Cuser | 1346-06

Bijdr Hist Gen 1901 bl 272, 154, 249/Reg EL 5 fol 97r, 28r, 66v

Achternamenindex

lenen in Amstelland: Willem die Kuser: - 7 morgen in Ouder Amstel; - de tiende van Wavervene, smal- en korentiende; - Willem die Cuser 48 morgen en woninghe en molen gelegen tot Yselmonde; 1346-06: lenen ontvangen van keizerin Margaretha gelegen in het baljuwschap van Kennemerland: Willem die Cuser een woning te Schoten en 16 morgen land

Mynden, van | 1339-03-03 (1338)

R.A.H. Coll Aanw 36 fol 394v/EL 32 Amstelland fol 67/Ons Voorgeslacht 09-1988 p 362

Achternamenindex

leen van Amstel: no 16) de tiende van Loosdrecht, 12--: Amelis van Muden; 1339-03-03: lijftocht (70 £ ) van Beatrys, vrouw van Amelis van Mynden; 1388-11-16: Wouter van Mynden Ruwiel 160 Vr scilden op de tienden in leen aan zijn zoon Melis van Mynden; 1390: Wouter van Mynden met de ledige hand (het leen: gerecht, tijns ,tiende (grof en smal) van Loosdrecht en 2 morgen Vogelnersland) etc etc

Quint | 1481-09-03

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 222v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Willem Quint Henricsz wordt na dode van zijn vader Henric Quijnt Johansz beleend met een tiende geheten Wolffswynkel, Roijwinkel, Berchorst en Heijngenscamp, grof en smal, gelegen in het kerspel van Scherpenzeel, zoals Henric die in leen gehouden had, tot een onversterfelijk erfleen te Zuftfense rechte, tegen een jaarlijkse pacht van 2 mudden rogge en 1 mud gerst Amersfoortse maat; "modo Geertrudis ipsius filia, vide in libro abbatis Wilhelmo fol 177"

mannen: Johan de Coninck, Henric van Ringenberge

Drakenburg, van | 1485-03-11

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 239v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Margriet Vrederixdochter van Drakenborch wordt beleend met de tiende van Bloemenberch en van Zeelhorst, grof en smal, met het gerecht van Bloemenberch en Zeelhorst, en dat ontving Margriet Jan van Rynes wijf, haar zoon Jan van Ryness doet eed en hulde; nu: Jan van Rynesse (libro abbatis Wilhelmi de novo ecclesia fol 79); "item hier van staet oock op ten naeme op Jan van Amerongen apud dominum Henricum de Reno fol 33"

mannen: Ghysbert Jacobsz, Willem van Lienlaer

Ever, de | 1281-1284

Ons Voorgeslacht 11-1987 p 691/De Fremery no 228

Achternamenindex

grafelijke lenen in Rijnland: Coenraad de Ever, de halve tiende, groot en smal, te Koudekerk; lenen ten tijde van Floris V: 10) te Lisse: Gerard Ever, derdendele van de thiende in Arlendervene en 115 £ om het derde jaar uter bottinghe in Kenemerlant te Helichlo; 23) Albertus Bartholomei ambacht van Achtienhoeven, veren Bavekine bosch te Arlenderve op t oest, en 70 acker; 90) Wouter van den Vene, in Arleydervene ambacht 2 acker in de zuidzijde van zijn woning; 170) Willem van Lewen 5 £ uit de herfstbede van Arlendervene

Voogd, de | 1426-10-15

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 421, 210

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt oorkondt dat Jacob die Voecht maakte tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Vrederic van Rynevelt Dirck Ruijsschendochter, een tiende, grof en smal, gelegen tot Bunschoten, geheten die Liesverder tyende, die Jacob van de abdij in leen houdt; 1474-12-20: Vrederic die Voecht van Rienevelt wordt hiermee beleend na dode van zijn moeder jvr Vrederick Jacob die Voechts huijsvrouwe van Rienevelt; "item Henrick die Voecht ejus filius, ut in libro abbatis Wilhelmi de nova ecclesia fol 58"

mannen: Dirc Grawert, Willam van der Maern; 1474: Geryt van Rijn, Alfaer Ruysch

Blokland, van | 1503-09-10

R.A.H. Coll Aanw 111 Caput Z.H fol 164

Achternamenindex

jvr Agnese van Bloclant wordt na de dood van haar vader Bruenis beleend met: 1) de heerlijkheid van het dorp Nederbloclant, gelegen bij den Vuijlendam, hoog en laag, met tienden, met een hoeve lands met het daarop staande huis, 2) ¼ en ⅙ deel van al de tienden, groot en smal, van Blaskinsgrave, op tie noordzijde van Abkensdole opwaert tot Ofwegen toe; Claes Spierinck van Aelburch doet hulde voor haar als haar gezette voogd. In margine: op 1518-01-13 doet Wouter van Blockland Cornelisz de eed, daartoe geauthoriseerd door de Stadhouder Generaal

present: Tielman van Dullekum, Dirck van Boneem, Pieter Pluymeon, Jordin van Raamsdonk, Hendrik Smout, Reinier Willemsz: 1518-01-13: Pieter van Ilpendam, Dirck …., Cornelis Barthouds, mr Cornelis van Schoonhoven

Lepelaer | 1387-01-07

Ons Voorgeslacht 09-1988 p 379

Achternamenindex

leen van Amstel: no 51) 4 morgen bij het Gein in Weesp, 1346: Tieleman Fekerdey, van Muden; 1387-01-07: Tyman Avenz, van Muden, na dode van Lepelaer Fekerdeysz "smal Ghisenland"; 1390: Tyman Avenz, van Muden; 1391-04-27: jonge Tieman Avenz, bij dode van zijn vader; 1422-11-13: Timan Fekerdeysz, van Weesp, zoals Tyman Avenz; 1424-05-25: Jan Ghisenz en Jan Tyman Avenz bij overdracht door Tyman Fekerdeysz, van Weesp, en krijgen ten eigen voor een schuld van ⅓ van 1150 cronen van de leenheer aan Jan Ghisenz

Clarenburg, van | 1472-11-06

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 95v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Claeuwert oorkondt dat jvr Lijsbeth van der Meer, weduwe van Henric Gijsbertsz, na dode van haar nicht jvr Janna Jansdochter van Clarenborch, die vrouw van Herman van Wije was, door hem beleend is met een tiende, grof en smal, gelegen tot Bunschoten in die Veenstrate, belend zuid: de Hairsche weg, oost: die Lake, noord: Jan de Roede Jansz of zijn erfgenamen, zuid: die Eme, tot een goed onversterfelijk erfleen, belast met een rente van 7 oude Vrancr scilde per jaar, die Alfer Ruysch hieruit afzonderlijk in leen houdt; Willem van der Meer doet hulde en manschap

mannen: Geryt van Rijn, Jan van Zulen van Amerongen

Blokland, van | 1573-12-22

R.A.H. Coll Aanw 139 Caput ZH fol 38v, 39v en 40

Achternamenindex

koning Philips beleent (op grond van het aan Wouter van Blocklandt verleende octrooi tot testeren, en diens testament dd 1573-09-03) mr Maerten van Blocklandt na dode van zijn neef Wouter van Blocklandt met de heerlijkheid van dat dorp Nederbloclandt, bij de Vuijlendam, met dat ¼ deel en ⅙ deel van alle de tienden, groot en smal op de zuidzijde van Blaskinsgrave en Abbekensdoele opwaert tot Ofwegen toe. Tot een onversterfelijk erfleen. Op 1574-01-12 verzoekt jvr Johanna Pyck Henricsdochter, weduwe van Wouter van Blokland, in zijn leven heer van Blokland, om approbatie van haar lijftocht op de heerlijkheid Blokland. Op 1574-01-12 (1573) wordt zij door koning Philips in haar lijftocht bevestigd