53 resultaten

Boekel/Bokel | 1422

Reg Rotterdam en Schieland no 2147
Achternamenindex

Gysbert van der Haer, knape, heeft zijn neef Jan van der Haer beleend met 29 morgen in Bylwijck, op dezelfde wijze als die werden in leen gehouden door diens vader, de broer van Gysbert, van Bokel van der Haer, de vader van Gysbert voornoemd

van der Haer

Ackoy, van | 1407-05-26

Reg Rotterdam en Schieland no 1682
Achternamenindex

Aernt, abt van St Pouwels te Utrecht, verklaart in erfleen gegeven te hebben aan jvr Johanne, vrouw van Walraven van Eckoy, dochter van heer Willaem van der Merwede, de tienden gelegen in Noordholland onder Sevenhusen, op gelijke wijze als heer Willem, ridder, die heeft gehouden

Polanen, van | 1342-04-27

Reg Rotterdam en Schieland no 524/Van Mieris II p 655
Achternamenindex

graaf Willem verklaart verkocht te hebben aan heer Jan van Polanen heer Jansz de heerlijkheid van der Lecke om haar in leen te houden op gelijke wijze als de onlangs overleden heer Heynric van der Lecke, met alle toebehoren o.a. het gerecht van Riederkerke

Duvenvoorde, van | 1312

Galesloot: p 296/Spechtboek 1374 fol 159v
Achternamenindex

Willelmus de Duvenvoorde dominus de Oesterhout, acqius … erga dominum Henricum de Mortiere, presbyterum, hem aangekomen bij dode van zijn moeder Beatrice Schavardinnen, gelegen in Tighelt in de parochie van Rysbergen; item dimiduum molendinum apud Karlescot te Tighelt, op de wijze als Henricus Longus placht te houden

Leonis de Crayenhem, Ade de Helbeke, Hermannus de Os, Johannis Rikier, Theodericus Loeze

Pont | 1735-11-19

Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv no 51
Achternamenindex

lijst van bij wijze van loterij uitgegeven losrenten, kantoor Alkmaar: verschijndag 05-01, Frans Pont fl 1000 - fl 35, fl 500 - fl 17-10-, fl 210 - fl 7-7-; 1735-11-19/1737-05-01: dertigjarige renten, kantoor Alkmaar: Frans Pont, rente fl 22; afgeschreven 1767

Merwede, van der | 1424-09-28

Reg Rotterdam en Schieland no 2199
Achternamenindex

Geryt van Damassch, abt van St Pouwels te Utrecht, verklaart in erfleen gegeven te hebben aan jvr Johanna, dochter van Willem van der Merwede, vrouw van Johan van Herler en van Merwijck, de tienden gelegen in Noordhollanh te Zevenhuysen, op gelijke wijze als haar vader die in leen hield

Herlaer van Meerwijk, van | 1424-09-28

Reg Rotterdam en Schieland no 2199
Achternamenindex

Geryt van Damassch, abt van St Pouwels te Utrecht, verklaart in erfleen gegeven te hebben aan jvr Johanna, dochter van Willem van der Merwede, vrouw van Johan van Herler en van Merwijck, de tienden gelegen in Noordhollanh te Zevenhuysen, op gelijke wijze als haar vader die in leen hield

Dalem, van | 1354-05-31

Arch Nassau Domeinraad regest 512
Achternamenindex

Roelof van Daelem belooft heer Jan van Pollanen dat wanneer deze het met Willem van Oesterhout, Roelof's zwager, eens wordt op de wijze als Roelof met Jan van Pollanen en Coene van Gaspwaerde is overeengekomen, hij hem zijn woning te Brussel op Coudenberghe waarin de heer van oesterhout eertijds woonde, geven zal op voorwaarde dat Jan van Pollanen hem erfelijk met de heerlijkheid Donghen zal belenen op dezelfde wijze als Willem zijn zwager haar in leen gehad zou hebben en de heer van Oesterhout haar hem vermaakt heeft. Op 1354-06-17 wordt de bedoelde overeenkomst met Willem van Oosterhout gesloten, waarbij deze belooft het leenheerschap van Dongen aan Jan van Pollanen over te geven behalve zekere moeren

Hieraan hangt het zegel van Roelof van Daelhem

Culemborg, van | 1459-04-02

Berigten Hist Gen IV p 31/Matthaeus De Jure Gladii p 215, 216; Van Mieris Chron Vervolg p 108, 136
Achternamenindex

Gysbrecht van Nyenrode staat het huis te Amerongen af aan Everwijn van Culemborg; 1462-04-09: Gerrit de bastaard van Culemburg daarmee opnieuw beleend; 1468-08-01: Geryt de bastaard van Culenborg ontvangt het huis te Amerongen, dat hij aan Gijsbrecht van Nieuwrode verpand had, op een bijzondere wijze in leen

Breda, van | 1298-12-06

Noordbrabantse Charters p 54
Achternamenindex

Raso van Breda doet onderzoek bij wijze mannen welke rechten en verplichtingen rusten op de abdij van St Bernard, als bezitters van het grootste gedeelte van Gestel. Na overweging van alle leenrechtelijke gronden wordt bepaald dat de abdij het lage en middelbaar rechtsgebied heeft, de heer van Breda het hoge rechtsgebied