1512-06-13 | Heemstede

zonder bron

Jaartallenindex

Jacob Dircxz van Ylpendam, schout tot Heemstede, oorkondt dat Jacob Claesz erkende verkocht te hebben aan Claes Gherytsz van Houten 180 roeden saedlants mit die ruijchten ende geboomten daerinne ende op staand, gelegen binnen de ban van Heemstede optie Grote Geest an de huijsinge ende erve van Jacob Claesz voirs, belend zuid: die Nootwech, noord: Marytgen Jan de Witte dochter, streckende westwaarts aen die voirs Jacob Claeszoonswerf. Belast met 2 R gld sjaars, losbaar den penninck 16, en met ⅓ deel van een voet dienst datter jaerlicx utgaet. In dorso: Dese brief spreekt van 180 roeden saetlants leggende in de ban van Heemstede, gecomen van Quirijn Jansz, neef en erfgenaam van den ouden houten Claes [Claes is met een andere hand bij geschreven]

Jan Claesz, Bertelmeus Florijsz, schepenen

1567-03-11 |

Arch Oude Hof Alkmaar no 73

Jaartallenindex

schout en schepenen in de ban van Castricum oorkonden dat voor ons quamen drie buerluyden en inwoners van Castricum, Jan Heynricksz op Cleybroock, Pancras Symonsz en Claes Jansz Cronenburch, die verklaarden gezamenlijk schuldig te wesen aan pater en mater van het Oude Hof te Alkmaar een jaarlijkse losrente van 12 Kar gld, losbaar met 200 Kar gld; onderpand: 1) Jan Heyndricsz: een stuk land groot 3 morgen min een honderd, genaamd Gheryt Nannen Ven, dat hij zelf gecoft heeft voor 800 Kar gld, gelegen in de ban van Castricum, west: Jacob Gerritsz, noord: die gemene wateringe, oost: Jacob Jansz, zuid: die gemene wech, 2) Pancras Symonsz een acker saedlants gelegen op Gheryt Verhoockx werf, groot één geers, belend oost: Sloskert, west: die H. Geest te Castricum, zuid: Pancras Symonsz, noord: die gemene wech, 3) Claes Jansz twee ackeren zaedlant, groot 1 geers, genaemt Gheryt van Hoockx werf, ook gelegen in de ban van Castricum, belend zuid: die nauwe wech, noord: Claes Jansz voors, west: Maerten Huygen, oost: Jasper Gerytsz

Otto Jansz, schout (met zijn zegel), Jasper Gerritsz en Willem Jacobsz, schepenen

Egmond, van | 1366-12-09 (13)

Van Mieris III p 204

Achternamenindex

Jan van Egmond draagt op tbv Coenen Willems Cusersz in het ambacht van Beverwijk: "sine hofstede ter Wyck daer sijn huijs op stont mit 14 vierdelen saedlants en 14 coeweyde om de hofstede", zoals Jan van Egmond en zijn ouders in leen gehouden hebben, belend zuid: de heer van der Lecke, zijn moeder de vrouwe van Polanen, Willaem van Liere met goed dat tot de capelrie behoort, en Willaem Soudyn [Saykyn]; noord: de heer van der Lecke, de vrouwe van Polanen, Willem van der Liere, Niclaes Arntsz, Dirc Arntsz, Willem Arntsz, Mathijs Didderixs, Jan Dircsz en Pieter Wittekijn; westen: Cukerswech, oosten: het water in den Broec

1497-05-02 |

G.A. Amsterdam Weeskamer Amsterdam Lade 124/Topogr. Coll Warmoesstraat

Jaartallenindex

schepenen in Amsterdam oorkonden dat Kerstiin Jan Modders weduwe mit haeren neeff Hilbrant Modder als besturven voecht, ende mit Willem Modder, Jan Claes Watergancksz ende Hilbrant voern, haer vier vierendelen, opgedragen en kwijtgescholden heeft tot een vrijen eigendom, Symon, Bette ende Rijcsgen Hilbrant Huge haers soens zal. ged. drie naegelaten kinderen, een huis en erf te Amsterdam. Verder erkent Kerstine dat zij opgedragen heeft aan den voorn. Hilbrant Huge haers soens drie kinderen, ⅓ deel van de navolgende goederen en landen, daer Reyer Jansz tander ⅓ deel off toebehoert, ende Dirck Claesz mit sijn huijsvrou Katrijn t derde ⅓ deel, Eerst een vrij houten huijs mit een steenen camer gelegen tot Scellinchout mit 5½ morgen lants dair afteran t voersz. huijs gelegen mit die werff daerin gerekent. Item twee hondert saet lants gelegen an die noordzijde van 't voerscr huys. Item noch 2½ hondert saetlants geheten die lange acker. Item dat Middellant van 2½ morgen. Item 3 hondert saedlants gelegen voer 't voerscr. huijs, ende noch 2½ morgen uterlant ende die hoghe camp van 2½ morgen, in allen schijn 't voers. huijs ende erve mit die voern. parchelen van lande aldair tot Scellinchout gelegen siin etc (vgl 1477-01-07, 1477-06-14)