Oudwijk, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 22, 79v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Lubbert van Oedewijck 4 morgen in de malescap van Mauderic in het Nyeslach, belend boven: de gemene stege, beneden: Jan van Culemborg heer Johansz, met lijftocht voor zijn vrouw Lutgaert; - 1421: Jan van Oudewijck beleend met deze 4 morgen; 1418: idem; - Geryt uten Weerde Gerytsz door Geryt van Kulenborg opgedragen, 10 morgen land in de Husmaten, belend boven: Jan van Oijdwyck, beneden: Gerefaes van der Wade

Sas | 1410~

Leenregister Culemborg fol 15v en 21v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Hubert Zas 13½ hont op t Hornincsveld, belend boven: Gerijt van Duven [Dunen ?] en beneden: Heymeric Roelantsz; - Beernt Zas van der Wade: 1 akker land te Mauderic op de slag, belend: hijzelf, 4 morgen 2 hont te Mauderic in de Husmate, belend boven: Roelof Heymericsz, beneden: de kerk te Eck en 3 morgen in het Nyslach, belend boven: de gemeyne tochtgrave en beneden: hijzelf (later: Henric Zasse)

Holland, van | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Geryt uten Weerde Gerytsz ontvangt het goed dat Geryt van Kulemborg opgedragen heeft, 10 morgen in die Husmaten, strekkende van de meijnte tot aan Nyeslach, belend boven: Jan van Oudwijck, beneden: Gerefaes van der Wade, dit erve hebben Gerefaes van Hollant en Gerit die Brune; - Willem Vleminck dat Gerit uten Weerde opgedragen heeft, 2 ½ morgen te Mauderic, belend boven: Willem zelf, beneden: Gerefaes van der Wade; 1417: "dit en was niet toegegaan" (fol 79v); - Dirck Vrint Dircxz dat Jan Jorden Alartsz opdroeg en van Gerefaes van Hollant was, 4 morgen in de Nyeweijde in Maldericker maelscap, waarvan 3 morgen belend oost: jonker Gerit van Kulenborg, west: de heer van M(e)re, strekkende van de Homoetse strate aan het land dat Geryt van Kulenborg hield van de heer van Kulenborg; en waarvan 4 morgen belend boven: de heer van Mere, beneden: jonker Peter van Culemborg, strekkende van de Homoetse stege aan het land van jonker Gerit van Culemborg (fol 84)

Weerde, uten | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Henrick Zasse Beernt Zassenz 4 morgen te Mauderick in de Husmate, belen beneden: Evert uten Weerde Beerntsz (fol 77); - Geertrut Jansdochter van Lewen, vrouw van Ponsken Jansz, dat Alaert uten Weerde opdroeg, 7 hont in Ryswiker maelscap, van de polre tot aan de Wyfdijk, belend boven: Jorden Doijs, beneden: de hertog van Gelre (fol 78); - Reynalt van Mauderick 1 morgen te Mauderick, belend beneden: Geryt uten Weerde Roelofsz (fol 78v); - 10 morgen in de Husmate heeft Geryt uten Weerde Geritsz ontvangen, dat Gerit van Kulenborg opdroeg, belend boven: Jan van Oydwyck, beneden: Gerefaes van der Wade, hieruit hebben Geryt van Kulenborg en zijn erven 1 Vrancr scilt per jaar (dit erf hebben Gerefaes van Holland en Geryt de Brune) (fol 79); - Willem Vleminck dat Gerit uten Weerde opgedragen heeft, 2 ½ morgen te Mauderic, belend boven: Willem zelf en beneden: Gerefaes van der Wade; 1417 pro festo Bartolomei: "dit en was niet toegegaan"

Heukelom, van | 1410-08-01

Arch Culemborg regest 525, 529

Achternamenindex

Herberen van Huekelem heer van Ackoije erkent verkocht te hebben aan heer Hubrecht heer tot Culemborch 1 morgen land met hoge en lage heerlijkheid onder Ackoy aan de Groote Wade, waardoor een watergang gegraven zal worden; 1410-09-29: schepenen van Eckoij oorkonden dat Herberen van Hokelem heer van Eckoy, Jan, Merceli en Katerina van Eckoij overdragen aan Hubert van Culenborch 1 morgen land onder Eckoy gelijk vermeld in de brief van 08-01

zegels van Herberen en zijn zoon Jan van Ackoy (beschadigd); schepenen van Ackoy: Volpert van der Poert en Godde van Bueren Beertsz

Cuyl, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 8v, 71v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Gysbert [later Udel] van Benmale 3 morgen te Coten, belend beneden: Gijsbrecht van der Cule en boven: godshuijs van Coten, strekkende aan de Wykersloot eggen eynden; - Henrick Splintersz een viertel land aan de Diefdyck, belend boven: de heer van Kulemborg, beneden: Henrick van der Cule Henricksz, strekkende aan de Haeck en de Grote Wade. Bij zijn overlijden (met of zonder kinderen) zal dit leen komen op zijn neef Johan Hubertsz; [vermoedelijk is Henrick in 1423 nogmaals beleend]

Couwenhoven, van | 1417

Leenregister Culemborg fol 19

Achternamenindex

op Sinte Julianendach. De heer van Culemborg beleent Lysbeth Eerstsdochter met 5 hont land geheten die Kortestucken gelegen tot Waterbuesinchem

mannen: Lambert van der Wade, Otte van Koudenhoven

Bruijn, de | 1410~

Leenregister Culemborg fol 85v, fol 110

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Geryt die Brune (doorgehaald en vervangen door heer Johan van Culenborg) dat Gerit uten Weerde Geritsz opgedragen heeft de helft van 10 morgen in de Husmaten, onderdeel met Gerfaes van Holland, belend boven: Hubert Zassen erfgenamen, beneden: Gerefaes van der Wade, strekkende van de meente tot aan t Nyslach, gegeven 1419-03-01; tijns van Culemborg tot Mauderic: - Gherijt die Brun van Hubert Corentijns hofstat 6 d en 2 morgen in die Piercamp, die Jans kinderen van Hattum waren

Holland, van | 1423~

Leenregister Culemborg fol 95, 96

Achternamenindex

leenregister Culemborg 1410~: - Gerit die Bruen 10 morgen samen met Gerephaes van Hollant, gelegen in die Huesmate, belend boven: Hubert Sassen erfgenamen, beneden: Gerefaes van der Wade (fol 95); - Yerphaes van Hollant de helft van 10 morgen land bepaylt met Gerit den Bruen, in de Huesse maet, belend boven: Hubert Sassen erfgenamen, beneden: Gerit die Bruen; - Yerefaes de middelste Lijskamp van 4 morgen, belend boven: de Tyelse wech, beneden: die Grote Kamp; - Yerephaes 8 morgen, belend boven: Yerephaes zelf, beneden: de vrouwe van Molderyck

Doys | 1410~

Leenregister Culemborg fol 3v, 5v, 8, 8v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Wouter Coevoet 4 morgen op Pariservelt, beneden: Peter Doijs hofstede; - Henric Doijs van Ecke hofstad tot Ecke op den Enghe en 14 hont in Mosselmanshof, 8 hont naast de hofstad, aan de andere zijde van de straat, richting Rijn; - jvr Mechtelt Jacob Caetsendochter 3 morgen gelegen tot Mauderic en 1 ½ morgen die van Doijs Henricsz waren; - Heynrich Doys van Mauderic 3 morgen in die Husmaten, belend beneden: Gheryt uten Weerde, boven: Heyn van Ham,en 3 morgen en ½ hont in het Grote Broec, belend boven: Hubert van Meere, beneden: Ot Doijs (fol 5v); - 4 morgen te Ryswijk op de Weert akker, belend boven: Margriet van Oemeren, beneden: de vrouw van Gheenken Eerstz; - Aernt van Oemeren 2 akker in Ryswiker maelscap, belend boven: Ot van Wyc, beneden: Weyndelmoet Doijs, opgevolgd door Wenmer van de Steenhuze en nog een akker, belend boven: Weyndelmoet Doijs en beneden: de vrouwe van Gulik; - Michiel Macharijs, doorgehaald en vervangen door: Margriet Macharijsdochter 10 ½ hont te Mauderic op het Meerland, belend boven en beneden: Steven Doijs van Voern; - Jorden van Derthesen 5 ? morgen tot Mauderic op den Perric, belend boven: Henric Doijs van Mauderick, beneden: Hubert Coevoet

hulde doet voor Margriet Macharijsdochter: Dirc van der Wade Woutersz