1568-12-02 |

Inv Arch van Boetselaer 1965 p 187 regest 68, p 127 no 615

Jaartallenindex

schout en gezworenen van Pynacker verklaren dat jhr Abraham van Almonde, hoogheemraad van Delfland, voor zichzelf en voor zijn vrouw Maria de Groten, als erfgenaam van haar (groot) moeder Ermtgen Dirc Huijgen de Grotendochter, 2 morgen land overgedragen heeft aan de Nieuwe Kerk, de H. Geest en het oude gasthuis, alle binnen Delft; 1568 (stukken familie van Overschie): akte van overdracht van 2 morgen land aan de Nieuwe Kerk, de H. Geest en het Oude Gasthus, door jhr Abraham van Almonde als erfgenaam van Crintgen Dirksdochter

1568-12-22 |

G.A. Haarlem Inv I no 1937 Lade X/Arch St Jan Haarlem

Jaartallenindex

Jan Simonsz, schout te Heemskerck, oorkondt dat Lourijs Dircxz en Jan Pietersz, buurluiden aldaar, erkennen verkocht te hebben en mitsdien schuldig te zijn den commandeur van St Jan te Haarlem een jaarlijksche losrente van 6 Kar gld. Louris Dircsz verzekert deze op een croft land aldaar, groot 1½ morgen, belend zuid: Aelbert Dircsz, noord: Dirck Gerritszs erfgenamen tot Haerlem, west: dije groet Zije, oost: dije lutticke Zije. Jan Pietersz verzekert deze op een stuck zaedland aldaar, groot 1 morgen 100 roeden, belend zuid: de erfgenamen van Claes Willem Philipsz, west: de cleyne Houdtwech, noord: Wouter van Bekesteyn tot Haerlem, oost: de groote Houdtwech

bezegeld door de schout in presentie van Lourys Gerritsz en Lambert Willemsz, schepenen

1568-12-31 |

R.A.H. Coll Aanw no 528/Leenregister Abdij Egmond fol 22v

Jaartallenindex

Nicolaus, bisschop van Haarlem en abt van Egmond, beleent Jan Cornelisz van Leyden na dode van zijn vader Cornelis Jansz met een viertel lants gelegen in den ban van Beverwijck, streckende van de groote Beecke tot aen den ouden dyck, ende nogh een weijnigh oostwaarts over de groote Beecke, ende met onse Godtshuyse aen beyden syden belent. Voor zijn leven. Actum op onsen huyse Abtspoel. In dorso: 1571-10-01 verzoekt hij zijn leen met de ledige hand (vgl 1592-03-07)

Dirrick Dirixen Steen, Pieter Cornelissen, leenmannen, beyde borgers van Leijen

1568-12-31 |

Inv Arch H. Geest 's Hage dl II regest 736/ook een Origineel Inv no 816

Jaartallenindex

schepenen in den Haghe oorkonden dat Nicolaes van Westerbeeck, heer van Catendrecht, verklaarde verkocht te hebben aan de H. Geestarmen in den Hage een erfelijke rente van 21 gouden Kar gld sjaars, losbaar met den penning 18 (378 Kar gld), op zijn huis of kasteel genaamd Westerbeek en Vittelevoort, met de waranden en boomgaarden, samen 9 morgen groot en leggende bijwesten den Haghe aan de Beek, oost: de woning en landen van de erfgenamen van mr Aelbrecht Jansz, zuid: de woning en landen van de proosdy, in gebruik bij Willem Danielsz, west en noord: de heerweg. In margine van de copie: nu de heer capiteyn Franchoys van Westerbeeck, possesseur. Nota: geroyeert als voldaan zijnde bij preferentie van de cooppenningen van het huis te Westerbeecq

Pieter de Vries en Cornelis Messing, schepenen

1568-12 |

Kroniek Hist Gen jg 1851 p 17/Arch Mathenesse

Jaartallenindex

verpachting van het veer te Brakel met huis, hof en aanhorig land, gedaan door Josina van Broeckhuijsen, weduwe van Aeswijn, vrouwe van Brakel. December 1578

1568 |

J.A. Jaeger: A.R.A. Hs 3e afd no 126 p 37

Jaartallenindex

akte waarbij Balthasar van Brederode aan zijn zwager Goddaert van Milendonck zijn rechten op Vianen en Ameide afstaat

1568 |

C.W. Bruinvis: Aanv Inv Arch Alkmaar p 168 no 29a

Jaartallenindex

"die groote der landen ende parcelen van de memorie en t papengilt binnen Alkmaar, mit hoer gerechte limiten ofte lendens, ghemeten ende nae t leven bij caerten gestelt door M. Adriaen Antonisz, gezworen lantmeer, ter presentie van Heren Jan Jacobsz Backer en Andries simonsz, hiertoe van het capittel der priesteren binnen Alcmaer gedeputeert anno 1568"

1568 |

Inv H. Geesthuis Dordrecht no 184

Jaartallenindex

authentiek uittreksel uit het testament van Aryen van Blocklandt Cornelisz waarbij het H. Geesthuis een som geld ontvangt als vergoeding voor het toezicht op de toewijzing door zijn nakomelingen van 4 huisjes in de Marienbornstraat te Dordrecht, voor gratis bewoning, 1568

1568-1571 |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VII dossier 629

Jaartallenindex

Alyd Jansdochter van Noordwijk, inwoonster van Haarlem, contra het Regularissenklooster (van St Augustinus) te Noordwijk. Ca. 1536 had haar vader Jan Jansz van Noordwijk twee morgen land, genaamd "den Hanger" en gelegen te Velsen in de Santpoorte, gelegen bij het huis "de Weendt" van genoemd klooster in pacht gekregen, dit wegens diensten door hem aan het klooster bewezen. Later kreeg hij gedaan dat deze pacht zou duren zolang hij, zijn vrouw en zijn kinderen leefden en nog gedurende 10 jaren na de dood van de langstlevende. Als de jaarlijkse pachtsom van 10 Kar gld niet op Vastenavond betaald zou zijn, zou het klooster weer de beschikking over het land krijgen (akte dd 1536-10-13). Toen Vastenavond 1555 betaling achterwege bleef, legde het klooster beslag op het land. Arbitraal accoord dd 1555-01-31 tussen de kinderen van Jan Jansz en het klooster: de pacht zal voortduren. Op 1570-01-30 gaf Alijd aan Willem Jeroensz, een schipper die van Haarlem naar Noordwyk voer, 3 daalders mee om die aan het klooster te betalen. Het klooster weigerde dit bedrag, en liet op 1570-02-14 beslag leggen op het land en stede een andere pachter (Gerrit Baertsz) aan (eiseres en haar pachter Wouter Florisz). Ook een tweede aanbieding van de pachtsom werd geweigerd. Aleid wendde zich tot het Hof van Holland dat haar op 1570-07-03 in het ongelijk stelde. Zij ging in appel bij de Grote Raad, tijdens het proces overleed zij. Toen de pachter weigerde de pachtsom aan de erfgenamen te betalen, begonnen deze een nieuw proces voor het Hof. Akte dd 1570-02-19 opgemaakt ten huize van Abraham de Hartogh in de Zijlstraat te Haarlem, zwager van Alyd Jansdochter van Noordwijk. In een brief dd 1571-02-19 (1570) staat dat Aleid is overleden; zonder datum: eiseres machtigt de schout van Velsen om aan Gerrit Baertsz de pacht te ontnemen

1569-01-01 |

Arch Oude Hof Alkmaar no 68, 69

Jaartallenindex

schout en schepenen in de ban van Bergen oorkonden dat Sebastiaen Craenhals, bailiu van Bergen, verklaarde dat omme te becomen enige gereede penn. tot betaling van diverse nootlycke wercken van de dyckage van der Bergermeer, geordonneert is geweest in t openbaar te verkopen zekere nieuw bedykte landen, zodat er diensvolgens zekere zitdag gehouden is te Alkmaar op het stadhuis aldaar den 7 Oct. 1568, en is aldaar gecompareerd Claes Harcxz, burmeester der voors. stede, en heeft gecoft namens het oude convent te Alkmaar, 1 morgen 68 roeden 12½ voeten lants an die wyelanden op te westzijde, tussen den wech ende t ouderland van het voors. convent belend zijnde. Daar Craenhals hiertoe door de rekenkamer speciaal geauthoriseerd is by acte dd 23 mei 1568, onder t signet van de camer en getekend R [?] van Valckesteyn, verkoopt Craenhals de genoemde morgen aan het Oude Hof voorn. Eodem die koopt Claes Harcxsz q.q. voor het Oude Hof nog een stuk land in de nieuw bedijkte Bergermeer, 248 roeden 9 voeten, belend oost en noord: het Oude Hof te Alkmaar, west: Cuijlkebreeck

Sebastiaen van Geersbergen, schout, Vrerick Jansz en Pieter Garbrantsz, schepenen