannes de Papendrecht, Sproenc van der Etwaer, Scade Bolie, Theodericus Spaerneman, Theodericus dictum Zeyst, Dullaert, Johannes van der Wateringe, Christianus Dibbare, Pontianus en Swederus de Lakervelt, Al. dictus Stamer, Hubertus en Stephanus Sluters, Juvenes Coerf, Johannes de Foriest, armigeri

Foreest, van | 1334-01-18

Van Mieris II p 558
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht ontheft de volgende personen van hun kerkelijke ban, uitgesproken wegens hun geweld en roof te Gein en Maarsenbroek: Johannes van Polanen, Swederus van Vyanen, Wilhelmus de Duvenvoorde, Harbertus de Riede, milites, Wilhelmus de Outshoorne, Fredericus de Sterre, Henricus dictus Spayart, Gerardus Pape, Stephanus van der Vaert, Thidemannus Batenburch, Johannes Vriese, Wernerus de Vyanen, Wilhelmus van der Mere, Ghiselbertus dictus Backer, Wilhelmus Monke, Theodericus Marseman, Theodericus de Outshorne, Floris van der Bouchorst, Johannes de Papendrecht, Sproenc van den Etwaer, Scade Bolie, Theodericus Spaerneman, Theodericus dictus Zeyst, Dullaert [afschrift: Dirk van Zeyst, gezegd Dallaert], Johannes van der Wateringe, Christianus Dibbart, Pontianus de Lakervelt, Al. dictus Stamer, Hubertus en Stephanus Sluteri, Juvenes Coerf, Johannes de Foriest, armigeri

Dibbaert | 1334-01-18

Van Mieris II p 558
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht ontheft de volgende personen van hun kerkelijke ban, uitgesproken wegens hun geweld en roof te Gein en Maarsenbroek: Johannes van Polanen, Swederus van Vyanen, Wilhelmus de Duvenvoorde, Harbertus de Riede, milites, Wilhelmus de Outshoorne, Fredericus de Sterre, Henricus dictus Spayart, Gerardus Pape, Stephanus van der Vaert, Thidemannus Batenburch, Johannes Vriese, Wernerus de Vyanen, Wilhelmus van der Mere, Ghiselbertus dictus Backer, Wilhelmus Monke, Theodericus Marseman, Theodericus de Outshorne, Floris van der Bouchorst, Johannes de Papendrecht, Sproenc van den Etwaer, Scade Bolie, Theodericus Spaerneman, Theodericus dictus Zeyst, Dullaert, Johannes van der Wateringe, Christianus Dibbart, Pontianus de Lakervelt, Al. dictus Stamer, Hubertus en Stephanus Sluteri, Juvenes Coerf, Johannes de Foriest, armigeri

Bouchorst, van der | 1334-01-18

Van Mieris II p 558
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht ontheft de volgende personen van hun kerkelijke ban, uitgesproken wegens hun geweld en roof te Gein en Maarsenbroek: Johannes van Polanen, Swederus van Vyanen, Wilhelmus de Duvenvoorde, Harbertus de Riede, milites, Wilhelmus van Outshoorne, Fredericus de Sterre, Henricus dictus Spayart, Gerardus Pape, Stephanus van der Vaert, Thidemannus Batenburch, Johannes Vriese, Wernerus de Vyanen, Wilhelmus van der Mere, Ghiselbertus dictus Backer, Wilhelmus Monke, Theodericus Marseman, Theodericus de Outshorne, Floris van der Bouchorst, Johannes de Papendrecht, Sproenc van der Etwaer, Scade Bolie, Theodericus Spaerneman, Theodericus dictum Zeyst, Dullaert, Johannes van der Wateringe, Christianus Dibbart, Pontianus en Swederus de Lakervelt, Al. dictus Stamer, Hubertus en Stephanus Sluteri, Juvenes Coerf, Johannes de Foriest, armigeri

Borre | 1423-04-15

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 461v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt oorkondt dat Merten Jan Roelfsz.z en zijn vrouw Beatrix Claes Bannendochter hebben kwijtgescholden aan Jan Borre Claes Bannenz "al alsulke wilkoer verbande ende verzwaringe als Claes Banne oer vader ghedaen ende gemaecht hadde mit onser hant, op die hoeve lants geheten Lienlaer in den kerspel van Loesden in der maelscap van Wede ende van Emmiclaer gelegen, die hi gedaen hadde tot Merten ende syns wijfs behoefs voirs. also onse boec daerof begrepen heeft. Ende wij gheloven hem mede voir onse ende onse nacomelingen nimmer meer Jan Bannen of syn erfgn. kinder, scade of verdriet daer in te doen dat van onser weghen ruren mochte"

mannen: Ghysbert Godscalc en Gheryt Petersz

Ham, uten | 1472-04-22 (1471)

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 299, 300
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Margriet, vrouw van Vrederic uten Ham, vraagt in erftijns: 1) de helft van 3 acker land gelegen in der Duijst, die van Willam Rycken waren, strekkende van de nieuwe weg tot aan het land van Gelre, belend noord: Peter van Hamervelt, zuid: Tonis Willemsz, dat zij in pacht hebben; dit land is vroeger aan Vrederic van Drakenborch in huwelijksvoorwaarden met jvr Mergriet Jacob Nennincksdochter gegeven, en jvr Margriet aangekomen bij dode van haar moeder, en bij dode van haar oom Reyer van Grijmmesteijn; jvr Margriet ontvangt dit land in erftijns, voor 1½ quartier van 1 g.g. oude Vrancr scilt jaarlijks, 2) zij ontvangt in erftijns een acker land in de Duyst, zuid: Peter Lambertsz van Hamertvelt, noord: Garbert Ricoutsz, haar eveneens aangekomen bij dode van haar moeder, voor een tijns van 1 quartier van 1 g.g. oude Vrancr scilt; 3) zij ontvangt ook tot een onversterfelijke erftijns twee dachmat land en een vierendeel and in de Duyst, "streckende van der nederen wech aen Gelre lant aen te meten also lange dats 2 dachmaet en één vierendeel is voirs. van der Duijsten die Willem Garbrantsz te wesen plagen", belend noord: Sem Willem Garbrantsz, zuid: Willem Mensenz van der Haer erfgenamen, erftijns: ¼ van een loet goet fijn silver; 1474-02-21: jvr Margriet, vrouw van Vrederic uten Hamme, draagt deze goederen op tbv Geryt van Scadyc en zijn vrouw Baertraet; "nunc: Jacob van Scadijc, apud dom. Wilh. de nova ecclesia fol 143"

tijnsgenoten: Geryt van Ryn, Tyman van Heersell; 1474: Vrederic van Drakenborch, Geryt Scade, Tyman van Heersell

Leyenburg, van | 1394-07-06

R.A.H. Coll Aanw fol 163 en fol 189v
Achternamenindex

hertog Albrecht scheldt kwijt "Jan van den Zijl Dircsz van sulker geloeften ende vangenissen als hi Dirc den bastaert van Leyenbergh Gherytszoon geloeft heeft, ende wes scade Jan voors dairof coomt van Dirc boven onser quytsceldlinge, daviof sullen wij Janne van Dirc scadeloes houden, want Dirc Jans vyant voirg geworden is om ons neven wille Jan van Arkel ende Jan van Arkel voirt om onsen wille soo dat wij syn hooft daarof zijn". Op 12 juli d.a.v. geven Dirc van Leyenburg en Coen van Herlaer een kwijtschelding aan Jan van den Zijl. De hertog belooft Coen van Haerler en Dirc van Leyenberch bastaard, schadeloos te houden wegens het vangen van Jan van den Zijl, daar zij dit in zijn dienst gedaan hadden. Des Vridaghes na Paeschdag 1395

Arkel, van | 1394-07-06

R.A.H. Coll Aanw fol 163 en fol 189v
Achternamenindex

hertog Albrecht scheldt kwijt "Jan van den Zijl Dircsz van sulker geloeften ende vangenissen als hi Dirc den bastaert van Leyenbergh Gherytszoon geloeft heeft, ende wes scade Jan voors dairof coomt van Dirc boven onser quytsceldlinge, daviof sullen wij Janne van Dirc scadeloes houden, want Dirc Jans vyant voirg geworden is om ons neven wille Jan van Arkel ende Jan van Arkel voirt om onsen wille soo dat wij syn hooft daarof zijn". Op 12 juli d.a.v. geven Dirc van Leyenburg en Coen van Herlaer een kwijtschelding aan Jan van den Zijl. De hertog belooft Coen van Haerler en Dirc van Leyenberch bastaard, schadeloos te houden wegens het vangen van Jan van den Zijl, daar zij dit in zijn dienst gedaan hadden. Des Vridaghes na Paeschdag 1395

Rijsoord, van | 1352-10-06

A.R.A. Leenkamer 32 Copie fol 22/Reg EL 25 fol 15
Achternamenindex

hertog Willem oorkondt dat "Gheryt Aelwynssone ute Leijden die jaer meer oud ende teder is, ende wi him dicwijl bi ons houden also dat hi tot syns selves goedekijn ende renten die men hem schuldich is niet verstaen en macht daer hi scade ende afterstal bi tijt ende gebreck daerof heeft, waeromme wie ombieden en gebieden allen onsen bailjuwen, scouten, scepenen, geburen en boden overal in onsen lande, so waer syn bode comt gewaert mit sinen brieven van sinen wegen, van sinen renten, van synre schout recht doet ende ghebt jof pande doet hebben sonder vertreck na dier tijt dat die dage verleden syn, ende daerin doet dat hi mit geenre redene voor ons te beeroonen en hebben. Ende des en laat niet"