Spijk, van | 1496

Partic Leenkamer Asperen 1 fol 17v

Achternamenindex

leenman van Asperen: 24) Willem van Spijck, 1498 altera die Symonis et Jude

Spijk, van | 1498, 1500, 1504

R.A.H. Coll Aanw 151 fol 36

Achternamenindex

aangebrachte lenen: Otto van Spijck houdt van de grafelijkheid het Nedereynde van Spijck met de tienden, 20 £

Spijk, van | 1519-03-30

R.A.H. Coll Aanw 115 Caput Arkel fol 33, 122 fol 174v; Ons Voorgeslacht 01-1984 p 56, 02-1985

Achternamenindex

keizer Karel beleent Walraven Roelofsz [van Dalem ?] heer van Spijk na dode van zijn oom Otto van Vueren van Spijk, met het slot en 10 hont land geheten de Cloot, de hoge en lage heerlijkheid en het halve dorp van Spijk, de gehele tiende van Spijc, behalve de papelike provende; 1532-09-09: Walraven belast dit leen met 24 Kar gld tbv mr Cornelis Bertout Jansz; 1534-11-08: Walraven belast het leen tbv Cornelis met 100 Kar gld; 1542-07-27: Walraven Roelofsz draagt het leen over aan Gerrit van Rhenoy

Spijk, van | 1533-05-08<

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel fol 72v, 97v, 98v

Achternamenindex

Walraven Roeloffs heer tot Spijck verkoopt een losrente van 24 gouden Kar gld aan Cornelis Barthouts Jansz, losbaar de penning 16, belopende 384 Kar gld,waarvan de eerste rentebetaling zal moeten geschieden op 1533-05-08, en verbindt: de hoge en lage heerlijkheid van Spijck, aengaende van die Hoove aent Oosteynde, streckende westwaerts totter Linge toe, het slot geheten de Cloot met 10 hont land en de gehele tiende van alle Spijck, behalve de provende [datum ontbreekt evenals het slot van de akte]; 1533-01-20: hij verkoopt aan dezelfde een losrente van 36 g Kar gld op dezelfde heerlijkheid; 1533-05-21: bevestigd door keizer Karel als leen van de heerlijkheid Arkel

Spijk, van | 1534-01-15

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel fol 107-111

Achternamenindex

Walraven Roelofsz heer tot Spijck verkoopt aan mr Cornelis Barthout Jansz, griffier van den leenhove van Holland, een losrente van 100 gouden Kar gld, ter losse den penning 14, gelyk men gewoenliken es in den lande van Arkel te vercopen van 100 gouden Kar gld, losbaar met 1400 Kar gld,te betalen op 14 januari; Walraven verklaart zich voldaan en stelt als onderpand: - de heerlijkheid Spijck, hooge ende lage, aengaende van die Hoeve an die oostzijde, streckende westwaarts totter Linge toe; - het slot de Cloot met 10 hondt lands, - de tienden van Spijck, boven en beneden, uytgeseyt die tiende van de papelyke provende, zoals hij het als leen van Arkel in leen houdt; 1534-02-26: onderpand voor deze losrente 18 morgen land liggende op het nedereinde van Spijck, die hij gekocht had van Pieter Scoock en al zijn andere goederen; 1534-11-08: bevestigd door keizer Karel

schepenen in Spijck: Herman Aertsz Vos en Anthuenis Jansz Vervoorn; leenmannen van Holland: Willem Goudt, Raad des keizers en ontfanger v.d. beden en omslagen over Holland en Vriesland, Tomas Canchio Cachapyn, proc. post. voor den Hove van Holland, Pieter Willemsz

Spijk, van | 1534-03-02

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel fol 110v

Achternamenindex

Walraven Roelofs heer tot Spijck verklaart dat mr Cornelis Berthout Jansz hem volledig betaald heeft van 1400 Kar gld, vanwege de koop van 100 Kar gld per jaar

Spijk, van~ | 1543-11-12

R.A.H. Coll Aanw 122 fol 250

Achternamenindex

leen van Arkel: Jasper Gysbrechtsz en zijn vrouw Lysbeth Henricksdochter hebben opgedragen tbv Walraven van Dalem Roelofsz een camp land genaamd de Polre en de Polredijck, 3 ½ morgen, zowel buiten als binnendijks, gelegen op Rietvelt, belend boven: het kapittel binnen Gorinchem, beneden: de Sluijsvliet; 1544-07-21: wordt Walraven ermee beleend

Spijk, van | 1596-05-19

Navorscher jg 1931 p 26

Achternamenindex

ondertrouwd te Gorinchem: Cornelis Jansen van Geen x Henneken Gerits van Spijck

Spijk, van | 1700~

Navorscher jg 1938 p 191

Achternamenindex

wapenbord: Hendrik Blommendal en zijn vrouw Elisabeth van Spijk, haar wapen: in zilver twee beurtelings gekanteelde dwarsbalken

Buren, van | 1220-10

Sloet: Oorkbk Gelre no 463/Cartul Marienweerd no 39

Achternamenindex

Heseke, weduwe van Rijswijk, geeft aan het klooster Marienweerd een predium te Spijk [onder Buurmalsen]

testes: Theodericus prepositus Daventriensis, gerardus sacerdo de Bethleem, Alardaus nobilis vir de Buren, Arnoldus Loef, Albertus de Wolvin, Ghiselbertus camerarus, Everardus castellanus de Montfort, Alardus de Ravenswade