22981 resultaten

1438-02-14 |

Ms Opstraeten dl III fol 1205
Jaartallenindex

prior en convent van het Regulierencloester te Vredendael binnen Utrecht oorkonden dat zij vercoft hebben Jan die Ridder, 2 morgen lants in Nederlanbroec in die 40 hoeven te Rynwaert, streckende ut Broecker- ter Hoeft weteringe wert, belend boven: Henrick die Ridder van Sandenburch, beneden: Jan die Ridder

1434 |

Ms Opstraeten dl III fol 1204
Jaartallenindex

Florens van Blockhoven, richter in Nederlangbroeck, oorkondt dat Mechtelt die Johans Ridders Claesz wijf was, overdroeg aan Henrick die Ridder, de vrije eigendom van 3 mergen lants die sij leggende hadde, onderdeelt in een ½ hoeve lants in de 40 hoeven, streckende suijtwerts ut Broekerwetering in Goyerwetering, belend boven: Jan van Wyck Gysbertsz van Velpen, beneden: Henrick die Ridder van Sandenborch met zijn moeder

landgenoten: Eerst van Hyndersteijn, Johan van Broechuijsen Evertsz, Jan Gijsbertsz, met hun zegels

1426 |

Ms Opstraeten dl III fol 1158, 1204
Jaartallenindex

richter en schepenen tot Wyck oorkonden dat Waelwijn die Wit en zijn vrouw Mechtelt erkennen in erfpacht genomen te hebben jegens Wouter de Ridder van Hardenbroeck, 5 hont lants ende 5 schaft, in het gerecht van Wyck in den Passe, oost: Henrick Heelcoep, noord: Waelwyn de With met land dat hij al van Wouter in erfpacht houdt, zuid: Jan van Meerten, west: die Belincstraet (gecoll. door Jan die Jong, secretaris tot Wyck)

Willem van den Noirde, richter, Gijsbert van Wyck en Elias Jansz, schepenen

1383 |

Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 1181/Manuscripta van Buchell
Jaartallenindex

in het register van Henric van Rijn, abt van St Pauwels te Utrecht, brieven aan zijn neef Johan Vlaminc en zijn zwager Henrick de Ridder, "die gebeden werden op eender cleding met een heuschen roere, van immers niet te vergeten haer heuscheden te senden in gevalle sij niet en quamen"

1370 |

Ms Opstraeten dl III fol 1158
Jaartallenindex

Arnout van Lunenborch en Herebaren van den Rine, knapen beloven Willem van Boechout en Henrick de Ridder, knapen, schadeloes te houden van alle costen die comen mach van 200 goede oude Francr schilden daer sij onse borgen voor geworden sijn aan hande Ghisebrechts van Lochorst

1376 |

Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 314
Jaartallenindex

Henrick de Rover van Suijlen met zijn neef Sweer van Dennemercken segelden seeckere brieff waarin vermeld staat jonge Peter Mauwer, swager van Henrick en Henrick segelde met 3 suijlen, en Sweer met een klimmende leeuw

1487-08-14 |

Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 1108
Jaartallenindex

Johan van Drongelen, landcommandeur van de Duitse orde te Utrecht oorkondt: "Alsoo die eersame mr Gysbert van Stoutenberch, doctoer in beijden rechten, buyten lants woonachtich is ende men daer niet en weet van waer hij boortich is, soe sal men weten dat mr Gysbert van sijns vaders vader gecomen is van heer Wolter van Stoutenburch, ridder", en zijn moeder is gecomen van die van Merlo, die gecomen zijn van heer Jan van Woerden van broederscheyding, en mr Gysberts moeders moeder is gecomen van heer Johan van Enghuijsen ridder, met beschrijving van hun wapens

1461 |

Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 1180/Manuscripta van Buchell
Jaartallenindex

dat voor ons quam in het gerecht Henrick van Sandenburch ende Henrick Gielisz ende belijden, Henrick voor hem en zijn vrouw joffr. Ermgard, daer hij wettelicke geboorte bij heeft op te een syde, ende Henrick Gielisz etc. Dit geschiede onder Johan van Oudewater, schout te Utrecht en schepenen

1461 |

Ms Opstraeten III fol 1183
Jaartallenindex

Henrick van Sandenborch oorkondt als leenman van Wouter van den huijse van Sterkenborch en zijn vrouw jvr Catrine van Sterkenborch Gijsbertsdochter dat hij met o.a. Gerrit van Oestrum een oordeel gegeven heeft: de hofstad op Sterkenborch op d'een ende Heijmerick van Beeck, alse van een hoeve lants met 7 maden saets geheten dat goet te Grootvelt op die ander sijde, ende Dirrick Quint op dese tijt bruijct, gelegen in den kerspel van Rienen, ende Otto van Laer vóór ende syn broeder Gerrit van Laer, daernae versocht hebben aen der hofstat van Sterckenborch, nae utwysen des registers, soo wijsden de mannen dat dit goet een Starkenborchs leen is en blyven sal

1493-04-09 |

Ms Opstraeten III fol 1589
Jaartallenindex

Goessen van Rossum, landcommandeur van de Duitse orde te Utrecht, oorkondt dat wijlen zijn voorvader heer Jan van Drongelen, landcommandeur, en wijlen Engbert Claesz seeker lant ende erff gelegen in den gerecht van Rijenen, ons ende onsen huse tot Ryenen toebehorende op seeckere voorwaerden in erfpacht heeft gegeven, zoo consenteert hij deze erfpacht aan Claes Engbertsz, zoon van Engbert Claesz, nl 3 morgen lants gelegen in de cleijne Grebsche weert in ons huis lant van Rijenen, ende daertoe den cleijnen Grebschen weert buijtendijcs gelegen soo hij thans gelegen is ende Gerrit Arentsz nu ter tijt bruijct, belend oost: Hendrick Valckenaer met Homensdyck, zuid: Claes selve met weylant en rijsweert van t Aerlant van den Rijn ende ons oerdens lant met landen Steven Henricsz in pacht heeft, west: Wouter van Suylen, noord: de bandijck, te weten om 11½ R gld per jaar current (vgl 1518-08-31)