11 resultaten

1565-03-30 |

R.A.H. Coll Aanw 466 fol 122v/Leenregister Brederode fol 81
Jaartallenindex

Henric heer tot Brederode beleent Dirc Pauwelsz Rex van Purmereyndt met een stuk lants geheten die Molenvenne, belend noord: Laurens Petersz, zuid: die Neckerdijck. Item noch een visscherije gelegen bij Purmereijnde bij der molenvenne voirs, die overlange verdroogt ende vergaen is. Hem aangekomen bij dode van zijn vader Pauwels Jacobsz. Tot een erfleen, binnen aftersusterkint niet te versterven

present: Geryt van Gronsvelt, Kaerl van Chassiopijn, onse leenmannen

1441-06-25 |

G.A. Monnikendam Inv 154 fol 21/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex

schepenen in Purmereyndt oorkonden dat Jan Claesz erkende verkocht te hebben aan Jan Jansz van der Beets, scout van Purmereyndt, 4 deymat lants gheleghen binnen die banne van Oesthusen in den koeck (!) after Zibart Volkertz huus, welk lant hem van Alijt syns wijfs weghen te erve ghevallen is van Allart Melijsz, die dat wileneer ghecoft hadde van den zelven Zyvert voers. Onder voorwaarde dat dit land op dezelfde condities als te voren verhuurd zal blijven aan Zyvert voorn. Daar schepenen zelve geen zegel hebben, soe hebben wij ghebeden in tegenwoerdicheyt Pouwels Heijnesz ende Florijs Claesz, burghemeysteren der stede van Purmereynde, die daer mede bi waren, Jacob van Oesterwyck voers. [!], casteleyn van den huse tot Purmereijnd, desen brief over ons te bezeghelen aan welk verzoek Jacop casteleyn voers. voldoet. Ende om die meerre vasticheijt ende zekerheyt wie soe heb ic Jan Claesz [de schepen Jan Claesz is dus een andere persoon, daar hij geen zegel heeft en deze Jan Claesz, de verkoper, wel] voers desen brief mede bezeghelt mit myns selfs zeghel hier beneden ghehangen (vgl 1438-11-02, 1496-02-16)

Dirc Ysbrantsz, Beer Tymansz, Pieter Cruve, Aernt Vinck, Dirc Ubbelsz ende Jan Claesz, schepenen

1471~ |

G.A. Amsterdam Weeskamer Amsterdam 1e Inbrengregister fol 97v
Jaartallenindex

goederen van Jan Dirc Angenz. Voogd: Peter Haring: 1) 5 ½ vierendeel lants geheten die Gore toe Ylpendam, 2) 3 ½ deymte lants geheten Lansmersweer toe Ylpendam, 3) ¼ van Dijde Hardijs koy, ende is 5 hont lants, vercoft, 4) 2 coeven onder Croentgins huus toe Purmer, vercoft, 5) 2 coeven bij die Burch geheten Copginsven toe Purmer. No 1) heeft Lauurens Jansz, die stuerman, van Purmereyndt gekocht om 143 R gld. No 2) hebben Cornelis Jansz en Claes Jan Luytgensz gecoft om 140 g.g.

1535-02-05 (1534) |

R.A.H. Coll Aanw 245 fol 543v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex

de baljuw van Kermerland heeft binnen zijnen districte gevangen zekere persoenen ende die tot Haerlem in hechtenisse gesonden, over die examinatie ende voerder procederinge van welcke gevangenen die voors. baljuw niet verstaen en mach overmits dat hij nootelycken blyven moet tot Purmereyndt ende in dien quartieren. Het Hof ordonneert nu Wouter van Bekesteyn (opschrift: tresorier van Haarlem) om bij absentie van de baljuw, met mannen van Kermerlant te procederen tot examinatie en torture, indien t noot zij van de voors. gevangenen, ende tot coste van de keizer daarover justitie te doen

1465-09-09 |

G.A. Monnikendam Inv 154 fol 123/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex

item anno domini M° LXV° op die neghende dach in Septembri op Januariusdach 2 daghen nae St Lambert soe worde dit cloester dat Galileen gheheten is Bernardite ende die prior van Warmont ende die prior van Heemstede quam. Van het gedane werd door een notarius mr Symen van Purmereyndt (ende nu woent in Sinte Margrieten) een instrument opgemaakt in presentie van Reyer Aemsz ende Melys Claes Pilgramsz van Monikedam. Zie het zeer uitvoerige verhaal in het Diversorium fol 123 van de plechtige overgang van het Galileaconvent uit de Franciscaner orde tot de Bernaditerorde

1491-10-04 |

G.A. Monnikendam Inv 154 fol 69/Diversorium Galileaconvent Monnikendam
Jaartallenindex

van onse lekebroeders: broeder Pieter Jacopsz van Monikedam. Dese goede broeder was gheprofessyt in der derde oerde van St Franciscus, ende was dit convent zeer trouwe, want hi plachte in sijn joncheijt die wolle lakenen te vollen ende oec stof ende percament te maken ende was neerstich die broeders haer boetscippen te doen ende te bidden voer dit convent. Ende hi is ghesturven int jaer ons Heren 1491. Ende hi had hier ghewoent 50 jaer ende hi starf op St Franciscusdach. Ende hi gaf dat convent tot een testament bi sijn leven 3 koeven gheleghen tuscken Purmereyndt ende Koedijck ende mach weerdich wesen bi 150 gld current ende wi hebben daer een instrument of ende een scepenbrieff

1612-08-07

R.A.H. O.R.A. 2099 II fol 12v
Transportregister Egmond

Jan Hendricksz als voocht van Neel Pietersdochter, zijn huisvrouw en moeder, weduwe van Willem Michgielsz, en Ariaen Aelbertsz (1613-05-26, 1614-02-18, 1614-03-01, 1619-12-29, 1620-09-09, 1621-07-14, 1622-12-08) als erfgenaem van wijlen Willem Michgielsz, zijn overleden oom, verkopen aan Jan Diercksz, schippers, onse buerluyden [!] tot Egmont voors, een stuckge weijtlants, gelegen in onsen banne aen den Hoogendijck, oost: de Hoogendijck, west: Jan Diercksz zelf, zuid: Claes Reijersz Sluetel, noord: Cornelis Hercksz c.s. Ariaen Aelbertsz verbindt voor de vrijwaring 2 ackers lant gelegen in Noortvelt, groot 500 roeden, oost: de gemene wech, west: de Elstwaeijt, zuid: Ewoudt Diercksz, noord: de stede Purmereyndt

1476-02-15 |

G.A. Monnikendam Inv 154 fol 37v/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex

Jacobus Bartholomei, clericus Traj, publicus notarius etc, instrumenteert dat Petrus filius Jacobi Wit, frater laycus professus secundum modum et formam tercie regule Sancti Francisci depenitencia in monasterio Sancti Bernardi in Galilea legavit, dedit, donavit, cessit et tradidit eidem convenu de Galilea dat ⅓ deel van Jacop Wit Janszoens lant plach te wesen, binnen ende buten gherekent voer 9 koeven, gheleghen bi noerden in den ban van Purmereijnd, belend noord: Tymen Beerkijs, zuid: Pouwels Moensz als voogd van Gheert Florijs, oost: Jacob Florijsz, zuid, buten: die susteren tot Purmereyndt, noord, buten ende binnen: Pieter Melisz. Acta sunt hec in oppido Amsterdammensi in domo habitationis dominii Jacobi, confessoris devotarum sororum Sancte Marie. Presentibus ibidem providis et honestis viris predicto confessore domino Jacobo Grebber et Mathia fratre ejus, testibus fidedignis. Opschrift: Instrumentum fratris nostri Petri Jacobi

1510-10-02 |

G.A. Monnikendam Inv 154 fol 62/Diversorium Galileaconvent Monnikendam
Jaartallenindex

van broeder Reijn lant quytsceldinghe. Anno 1510 altera die Remigii heb ic quytsceldinghe ghenomen van Jaep Claesz mit sijn 3 susteren end mit Floris Baerntsz haer voecht van die C gld die Reyn Claesz onse broeder monic maecte ende besprac voer syn professie onse convent na sijn moeders doot ende soude int convent bliven in der ewicheijt, ende oec mede nae broeder Reynen doot ende syn moeder Brecht begheerde op haer dootbedde dat wij ofstaen soude mit dat morghen lant dat si hadde legghen onderdeel in 5 stucke lants gheleghen in Purmereyndt ende in Koediker ban, behoudelic dat wij soude utkeren 25 gld current, want dat morghen lant beter is dan C gld. Ende die vijf landen sijn tesamen 24 koeven. Van welke landen ons dat 1/16 deel toebehoert. Ende wij hebben Jacob Claesz ende syn susteren voldaen ende wel betaelt die 25 gld current. Ende wij hebben ghenomen vant ghelt 17 gld current vant ghelt dat van St Pietersdal quam ende 8 gld van Jacob Claesz brief in Swaech

1489-05-30 |

G.A. Monnikendam Inv 154 fol 53/Diversorium Galileaconvent Monnikendam
Jaartallenindex

extracten van brieven berustende in het Galileaconvent bij Monnikendam. Item van Jan Vertijnes Lant in Monikebroeck. Item anno 1489 ghecoft van Walraven Florisz een stucke bi ons gheleghen besijden die Kamer groet 2 deympd ende een verndel quod ipse a filiis Nicolai Grebber die Wild te Haerlem in domo nostra ghecoft tot Claes Florysz ende mr Claes Rijsers seggen pro centum florenis usualibus ende XLII ½ monales gld tunc temporis een gouden lieu pro IV florenis usualibus et florenus aureus sive Andree pro 2½ gld usualibus et sic Walraven habuit primo anno die huer scilicet 5 gld. Item dat lant is betaelt in eodem anno in domo Agathe Reijneri in presentia Nicolai Florentii et mgr Nicolai et Gherardi Johannis et prioris nostri Johannis Purmereyndt et fratris Lubberti cellearii et Johannis Peregrini conversi, et solvimus cum 35 g. lewen ende 2½ florenis usualibus tunc temporis een vieryser IV een Ph. stuver III st. Ende Walraven ende Reijn sijn broeder die scout om dat lant toe ter tijt quyt in teghenwoerdicheyt der voers. manne. Ende Walraven ende Reijn receperunt prius quijtsceldinghe van Claes die Grebber die Wilde kinderen van Haerlem et rogaverunt Gheryt Jansz ut notaret in li [?] suo memoriali