1569-06-14 |

Bronnen Gesch Abdij Rijnsburg regest 1355

Jaartallenindex

de abdis van Rijnsburg geeft opdracht aan Lodewijk de Ruw, haar dienaar, om boek te houden van het koren, dat jaarlijks voor de abdij wordt ingekocht, het gebruik van de goederen en het houden van toezicht op de werklieden

1569-06-28 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Sticht, Gelre etc fol 58v

Jaartallenindex

koning Philips beleent Jan Cornelis Damasz, wonende tot Montfoirt, na dode van zijn vader Cornelis Dammasz met een stuck lands uytterdycs, in den gerechte van Willescop in den lande van Montfoirt, streckende uijten Groenswaert van den Yssele totten halven hoogen dyck toe. Ende is groot één morgen, belend oost: mr Dirck Sas, west: Anthonis Hermansz van der Pol, gelegen in Corte Heeswijk in sheren gerechte van Montfoirt, ende dat uijt alsulcke 7½ morgen lands als Geryt Gerytsz van Montfoirt van ons te leen houdende is. Als gemachtigde bij procuratie dd 1569-06-28 voor schepenen van Montfoort gepasseerd, doet Cornelis Sweersz van der Poll de eed voor hem

1569-06-29 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Zeeland, Voorne fol 91, 93v

Jaartallenindex

koning Philips oorkondt dat Weyntgen de Hart Gerritsdochter met Pieter Barthoudsz haar gecoren voogd in deze zake, hem heeft opgedragen tbv Willem Pietersz [Coedyck], wonende in onsen lande van Voorne: 1) ¼ deel van de thiende van den lande van der Struijt, gelegen in onsen lande van Voerne, nu genoemt den ouden- ende den nieuwen Struijt, onversterfelijk erfleen; 2) ¼ deel van ½ van de thiende, groot en smal, van een landeken genoemt den Struijt, ouwen ende nieuwen, bedijct en onbedyct, uitgenomen ¼ deel van de voirs. gehele tienden van denselven landeken, sulcx alst selve is gelegen in den lande van Voorne, tot een onversterfelijk erfleen, met de last van erfpacht daarop. En dat hij Willem Pietersz vervolgens met beide lenen heeft beleend (vgl 1570-07-20). Op 1569-07-23 compareerde voor leenmannen Willem Pietersz Coedijck, wonende in de ban van Nieuwenhoorn en heeft getransporteerd en gecedeerd aan Boudewyn van Kerckwerve, thesaurier der stede van den Briel, de helft van ¼ part in de thienden van den oude- en Nieuwe Struijt, volgens de leenbrief daarvan zijnde, den comparant aangecomen bij dode van Weijn Gerytsdochter den Harst

Otto van Steensel, Pieter Herweyer, Jan Beuckevort, leenmannen; 1569-07-23: Jacob Heymansz, Caerl Gans, leenmannen van Voorne, ondert. in kennisse van my Verdsteijn

1569-06-30 |

V.R.O.A. 1920 dl I p 400 regest 302/Arch Kasteel Duivenvoorde Inv no 125

Jaartallenindex

notaris Willem Jansz van Lamzweerde instrumenteert het testament van heer Georgius van Renesse, kanunnik ten Dom te Utrecht, waarbij hij o.a. als executeurs testamentair aanstelt Jan van Duvenvoorde en Dirk Muylaert, kanuniken ten Dom, en zijn broeders Bernardus en Fredericus van Renesse

1569-07-01 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters p 288 regest 249/Klooster St Barbara Delft

Jaartallenindex

koning Philips II geeft aan het St Barbaraconvent te Delft vergunning om voor 7826 Kar gld land te kopen in plaats van hetgeen zij in de jaren 1562, 1566 en 1567 hebben moeten verkopen als gevolg van slecht beheer en van de schade geleden bij de brand van 1536

1569-07-04 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Kennemerland fol 56v-59

Jaartallenindex

leenmannen oorkonden dat heer Gheryt van Schooten, presbyter, geassisteerd met zijn oom en gecoren voogd Gysbrecht van Schooten, approbeerde alsulcke gifte en overgifte als wijlen zijn vader Johan van Schooten op 1568-11-01 voor Cornelis Stalpert van der Wyele, rentmeester van Kennemerland en Ysbrant van Spaernwoude, als leenmannen van Holland, tbv zijn moeder jvr Cornelia van Egmond gedaen, verleden en gepasseerd heeft van ½ van een hofstede genaamd Zaenen, groot in het geheel 30 morgen land, gelegen in de ban van Schooten, met de ambachtsheerlijkheid vandien, waervan Adam van der Duyn vanwege zyn huisvrouwe die wederhelft toebehoord. Eodem die oorkonden dezelfden dat jvr Cornelia van Egmondt, weduwe Johan van Schoten, hoogheemraad van Rynland, volmacht geeft aan heer Otto van Egmond, heer van Kenenburch, ridder, en Vincent van Lockhorst here van Heemstede, of elc van hen beide, om namens haar voor de stadhouder van lenen te accepteren de overgifte door heer Gerrit van Schoooten tbv haar gedaan van de helft van de hofstede genaamd Zanen etc, en die namens haar in leen te ontfangen; 1569-07-04 en 1569-07-15: koning Philips beleent, na opdracht door heer Gerrit van Schooten, diens moeder jvr Cornelia van Egmond van Kenenburch met ½ van een huys, hofstede en land geheten Willems hofstede ende zaete van Zaenen, met de ambachtsheerlijkheid etc in de ban van Schooten, bij onser stede van Haerlem, streckende van de Vreetsloot [= Delft] tot in de Spaerne. Binnen aftersusterkind niet te versterven. Hulde doet voor haar heer Otto van Egmond van Kenenburch, ridder, Raad in den Hove van Holland

Florys van Woerden here ten Vliet en Ysbrant van Sparenwoude, leenmannen en mr Cornelis Oem, Pieter Herweijer, Jan Beuckevort

1569-07-05 |

Inv Arch H. Geest 's Hage dl II regest 738

Jaartallenindex

schepenen in den Haghe oorkonden dat Tobias Jansz transporteert aan de H. Geestmeesters in den Haghe de beterschap van een erf met een muur waarin een poort of doorkozijn [deurkozijn] op de Geest, recht tegenover het Pesthuis van den Haghe, belend oost: Mary Bollen, zuid: de Heerstraat, west: St Anthoniskapellen huisken, waarin nu Dirck d'orghelblaser woont, noord: de warande, toecomende de pastoor van den Haghe. Belast met een rente van 15 st per jaar (waarvan nu 15 jaar renten verschenen is) die de H. Geest daarop sprekende heeft. In margine: alsoe t erff in desen gementioneert vercoft is aen Gysbrecht van Hogenheeck [Hogenhoeck] voor 15 st sjaars ende dat hij die hooftsom van dien affgelost ende gequeten heeft anno 1582, geregistreerd 1583-02-13 (vgl 1559-11-21)

1569-07-07 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters p 288 regest 250/Klooster St Barbara Delft

Jaartallenindex

Maritge Gerritsdochter, weduwe Floris Vranckenz, huurt van St Barbara te Delft 6 morgen 2 hont in de Duyfpolder in Maesland, voor 7 jaar

1569-07-10 |

Inv Arch H. Geest 's Hage dl II regest 739/dl I Oorspr Inv 843

Jaartallenindex

schout en gezworenen in het ambacht van Wassenaer oorkonden dat Reijn Pietersz, wonende bij Wassenaar in het ambacht van Zuidwijk, als principaal, en zijn broeder Jacob Pietersz, wonende in het ambacht van Wassenaer te Hillenaar als borg en mede-principaal, en Mariken Martens, weduwe van jonge Aernt Gerytsz, mede wonende bij Wassenaar in het ambacht van Zuydwyk, met haar zoon Geryt Aerntsz als haar gecoren voogd, mede als principaal, verklaarden verkocht te hebben aan mr Michiel van Zijdenborch, een losrente van 12 Kar gld sjaars. Reijn en Jacob Pietersz verzekeren deze rente op hun ¼ van de woning waarin genoemde Reyn nu woont, met huis, schuur, bergen en geboomte, en ¼ van 20 morgen land daarbij. Reyn verzekert deze rente ook op 5½ morgen en 2 morgen daarnaast, dit alles belend noord: de Caswatering, west: cleijn Aesbrouck, oost: Heynrick Zybrantsz, zuid: Dirck Geerlofsz met zijn bergh (?). Reijn verzekert deze rente ook nog op 2 morgen eigen kleiland bij de Hogenboom, oost: Jan Houter [= Heuyter] te Delft, west: Jan Woutersz, zuid: de gemene Zylwatering, noord: Dirck van Huessen te Leiden. Verder nog op 8 hont land op Zevenacker, oost: het Vrouwengilde te Wassenaer, zuid: de Geestsloot, west: de laan van de grote wolven, noord: de Heerwech. Mariken voors. verzekert deze rente op haar woning met huis, schuur, bergen en geboomte met daarbij 8 morgen land in genoemd ambacht, west: Symon van der Does, noord: de heerweg, oost: de cappelrye van St Pietersoutaer te Wassenaer, zuid: de gemene Zylwaering, en nog op 2 morgen in het ambacht van Wassenaer, zuid: Geryt Jansz met bruikwaar, west: Mariken zelf, oost: het convent te Warmond, noord: de gemene Zijlwatering. In dorso: Rentebrief die ons ende Jozyne nichte ende Lenert neffe tsamen compt alst ons dechslicken toegewesen is. Ende compt van Reyn Pietersz van Wassenaer, Yosina van Sydenberch, nu Claes Reynen. Ontfangen bij ons Joris Adriaensz als man ende voocht van Josyna Jan Sohiersdochter en Josyna van Sydenburch, erffgenamen van wijlen mr Michiel van Sydenburch, uyt handen van Jan Colen Cornelisz, laeckenvercoper, in aflossing en volle betaling van de hoofdsom, 96 Kar gld, 1583-12-05 (vgl 1570-12-20)

1569-07-27 |

Inv Arch H. Geest 's Hage dl II regest 740

Jaartallenindex

schepenen in den Hage oorkonden dat Pieter Meeusz verklaarde verkocht te hebben aan de H. Geest in den Hage een jaarlijkse losrente van 15 st, losbaar den penninc 16, op zijn huis en erf op de Geest, oost: heer Aernt Jansz, priester, west: Gerryt Willemsz, zuid: Maritgen coperslagers huijsen, noord: de heerstraat (vgl 1547-11-29)