Saterdach | 1661-04/05

Kohier Verponding Wimmenum; Lynboek Wimmenum

Achternamenindex

Cornelis Dirksz Saterdach: bezit land te Wimmenum; 1661-08-18: Cornelis Dircksz Saterdach met een lyn van 10 morgen, op het kohier van de Verponding: 1666-06-28: Cornelis Dirksz, ingeland van Wimmenum; 1670-10-10: 10e lynmeester, Cornelis Dirksz Saterdach; 1673-11-22: overleden?

Kyfhoek, van~ | 1393-07-14

Graf. Commissieboeken I p 7

Achternamenindex

"beveling van het rentmeesterscijs mitten marcttollen van den lande van Althena op Zegher Florisz. Idem van t scoutambacht van Strijmonde op Zegher Florisz, des Saterdach na St Jansdach decollatio 1393"

.. .. | 1542-1547

Kerkelijke Rek Haarlem fol 124v

Voornamenindex

[1541] die 19e november een wijf was Uitgeest bij St Cuniersoutaer s avonts begraven van t die vyf molen op een Saterdach ende Sunnendach beluid met Mary

1448-03-08 (1447) | Egmond

R.A.H. Coll Aanw 221 fol 119v/Memoriale Bossaert 1447-1448 fol 60v

Jaartallenindex

want zekere twisten ende geschillen gesproten zijn tussen Melis Claes Zalen's zoons weduwe ende kinderen, te weten Ripprant ende Volkert Melisz gebroederen voer hem selve, ende Garbrant Claesz voor zijn wijf Melis Claesz dochter voors, ende voor Lysbeth Melis Claes Zalenz weduwe, Ripprants en Volkerts moeder, daar zij drie voor loefden te waren, aan die een zide, ende Lubburch Jan Willem Ripprantsz weduwe, met Jan Teeync Crabbensz, haar gecoren voogd, an die ander zyde om zekere eerfnisse en besterfte wille achter gelaten bij de voirs. Jan Willem. Partijen zijn verbleven aan de uitspraak van arbiters, doctor Adolph van der Marcke, doctor in des keizers rechts, ende Jan van Huessen, in maniere hierna geschreven. Partyen moeten opten Saterdach na Quasimodo geniti e.k. te Egmond op den huyse overleveren in scrifte, op verbeurte van 100 nobelen alle eisen die de ene partij tegen de andere heeft. Daarna zullen arbiters bindende uitspraak doen

1511-03-05 - 1511-06~-08 |

Kroniek Hist Gen jg 1854 p 132-160

Jaartallenindex

rekenboek van den hofmeester van het slot van Leerdam, waar gedurende die tijd Frederik van Egmond met zijn gezin vertoefde. Lederdam. Dat rekenboeck aengaende upten 1e dach in der Vasten anno XI. Op Woensdach in yersten dach in der vasten utgeven Peter Gerritse etc. Op Sonnendach Reminiscere waren gasten: die heer van Bochoven, die juffr. van Asperen en de drost van Yselsteyn (p 134); (p 135) item noch gevoirdert myn heer van Bochoven, Michiel van Hagenauwe, die rentmeester Peter van der Lawick, Gerwerspeert, zwager Kuijbis, die 3 voor 3 dagen hebben tesamen aen haver 2 malder, facit 16st; (p 136) Saterdach soe quam die heer van Bochoven, heer Jan van Baix en zijn broeder Jasper; (p 138) Aelbert Torck 5 peerden, mit onsen peerden 1 malder havene. Woensdag post oculi Gerrit van der Lawick, Peter van der Lawick ende 4 myns genad. heren peerden aen haver ½ malder 4st, om rouvorder 1st, Jan van Brecht met 1 paard. Sonnendach: Jan van Bosichem, die visscher (p 139). Extra ordinaris tot Gorichem. In die Sterre an drincgelt 6 st. Item in die Roese tot Michiels huys verteert die rentmeester van Buren, zyn broeder Valckesteyn, Henrick Zwaen, Cornelis van Culemborch hebben verteert etc 4½st, facit 22½ sc. (p 140) die vorder cedul Item myn gen. here 3 peerden, Riefferscheit 1, heer Wynant 1, Jan Baex 1. Donresdags myn gen. here 3 peerden, Rifferscheit, Jan Baeck 1, Jan van Nydeken 1. Vrydach myn gen. here 3 peerden, Ryfferscheit, Jan Baex, die bode van Willem die bastaert soen van Buren. Zaterdag myn gen. here, Reifferscheyt, Jan Back, rentmeester; (p 150) Joris van Ysselsteyn 1 paard; (p 157) item gegeven bi beveel myns heren (an) Jan van Arkell 2 Phs gld facit 2½ R gld

1665-04-03 | Wimmenum

R.A.H. O.R.A. 2139 fol 33

Jaartallenindex

schepenen der heerlijkheid Wimmenum oorkonden dat Claes Jacobsz Streeckerman, buerman te Baccum, als voogd van zijn zusters nagelaten kind genaamd Trijn Cornelisdochter, verkoopt aan Hilbrant Aelbertsz, onse buerman, een stucke lands gelegen in onsen banne groot 3 morgen 71 roeden Bergermaat, genaamd "de Zuijderweijt", oost: jvr Brassers, west: die Mient, zuid: de griffier Rollandt c.s, noord: de erfgenamen van de ontfanger Vrijburgh; 1665-11-05: Hilbrant Albertsz leent 1200 Kar gld op dit land van Trijntie Gerrits Rijp, bejaerde vrijster binnen Alkmaar (afgelost en voldaan 1676-08-10)

Pieter Symonsz en Cornelis Dircsz Saterdach, schepenen

1669-07-12 | Wimmenum

R.A.H. O.R.A. 2139 fol 47

Jaartallenindex

baljuw en schout en schepenen van Wimmenum oorkonden dat Cornelisie Adriaens, weduwe van Cornelis Reijersz in onsen banne, geassisteerd met haar zoon Reyer Reyersz, erkent schuldig te zijn aan de gemeene brouwers in de brouwerij de Ruijter binnen Alkmaar, 100 Kar gld, interest 2 gld 10st per jaar, onder verband van haar comparantes huijs, bierstal en werf, gelegen in onsen banne op "de Legeeht" [?], oost: de lage stienweijt, toebehorende Geldolph van Vladeracken, noord: de schaepacker, west: de vaert, zuid: het Boegie van mr Cornelis, chirurgyn

Geldolph van Vladeracke, baljuw en schout, Cornelis Allertsz en Cornelis Dircksz Saterdach, schepenen te Wimmenum

1671-06-05 | Wimmenum

R.A.H. O.R.A. 2139 fol 56

Jaartallenindex

baljuw en schout en schepenen van Wimmenum oorkonden dat Aeltie Dielofs, weduwe van Jan Pietersz Krijnen, geassisteerd met Jacob Pietersz en Cornelis Symonsz, hun voogden in deze, transporteren aan Jan Cornlisz Snijer ½ van een stuk land genaamd de Schipsloot, groot deze helft 2 morgen 76 roeden, oost: Cornelis Jansz Rancken met ½ van dit stuk, zuid; de armen van Egmond op Zee, west: Aerjen Pietersz Krijnen, noord: Allert Poulusz. koopsom 1500 gld op 3 Meydagen, waarvoor Claas Claesz als oom en bloedvoogd, en Floris Cornelisz Welboren en Aris Symonsz schoenmaker, als wettelijke bij het gerecht van Egmond gestelde voogden, het voorn. land verbinden. De cooppenningen zijn voldaan 1679-02-25

Geldolph van Vladeracke, baljuw en schout, Jan Arisz Knechten en Cornelis Dircksz Saterdach, schepenen te Wimmenum

1676-07-28 | Wimmenum

R.A.H. O.R.A. 2139 fol 68, 69

Jaartallenindex

baljuw en schout en schepenen van Wimmenum oorkonden dat de eerbare juffr. Geerruijda van Harlaer, weduwe van de heer Jacob Brasser, wonende tegenwoordich te Haarlem, geassisteerd met de secretaris alhier als haar voogd, erkent schuldig te zijn aan juffrouw Judick van Driel, wonende te Alkmaar, 3500 gld ter cause van geleend geld, tegen 5%, onder verband van haar huis, erve, tuijn en landerijen gelegen alhier in deze heerlijkheid. Afgelost en voldaan 168.[2 ?]-09-30, A. van Twuyver. Eodem die erkent Geertruyda van Harlaer, weduwe van Jacob Brasser, schuldig te zijn aan de heer mr Johan van Nellesteijn, burgemeester der stad Utrecht, de somma van 3400 gld tegen 5%, onder verband van haar goederen

jhr Geldolph van Vladderacken, baljuw en schout, Jan Arisz Knechten en Cornelis Dircsz Saterdach, schepenen van Wimmenum

1666-06-28 | Wimmenum

Arch Egmond Inv no ..

Jaartallenindex

de gemeente van Wimmenum had de heer officier en Jan Arisz en Hillebrant Symonsz gecommitteerd om aan de vrouwe van der Mijle te verzoeken om de eygenaers en pachters van de tienden te ontlasten van de verplichting dat zy "haer thienden zelfs moeten brengen onder de lindeboom", maar dat de pachters die zelf moeten gaan halen. Bij wijze van proef heeft de vrouwe van der Mijle dit verzoek voor één jaar toegestaan. Aan de officier en gecommitteerden wordt opgedragen om dit verzoek elk jaar te herhalen

ondertekend door: Jan Arisz Knechten, Claes Claesz Raumen, Willem Remmen melcker, het merck van Pieter Symonsz, Cornelis Allertsz, Teunis Maertensz, Hillebrant Symensen, het merck van Reyer Maertsz, Arien Pietersz, Cornelis Dircksz [Saterdach, ingeland van Wimmenum], Pieter Ariensz Valck, het merck van Cornelis Cornelisz Limmen; mij present secretaris A. van Myerop