43 resultaten

Grevenbroek, van | 1714-08-23

Navorscher jg 1922 p 281
Achternamenindex

sterft vrouwe Florentina Maria van Grevenbrouck, vrouwe van Mierlo, Godt heeft de ziel; 1715-08-03: sterft jvr Megthilda van Grevenbrouck, jongste en laatste dochter van Barbera van Scherpenzeel vrouwe van Mierlo, op Mierlo begraven

Oem van Arkel | 1409-04

Ned Kasteelen III p 32
Achternamenindex

Otto van Hoekelom wordt beleend met een tiend uit de goederen Borgstede, Gelijn (Glind), Langelaar, Veenschoter Biez(r)eveld en Huygenbosch in de kerspelen van Barneveld en Scherpenzeel, "so Claes van der Soevender des uutgegaen is"

Heerman | 1738-03-07

Craandijk: Zuidholland p 295/Repertorium Noordholland fol 4
Achternamenindex

het huis Dever beleend Diderik Johan Herman van Zuydwijk, bij dode van Elisabeth Catharina van Scherpenzeel; 1781-06-07: Frederik Willem van Heereman [van Zuydwijk] bij dode van zijn broer Diderik Johan; 1782-05-27: Carl van Heereman bij dode van zijn vader Frederik Willem

Broeck, van den | 1424-06-06

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 12v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Geryt van Damassche beleent Hughe van den Broeck met de tienden tot Wolfswinkel, grof en smal, wild en tam, gelegen in het kerspel van Scherpenzeel, hij of zijn nakomelingen zullen aan de abdij 2 mud rogge en een mud gerst leveren

getuigen: Gysbert Godschalc, onse man, Floris van Loichorst, des gestichtsman van Utrecht

Heukelom, van | 1409-04-18

Stichtse en Gaasbeekse Lenen p 83/Ned Kasteelen III p 34
Achternamenindex

leen van de bisschop: de tienden uit de volgende goederen: de Borgstede, Gelyn [Glind], Langelaar, Veenschoter Biereveld en Huijgenbosch gelegen in het kerspel van Barneveld en Scherpenzeel: Otto van Hokelem, "so Claes van der Soevender des uut gegaen is"; 1435-06-12: idem; 1443-03-17: Randolph van Hokelem na dode van zijn vader Otto; dezelfde dag overdracht op Daem van Delen

Giessen, van | 1564

De Raadt II p 223, I p 221, III p 383, I p 489
Achternamenindex

Jan van Riebeeck zegelt een akte van de familie van Giessen; Jean van Beest van Renoy getuige van de familie van Giessen; Thomas van Scherpenzeel zegelt een akte van de familie van Giessen; Josse van Giessen zoon van Mary van Brakell en zijn zuster Jossine van Giessen gaan accoord dat Gisbert, middelste zoon van Mary ontvangt de tienden van Vuren, relevant de Waardenburg, verder genoemd: joffer Dierik van Ghiesse, Huges van Ghyessen

Grevenbroek, van | 1633-10-10

Geneal Herald Bladen I p 263/Taxandria jg 40 1933 p 182/Cartul Heerlijkheid Mierlo
Achternamenindex

beleningen Mierlo: - Johan van Grevenbroek; 1652-06-17: Dierck van Grevenbroek na dode van zijn vader Johan; 1669-09-11: Erasmus na dode van zijn broer Dierck; 1674-11-22: Barbara van Scherpenzeel na dode van haar man, beleend met de lijftocht. Als moeder en voogdes over haar kinderen proces over Mierlo; Mierlo kwam aan haar dochter Mechtelt Theodora van Grevenbroeck, ongehuwd overleden op het huis Warenberg onder Halen, 1714-08-25

Arkel, van | 1383-1390

Reg Rek Bisdom Utrecht II bl 705, 707
Achternamenindex

lijst der leenmannen van het Sticht Utrecht: -heer Robrecht van Rynswoude, ridder, heer te Grevenbroec, komt dat goed te Rynswoude met zijn toebehoren, gelegen in het kerspel van Scherpenzeel; - die Gulden hoeve met toebehoren, gelegen in het kerspel van Werconden; - 6 morgen land, gelegen op Zoetervelt, belend aan beide zijden: Johan van Zulen, gelegen in het kerspel van Wyc [na hem komt Claes Oem als deze met de goederen beleend wordt, voor ongeveer 1390]

Quint | 1481-09-03

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 222v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Willem Quint Henricsz wordt na dode van zijn vader Henric Quijnt Johansz beleend met een tiende geheten Wolffswynkel, Roijwinkel, Berchorst en Heijngenscamp, grof en smal, gelegen in het kerspel van Scherpenzeel, zoals Henric die in leen gehouden had, tot een onversterfelijk erfleen te Zuftfense rechte, tegen een jaarlijkse pacht van 2 mudden rogge en 1 mud gerst Amersfoortse maat; "modo Geertrudis ipsius filia, vide in libro abbatis Wilhelmo fol 177"

mannen: Johan de Coninck, Henric van Ringenberge

Eck, van | 1445-10-23

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 290, 275
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Deuken van Eck en zijn vrouw Alijt dragen over "dat oude erff tot Scerpenzeel ende dat getimmert dat daer op staet. Uytgeseyt dat bosch", zoals Willem Lambertsz gebruikt had, en Deuken en zijn voorvaders van de abdij in tijns hielden, belend oost: Jan Ottenz nacomelingen mit Berckhorst ende Rodenwinckel, west: Ot van Scerpenzeel mit den derp van Scerpenzel ende mit Rynesse, noord: Ot voirs. mit sinen bosch, zuid: jonge Egbert die Beer mit Winniclaer; Wouter die Beer ontvangt dit goed tbv zijn vrouw Mergriete van Huekelem, 2 oude groet tijns per jaar, te betalen in onsen wthoff te Heyligenberge; 1457-04-01 (1457-04-16): Wouter die Beer en zijn vrouw Margriet dragen dit goed over tbv Dyrck van Oestrum; "Dit heeft nu Egbert de Beer per resignationem dicti Theoderici tempore domini Joh. Clauwert" en "item ontfenc Wouter de Beer syn soen [doorgehaald de voorgaande 5 woorden] Egbert de Beer door overgift Dyrx van Oestrum", belend west: Otto van Scherpenzeel met den dorp van Scherpenzeel en met Rynes

tijnsgenoten: heer Lambert van Spuel, commelduer te Calenbroec, Goessen Mom, Jacob van de Weteringe; 1457: Gheryt Scaeij, Jan die Wolff