14 resultaten

Zanten, van | 1425-06-18

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 63v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: [doorgehaald] Henric van Zanten Gherijtsz draagt over ½ van drie vierdel veen land, onderdeylt, gelegen in Hezer Veen, belend oost: Bertout Peter Reijnartsz.z met drie vierdel veen, die hij van ons houdt, west: Dirc van Oudane [Oudaen]; vervolgens wordt Willem Scael ermee beleend; "Item dese is doet ende dit goet heeft ontfangen Willem Staell syn soen van abt Jacob van Poelgeest als men hierna int selver manscap vinden mach"

mannen: Ghysbert Godscalc, Aelbert Willamsz

Bakenesse, van | 1386-06-16

Van Mieris III p 445
Achternamenindex

Aelbrecht oorkondt dat hij Dirc van Bakenesse, na de dood van zijn jongere zoon Jan van Bakenesse, zijn oudste zoon Dirc van Bakenesse, vijf campen land, omtrent zeven morgen, "liggende bij Haerlem in den corenveen den Heeren Gheryts lane mitter selver lane die daar toe behoort", welk land en laan Dirc van Bakenesse, vader van voornoemde kinderen, van ons houdt en Jan zal dit land en laan na Dircx dood van ons houden; als hij sterft zonder nakomelingen gaat het over op Dirc van Bakenesse, zijn broer etc.

mannen: de heer van Putte, de heer van Commengies en de Proost van Berghen in Geneghouwen

Haarlem

Woert, van der | 1410~

Leenregister Culemborg
Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Ponsken Jansz 3 ½ hont te Mauderic, belend boven: Ponsken Jansz, beneden: Otte van der Woerde Willemsz; - Henrick van Ryebeck Claes Hollenz van den Woerde 9 morgen op Goedbertingervelt, belend boven: Willem Krol, benden: het gasthuis te Wijck (fol 83v); tijns van Culemborg tot Mauderic op 11-11: - Willem van der Woert, 2d, en van Cromme acker 9d, van der selver Woert, 2d; - Geryt Ponciaensz van der Woert gespleijt 1½ hont 1d; - Henric van MAuderic van 4 vijfgeerden die van Otte van der Woert waren, 18d (fol 110)

Smit~ | 1554-12-16

O.R.A Hoorn Allerhande Schepenakten 4576 fol 477, 478
Achternamenindex

Meynart Jansz Gorter voor hemzelf en zijn twee zusters Trijn en Mary, heeft ontvangen van Trijn Florisdochter weduwe van Luytgen Jansz Smit, 27 Kar gld ter betaling van de erfenis van Pieter Jansz, hun broer, die lange tijd uitlandig is geweest; de erfenis bedraag 36 Kar gld gekomen van wijlen Jan Ellertsz Keijser, waarvan Trijn Floris haar portie "innegehouden heeft 9 Carol gld. Ende die voors. Meynart voer hem selver ende vervangende zijn voorn twee susters beloofde die voors 27 gld weder vuyt te keren bij soe verrre die voors Pieter hier namaels weder te lande quam ofte in levende lijve ware"