20558 resultaten
1531-02-15 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 37v-41v
Jaartallenindex
Jan Cornelis Florisz, burgemeester, en Jacob Jansz, schepen der stede van den Briel, oorkonden dat Joost van Cleijburch, krachtens octrooi van de keizer verkregen dd 1529-09-25, ratificeert alsulcke makinge als hij en zijn vrouw jvr Cornelie Adriaen Janszdochter elkaar in voorleden tijden gemaakt hebben [1505-01-26]. Verclaerde voorts de voors. Joost van Cleyburch, testator, dat de meeste landen die hij nu met zijn vrouw bezit "sijn geinundeert ende mitten watere bevloyt sijn, waertoe men groote penningen zal behouven om deselve heure landen weer te brengen in heuren eersten staet". Hij vergunt nu zijn vrouw eventueel landen te verkopen om de benodigde penningen daertoe te verkrijgen. Verbeteringen aan het goed zullen dan niet ten goede komen aan zijn erfgenamen maar aan de hare. Al haar clederen, juwelen etc zullen haar blijven. Aan Neelkin Pietersdochter, nu ter tijt wonende bij de testator, maakt hij alsnog 30 schell per jaar haar leven lang, zolang zij niet tegen de wil van zijn vrouw huwt of geestelijke wordt. Indien Neelkin dan kinderen krijgt, zullen deze de rente van 30 schell behouden. Hij benoemt tot zijn executeurs testamentair: zijn neef heer Cornelis Claesz, priester, Andries van Bronchorst, Raad van Holland, Jan Cornelisz van Kerkwerve, rentmeester van het land van Voorne, Willem Boudinsz van Drenkwaert. Voor hun moeite maakt hij hun elk 6 Kar gld of 20 sch gr Vls (vgl 1529-09-25 en 1532-01-02)
1531-02-18 | Heemskerk
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Kennemerland fol 14
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat hij heeft ontvangen de ootmoedige supplicatie van Willem Korstansz wonende te Heemskerk in onsen lande van Kennemerland, hoe dat hij suppliant ongehuwet synde, bij twee diversche vrouwepersonen oock ongehuwet, gesusciteert [!] heeft twee kinderen, te weten een soon genaamd Bouven, en een dochter genaamt Katherine, ende soe dieselve kinderen hem duechdelick en eerlick dragen en den suppliant gedienstig, behulpich en onderdanich syn, soe heeft hij gebreken van getrouwde kinderen ende ook van broeder ende suster emmers weerlyc synde, over een wijle voorleden voer hemluyden van ons ghworven onse open brieven van legitimatie, daerbij sij gequalificeert zyn als wettige kinderen te mogen succederen. Hij houdt nu in onversterfelijk erfleen van de grafelijkheid een huysinge, hofstede en boomgaert gelegen tot Heemskercke mit den lande daeromme gelegen als 4 ackeren gelegen voor den werf, streckende tot aan de Kerckwech, ende die weijde after t huijs, effen breet der veerlande van den voerlande, zuytwaerts aff te meten, deurgaende tot an den Hecksloot toe. Hij zou dit leen aan zijn zoon Bouwen willen transporteren, bij kinderloos overlijden te komen op diens zuster Katherine. Karel consenteert hierin, get. Herdinck
1531-03-06 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Zeeland, Voorne fol 82v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat voor zijn stadhouder van lenen Daniel Jacobsz opdroeg tbv Engel Woutersz, bailju van Dirxland, die ambachtsheerlijkheid van 22 gemeten lands, mitsgaders die thienden, visserij en vogelrien, 1 gr per jaar van t gemet te jaerschote, oost: de oude dyck van Dirxlandt, zuid en west: den nyeuwen dyck van t voors. land, noord: Witte Dircxzoons land. En dat hij Engel Woutersz hiermede vervolgens heeft beleend als leen van Voorne. Tot een onversterfelijk erfleen
Gheryt van Sperwou, rentmeester en baljuw van de heer van Brederode, mr Gillis van den Soutenlande, Cornelis Barthout Jansz, leenmannen van Holland
1531-03-09 |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 190, 193
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Jan Oom van Wyngaerden Gootschalcxz erkende verkocht te hebben aan Jacob Adriaensz v.d. Wiele alias Stalpert, 25 Kar gld eeuwige erfelijke renten losbaar den penning 16, of 400 Kar gld, onder verband van zijn huys, hofstede, boomgaert, bosch en land, gelegen in den ambachte van Soeterwoude, uyt eenre laen aen langes op Rodenburgerwatering, streckende noordoost waert aen alsoo verre als t landt streckende noort behooren plach heeren Floris van Alckemade. Welcke huysinge, hofsteden, boomgaert, bosch en lant groot wesen mach mitten graften omtrent 20 morgen lants, ende nu genaemt is Groenesteyn, ende de voors. Jan Oom van Wyngaerden te leen houdende is. Op 1531-06-15 keurt Karel deze bezwaring van dit leen goed en beleent Jacob Adriaensz v.d. Wiele alias Stalpert met deze rente
Willem Oom van Wyngaarden, ridder, heer van Allebrantswaerde, Vincen Dammas, auditeur, Cornelis Barthout Jansz, leenmannen van Holland; 1531-06-15: Andries van Bronckhorst, heer van Schoot, Raad in de Camer v.d. Rade, Cornelis Barthout
1531-03-09 | Egmond
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Vriesland fol 53, 54v
Jaartallenindex
Karel oorkondt: also op huyden date van deze vrouwe Franchoise van Luxemburg, gravinne douaigiere van Egmond onse nichte, uit naam en als voogdes van haar oudste zoon Charles grave van Egmont, onse neve, ons als graaf van Holland gedaen heeft d'opdragte en transport van den huyse ende slote van Egmont mitter vryer houven, breeder verclaart in hare brieven daervan overgegeven, al naer volghende die voorgaende brieven van erectie [?] van der grafelijkheid van Egmond, bysondere van den brieven van declaratie of ampliatie bij ons daer gegeven wylen grave Jan van Egmond, lest overleden in de maand van mei 1522, samentlick mit desen in onsen registeren van Holland geregistreerd, om alle tselve weder van ons te lene te ontfangen mitter principael leen van t graefscip van Egmond. Soo ist dat wij deze opdragt aannemende, Charles grave van Egmond mettet voors. slot en huys van Egmond mitter vryen hoeve, en daartoe die stede van Purmereynd mitten anderen plaetsen en dorpen begrepen in de voors. garfelijkheid, te weten Purmerland, Neck, Ilpendam, Backum, Warmenhuizen, Harinckarspel, Outkarspel, Petten en Huysduynen geannexeert zijn, beleend te hebben. Te houden tot een onversterfelijk erfleen ende graefschap, al na volgende onze brieven van 1522. Daar Charles nog onmondig is, doet onse getrouwe neve en capiteyn generael van onse landen van herwaarts over, die grave van Buyeren, de eed voor hem. Op 1538-10-27 doet de grave van Egmond zelf de eed
present: die aartsbisschop van Palermo, hoofd van onsen secreten Rade, die abt van St Amandt, onse neve, de here van Neufville, onse tresorier generaal, en als leenmannen van Holland: Robbrecht grave v.d. Marck en Arenberg, heer Jan Micault, ridder, onse tresorier van der ordene en ontfanger generaal, Cornelis Anthuenis, onse Raad en rentmeester van het land van Utrecht
1531-03-14 | Heemskerk
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Kennemerland fol 16, 17
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Willem Korstensz opdroeg tbv zijn natuerlyke zoon Bouwen Willemsz, die huysinge, hofstede en boomgaert daer Willem jegenwoordig op woont mitten lande daerom gelegen, als 4 ackeren lants gelegen voor den werf, streckende tot aen den Kerkweg ende die weyde achter dat huijs effen breet der voorlanden van den voorsloot suijtwaerts of te meten, deurgaende tot aen den Kerksloot toe, die hij van de grafelijkheid in onversterfelijk erfleen houdt. Sterft hij kinderloos dan zal dit leen komen op Willem's natuerlycke dochter. Sterft deze kinderloos dan terug te komen op Willem. Met het verzoek om Bouwen hiermee te belenen. Op 1531-03-20 wordt Bouwen Willemsz op genoemde voorwaarden hiermee beleend (vgl 1531-02-18)
Joost van der Binchorst, Jan Claesz, Gerrit Nyelsz, leenmannen; 1531-03-20: Cornelis Berthout, Willem Pietersz Criep, Hubrecht van Houf
1531-03-18 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Amstelland, Gooiland, Waterland, Zeevang fol 20v, 21
Jaartallenindex
leenmannen oorkonden dat Jordin van Foreest Jordinsz opdroeg tbv Cornelis Brundt, tot Amsterdamme, een huys metter hofstede gelegen op ten Langendyck in Zuijt Scherwoude, met een hofstede daarbij gelegen, ende Jan Luydez toe te behoren plag, en 40 geersen lants daeran gelegen, nu belend west: Jan Gerytsz, noord: Jan Gerytsz, bailju, zuid: Henrick Jacobsz, oost: Noort Scherwouder kercke. Met verzoek om Cornelis Brundt hiermede te belenen. Op 1532-04-08 wordt Cornelis Brundt hiermede beleend tot een erfleen
Adriaen Stalpaert, Raad en rentmeester generaal van Kennemerland, Vincent Dammas, auditeur v.d. Camer v.d. rekeninge; 1532-04-08: mr Reynier Brundt, Raad en Proc. Gen, Cornelis Barthoud Jansz, leenmannen
1531-03-21 |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 220v, 222
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Jacob Heerman opdroeg tbv Adriaen van Egmondt, schildknape, zynder dochter man, alsulcke 5 £ gr Vls per jaar erfelijke losrenten uit een tiende geheten die Zuytmaeslandse thiende, gelegen in Maeslant. Ende noch een tiende gelegen in Hodenpijl beginnende van Anthonen Vaert opgaende by den Woude Wegen tot aan de Lierdyck toe, ende van de Lierdyck streckende van den zuytwinde zuidwest op tot aan den twee heulen schinckelende op van den Groten Vaert westwaerts tot Anthonen toe [!!]. Ende welcke eerste tienden es gedeelte in vieren: die eerste daerof genoemt die nieuwe polder thiende, die andere die oude polderthiende, die derde oock genoemt die nieuwe polre thiende, ende die leste en vierde thienden Thiende leggende achter die kercke tot Schipluyden. Jacob of zijn erven zullen die voors. tiende mogen lossen in alder manieren als die twee principaele brieven die de voors. Adriaen van Egmond voor ons leenmannen de kinderen van den voors. Jacob Heerman ontfangen te hebben [!] breeder inhouden en verclaren. De eene gepasseert bij wylen Floris van Alckemade als voogd van zijn huysvrouw Soete van de Marcke, en de andere bij de voors. Jacob Heerman en diens zoon Gerrit Heerman. Jacob Heerman verzoekt de Keizerl. Maj. om Adriaen van Egmont hiermee te willen beleenen. Op 1532-03-11 beleent Karel Adriaen van Egmont met dit leen van 5£ per jaar
1531-03-28 |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 138
Jaartallenindex
Karel beleent [na opdracht door Arent van Grieken] zijn zoon Dammas Aerntsz met 8 morgen land gelegen in het ambacht van Alphen aan de oostzijde van de Goude, gemengder aerde in een weer lants van 29 morgen, streckende van Simon Cornelisz huiswerff tot aen den toeganck, belend oost: Jacob Coppier, west: de Goude kade, en dit uit kracht van het verleende octrooi. Te houden tot een recht erfleen, gelijk zijn vader Gerrit van Griecken [te lezen: Aernt ?] en diens vorders te houden plagen (vgl 1515-06-11 en 1530-12-10)
Crispyn van Bosschuysen, Raad en Rentmeester Gen. van Z.H, Gerrit van Loo, onse secretaris en clerck v.d. Rekenkamer, Pieter Willemsz, Cornelis Barthoudsz, Anthonie le Bucq, Joachim Cornelisz, Barrewout Willemsz
1531-04-17 | Uitgeest
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Kennemerland fol 18v
Jaartallenindex
Karel beleent George van Olms na dode van zijn moeder vrouwe Geertruyd Jansdochter, in leven huisvrouw van heren Gillis van Olms, ridders, met 5 maden te Uitgeest, zuid: Jan van Haerlem, noord: de watering geheten Stierpt, oost: Willem Cornelisz, west: Claes Bicker, onse baljuw van Amsterlant. Te houden tot een erfleen. Daar George onmondig is, doet zijn oom Augustyn van Teylingen de eed
Vincent Dammas, auditeur v.d. rekenkamer, Gerrit van Loo, clerck ord, Cornelis Barthout Jansz, Anthone le Bucq, Berwout Willemsz, leenmannen van Holland