saffenburch | sandenbergh | sandenburg | sandenburgh | saphenburch | sassenburch | sijdenburch
12 resultaten
1438-02-14 |
Ms Opstraeten dl III fol 1205
Jaartallenindex
prior en convent van het Regulierencloester te Vredendael binnen Utrecht oorkonden dat zij vercoft hebben Jan die Ridder, 2 morgen lants in Nederlanbroec in die 40 hoeven te Rynwaert, streckende ut Broecker- ter Hoeft weteringe wert, belend boven: Henrick die Ridder van Sandenburch, beneden: Jan die Ridder
1461 |
Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 1180/Manuscripta van Buchell
Jaartallenindex
dat voor ons quam in het gerecht Henrick van Sandenburch ende Henrick Gielisz ende belijden, Henrick voor hem en zijn vrouw joffr. Ermgard, daer hij wettelicke geboorte bij heeft op te een syde, ende Henrick Gielisz etc. Dit geschiede onder Johan van Oudewater, schout te Utrecht en schepenen
1487 |
Ms Opstraeten III fol 1180/Manuscripta van Buchell
Jaartallenindex
dat voor ons quam in het gerecht Henrick van Sandenburch ende gaf over Jan Boll den statsbrief ende den vrijen eygendom van der helfte van de huijsinge etc. Er zijn huwelijksvoorwaarden gemaakt tussen Florens van Pallaes en Antonia dochter van Henrick van Sandenborch, also dat Antonia geen erffenisse beuren en sal van de eerste doot van Henric voors. ende jvr Ermgaert sijn wijff, haar vader en moeder etc. Welcken hij ..brieff van den jare 1466. Dese Henrick van Sandenburch is verscheyden jaren schepen geweest binnen Utrecht (1457, 1460, 1461), zegelde met het wapen van Ridder; 1439 en 1445: in het leenregister van Oudemunster wordt hij Henrick de Ridder van Sandenborch genoemd. Zijn moeder is Fije, vrouw van Jan van Over de Vecht; 1449: in een schepen brief de Ridder van Sandenborch genoemd, 1439: Henrick de Ridder van Sandenborch en zijn vrouw Ermgart Gijsbertsdochter van der A
1447 |
Ms Opstraeten dl III fol 1188
Jaartallenindex
Johan van Broechuijsen Dircsz, schout in Nederlangbroec, van wege heren Gysbert broeder tot Brederode, tot Vianen, domproost en proost tot Oudemunster te Utrecht, oorkondt dat jvr Geertruijt die Jan de Ridders wijf was, Henrick de Ridder, Willem de Ridder en jvr Gijsbert hare kinderen, ende begeerden eens oordels off den vrijen eygendom van den lande: 1) 20 morgen gelegen in het voors. gerecht in de 40 hoeven te Goye waert, van de broeckwetering in de Goyerwetering, 2) 10 morgen in de 40 hoeven, streckende ut de Broeckwetering in de Hoeftwetering, belend boven: Henrick de Ridder van Sandenburch, beneden: Genrick de Ridder met leen van Gaasbeek, 3) 6 morgen in de 40 hoeven, uit de Broeckwetering in de Hooftwetering, 4) 4 morgen in de 30 hoeven, uter broeckwetering ter hoeft weteringe waert, belend boven: Willem van Boechouts erfgenamen, beneden: Jan van Broechusen Aerntsz, gehouden van Gaasbeek. Vervolgens krijgt Johan de Ridder, haren soon en broeder, den vrijen eygendom van alle landen
met zegels van Jan van Broechusen en Lubbert van Baern
1510-08-07 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland, Voorne fol 55v
Jaartallenindex
wij Anna van Borsselen vrouwe van der Veer en mr Simon van Wissekerke, doctoer, deken van St Pieter te Middelburg ende van der Veer, Jan heer van Nyeuwenhoven, ridder, erkennen deugdelijk verkocht te hebben de som van 12 £ gr sjaars losrenten in 3 sonderlinge brieven: 1) op Jacob Heyns als ontvanger van de disch van St Salvatorskerke te Brugge, groot 3£ Vls sjaars, losbaar den penninck 18, waarvoor wij ontvangen hebben 54£ gr Vls, 2) op jouffrou Margriete Breydels weduwe mr Loupes de la Garde 5£ gr Vls, te lossen den penning 15, waarvoor wij ontvangen hebben 75£ gr Vls, 3) op Franchoys van Pamelen 4£ gr Vls sjaars, losbaar den penninck 15, waarvoor wij ontvangen hebben 60£ Vls, onder verband van al hun goederen. Vrouwe Anna erkent dat deze 3 sommen gebruikt zijn "in t bedycken van Begeren (Beyeren ?), Vianen en Oosterlandt in onsen lande van Duvelandt. Zij verbinden nu deze goederen voor de betaling van de drie losrenten. Met bevel aan Jan Cornelisz, nu ter tyt onsen rentmeester van denselven lande. Verder belooft vrouwe Anna om mr Simon en mer Jan kost- en schadeloos te houden. Gegeven en gedaen in onsen huyse van Sandenburch (vgl 1521-04-04)
Borssele, van | 1423-11-13
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 336
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Geryt van Damassche oorkondt dat Henric van Berselen heer van der Veer en van Sandenburch begeerde van hem te mogen kopen en beleend te worden met ⅛ deel van de grote tiende in Biggekerke, zoals zijn heer en vader heer Wolfart van de abdij in leen hield en met verzuim aan de abdij vervallen is; hij wordt vervolgens beleend tegen betaling van een jaarlijkse pacht van 12 scell Conincs Tourn; dezelfde dag verzoekt Henric eveneens beleend te worden met al het goed dat zijn ouders in leen hielden en ook aan de abdij vervallen was, en hij wordt beleend met de tiende in Zuid Beveland in het kerspel van der Nysse, tegen betaling van een jaarlijkse pacht van 4 oude Conincs Tourn grote en een goede maaltijd of 2 Conincs Tourn
leenmannen: Henric Valck, Willem Boudewynsz, Gysbert Godscalc
1519-02-11 (1518) (2) |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland fol 9v
Jaartallenindex
eodem die wordt heer Adolph van Bourgongen beleend met de heerlicheit van Brouwershaven met alle justitie, hoge-, middele- en lage - etc. Zoals verklaard in de koopbrieven van heer Wolfaert van Borssele voorn, onversterfelijk erfleen. Eodem die: alle de erfnissen, thienden, ambochten, gedyct en ongedyct, zeedrift, hasen, conynen en alrekend wilt dat daer nu is of immermeer aenworpen of commen mach, dat is buiten den ouden Zwene ter zeewaert inne die loopt duer Sandyckpolre, ende alsoo voort streckende bij suyden OLVr ker in den polre, ende alsoe voert langes den dyck ende den dyck daerbinnen westwaert, streckende an de zuidzijde langes bij den dycke tot Ryckendamme toe, alsoe als men by der poorte van den uythoven van duynen hoofde dweers deur die duynen in de zee rechtevoert gepeijlen mach, ende daer toe 80 gemeen lants, liggende in den Polre daer die broeders v.d. Duytschen huijse in te wonen plagen. Voert die veste ende wooninge tot Sandenburch mitten boomgaerden, mit alder erfnisse ende ambochten binnen den uytersten over van der uijterste grafte alomme die woninghe. Voert die vester ter Veere alomme Haven, havengelt en haven dycke, molen ende molenwatere, ende alle die erfnissen, ambochte, hofsteden en renten die binnen der vest van der Vere gelegen is, binnen den uyterster oever van der grafte alomme de Veere. Tot een recht erfleen
1541-08-05 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Zeeland fol 115v-120
Jaartallenindex
jhr Maximiliaen van Bourgoignen, heer van Beveren etc wordt na dode van zijn vader heer Adoph van Bourgoignen, Ridder, Raad en Camerlinc en admiraal van de zee, beleend met: 1) die steden, landen en heerlijkheden van Vlissingen, Westcapelle en Domburch, alles zoals vermeld in de koopbrief van wijlen heer Wolphaart van Borssele; 2) die stede, vrijheid en heerlijkheid van Brouwershaven, zoals de koopbrief van idem; 3) alle die erfnissen, thienden, ambachten etc. buten den ouden Zwene, door Sandyckpolre, streckende byzuiden OLVr kerke in den polre, voort langes bij den dycke tot Ryckendamme toe, also als men bij der poorte van den uithoeven van Duynenhoofde, dwers deur die duynen in de zee. Daartoe 80 gemeten lands in de polre, daer die broeders van het Duitsen huize in woonden; 4) die veste en woninge tot Sandenburch, mitten boomgaerden etc; 5) die veste ter Veere, alomme haven, havengelt, havendyck, molen etc; 6) 300 gemeten ambachts in Zantwyck, die wijlen heer Hendrick van Borsselen verwierf, om daarmede te meerderen die stede van der Veere etc; 7) die veste ende woninge tot Duijnke in het land van Walcheren etc; 8) alle die huysinge ende die woninge staande tot Poppenbergh ende alle die erve die wijlen heer Claes van Borsselen, heer van Brugdamme en zijn vrouw Maria van Ernemuyden liggende hadden in Poppenberch en Brugdamme etc; 9) alle goeden en rechten in Duvelant, zoals vrouwe Anna van Borsselen en haar voorzaten die bezeten hebben, behoudelijcken 15000 Vrancken als wijlen der vrouwe van Ravesteyn in dote en medegave gegeven is geweest, onder condite dat dit na haar dood aan de grafelijkheid zou terugkeren; 10) het land genaamd Clein Dreyschor of heren Jansland etc; 11) de ambachtsheerlijkheid van zuitgorssen ende slyklanden genaamt Rosenboom, Ruytstoppelen, die Weelde, Graafnisse, dat men noemt Beckinslant, liggende over die Zype, nevens den stroom van den keeten in beoosterschelt etc [verkort weergegeven]
leenmannen: Cornelis Barthout, Willem van der Criep, Anthonne Lebucq
Everingen, van | 1316-03-09
Van Mieris II p 154
Achternamenindex
enige Zeeuwse edelen verdragen zich met graaf Willem over de tienden door de graaf van het kapittel van St Pieter gekocht
bezegeld door: Hendrik abt van Middelburg, Gerard van Voorne, burchgrave van Zeeland, Wolfaert van Borssele heer van Sandenburch, Jan van Cruyningen, Jan van Schengen, Hendrik van Everingen, ridders
Cruyningen, van | 1316-03-09
Van Mieris II p 154
Achternamenindex
enige Zeeuwse edelen verdragen zich met graaf Willem over de tienden door de graaf van het kapittel van St Pieter gekocht
bezegeld door: Hendrik abt van Middelburg, Gerard van Voorne, burchgrave van Zeeland, Wolfaert van Borssele heer van Sandenburch, Jan van Cruyningen, Jan van Schengen, Hendrik van Everingen, ridders