1527-02-18 |

Inv Arch Kapittel in den Hage regest 550, 551

Jaartallenindex

deken en kapittel in den Hage verhuren aan Adriaen Jansz, schout van Biert, voor de tijd van 14 jaar, hun aandeel in het nieuwbedykte land van Piershil, het Heyligelandt genaamd, en in het weiderecht van de natte dyk aldaar. Aldus gedaan in sGravenhage ten huyse van de eerwaardige heer mr Baernt Bucho, deken van het kapittel en Raad van de Kon. Maj, woenachtig upte Vyverberch. Met signatuur van notaris Cornelis de Cappella. In dorso staat: dat Cornelis Gerytsz een som heeft betaald, die in 1531 gebruikt is voor de bedijking van Piershil. Eodem die verhuurt het kapittel dit land (dezelfde inhoud als hiervoor), en dat Cornelis Gerritsz deze huur heeft overgenomen (vgl 1529-04-28)

1550-05-09 |

R.A.H. Coll Aanw 258 fol 282 e.v./Mem Hof van Holland

Jaartallenindex

testament van jvr Aernt van Duvenvoorde, weduwe mr Floris Oem van Wyngaarden, wonende in den Hage, waarbij zij tot haar erfgenamen maakt haar kinderen Jan Oem van Wyngaarden, domheer te Luik, jvr Catarina van Wyngaarden, jvr Adriana van Wyngaarden, huisvrouwe van Wouter van Bekesteyn, jvr Marie van Wyngaarden, huisvrouw van Charles Tserclaes en Gysbrecht Oom van Wyngaarden. Laatstgenoemde zal zijn erfdeel niet mogen bezwaren of vervreemden. Als hij huwt zal hij zijn huisvrouw tot duarie mogen maken de helft van de inkomsten van zijn erfdeel. Mocht hij geen voldoende levensonderhoud hieruit hebben, dan zal hij met consent van het Hof van Holland, van heer Aernt van Duvenvoorde en van heer Floris van Wyngaarden, ridder, en bij vooroverlijden van één van deze, heer Jacob van Duvenvoorde, ridder, zijn erfdeel mogen verkopen en de opbrengst hiervan beleggen. Aldus gedaan te sGravenhage ten huize van testatrice, staende in de Voorhout. Geinsereerd in een sententie van het Hof dd 1556-01-08

1619-02-10

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 171

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Barent Fransz wieldreijer wonende te Haerlem, als procuratie hebbende van Johan Doubleth de oude, wonende te sGravenhage, verleden voor notaris Dirck Claesz v.d. Bort aldaar, dd 4 februari jl, erkende getransporteert te hebben aan de Ed. mr Dirck Ramp, wonende te Haerlem, zekere partij weiland, groot 900 roeden 14 voeten gelegen in het ambacht van Overveen, noord: de stad Haerlem, zuid: jonker Andries Bronchorst, oost en west: mr Dirck Ramp voirs, de verkoper aangekomen bij successie en erfenis van wijlen Willem [Pietersz] Schouten, zijns comparants huisvrouwen vader. Koopsom 2350 gld

Hans Aelbertsz Colterman, schout, Engel Pietersz en Pieter de Munck, schepenen

1617-12-20 |

G.A. Haarlem Recht Arch Inv no 82/2

Haarlem Algemeen

de E. Jacob Ysbransz Dobbe als gemachtigde van Sr Dominicus van Wesel, wonende in den Hage, als erfgenaam van zyn vader Johan Jansz van Wesel, volgens d'acte gepasseerd voor Jacob Ketting, openbaar notaris te sGravenhage op 1617-09-26, transporteren aan Lysbeth Ysbrand Dobben: 1) een rentebrief van 50 gld sjaars op de stad Dordrecht, dd 1555-07-11, geconstitueerd tbv Jan Thomasz Munter, tegen den penn. 12, op 1564-06-16 door Jan Thomasz gesuppleerd tot den penning 16. Met een getransfigeerde brief gepasseerd voor het gerecht van Dordrecht door Anneken Feyters weduwe van Frans Jansz van Wesel dd 1596-09-17; 2) een rentebrief van 114 gld 5st 9 penn. sjaars, losbaar den penn. 14, dd 1579-05-02, gehypothequeert op zeker huis en erf en brouwery tot Dordrecht, getransfigeerd met een transportbrief voor schepenen van Dordrecht by Maria Jacobsdochter des comparants grootemoeder gedaen 1601-07-05

1618-07-01

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 167v

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Barent Fransz wieldraijer te Haerlem, als gemachtigde van de E. Johan Doubleth de oude, wonende te sGravenhage (procuratie dd 1618-05-01) transporteert aan mr Joost Florisz, wonende te Haerlem [in het opschrift: "apteecker"] zekere partij weiland gelegen in de Vogelesang, groot volgens meting van Dirck Hansz Verbeeck, gezworen landmeter te Haarlem in 1614 gedaan, 4 morgen 3 hont 86 roeden, oost: de grafelijkheidswildernis, zuid: de erfgenamen van mr Willem Ban, west: de Vaert, noord: mr Joost Florisz voors. Den verkoper aangekomen bij successie en erfenis van wijlen zijn schoonzoon Willem [Pietersz] Schouten, zijns huisvrouwen vader [d.w.z. van Doubleth zal. ged.]. Belast met een erfhuur van 2 schell 9 penn per jaar. Koopsom 2100 Kar gld

Hans Aelbertsz Colterman, schout, Pieter de Munck en Engel Pietersz, schepenen

1612-04-16

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 125v

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Adrijaen Jansz Gael erkende verkocht te hebben aan Symon Campen duinmaijer, 3 morgen 3 hont geestland gelegen in de ban van Aelbertsberg, gelijk hij comparant tselve bij Decrete van den Hove van Holland opten 23 Jan. 1603 van de boel van Mary Bitters geexecuteerde, gekocht heeft ende met Pieter van der Reviere als curateur van de goederen van de weeskinderen van mr Willem van der Goes met de weesmeesters van sGravenhage voor den Hove van Holland in den jare 1605 zyn veraccordeert. Met een cleyn huijsken daer op staende, gelyck nu bij Willem Graeff, Symon Campen en Engel Jan Dodden in huyr gebruict wert, mits datte voors. Symon Campen nu voortaen te laste neemt alsulcke jaerlicxe erfpacht als de rentmeester van Brederode daerop prentendeert te hebben. Koopsom 1000 gld

Jan Thonisz, schout, Thonis Jacobsz en … Davidts, schepenen

1609-01-16 (1)

R.A.H. O.R.A. 2099 fol 54v, 55

Transportregister Egmond

schout en schepenen oorkonden dat William Bouwman, wonende in 's Gravenhage, als last en procuratie hebbende van vrouwe Josyna van Dorp, vrouwe van Villeboij etc, als voor de een helft erfgenaam van wijlen jr Arent van Dorp, in sijn leven heer in Middelharnisse, Maesdam etc, ende ten behoeve te wesen [?] bij Charles du Beecq, heere van Vileboij Baron de Berij etc, geauthoriseert, welke procuratie hiernaer van woorde te voorde is geinserreert, 31 december 1608 gepasseerd voor notaris Vosmaer te sGravenhage. Comparant draagt op grond hiervan over aan Pieter Diercksz schout, poorter van Alkmaar, eenstuk rietland in de Egmondermeer, zynde het 17e stuk in het 5e block, getekend mette letter R, groot 939 roeden, noord: Pieter Dirksz zelf, oost: de molentocht, zuid: Mathijs Eewoutsz, west: de wagenwech, zoals Arent van Dorp dat op 1599-11-15 van de Staten van Holland op verzoek van de grave van Egmond gekocht had. Cornelis Pouwelsz Waerdenbrouck heeft nog het jaar 1609 huur aan dit perceel

Loeff van Harlaer, schout, Cornelis Jansz Bestert [!], schepenen

1610-04-08 |

G.A. Haarlem Recht Arch Inv no 82/I fol 107v

Haarlem Algemeen

d'eersame Pieter Jansz Palesteijn, burgemeester van sGravenhage, voor hem zelven, Jacob Joosten hopcoper als man en voogd van Marytgen Jansdochter, en dezelve Jacob Joosten namens Alydt Jansdochter, weduwe Auwel Garbrantsz, synre huijsvrouwen moeije, ende Jan Jacobsz Schout namens zyn moeder Margriete Jansdochter weduwe Jacob Pietersz Schout. Alle resp. broeder, susters en susters kinderen van wylen Cornelis Jan Broersz, bekende dat zij comparanten dat henluyden tot voldoeninge van 't geen de erfgenamen van Agneese Claes Suijckersdochter, des voors. Cornelis Jan Broersz weduwe, als de langstlevende van beyden gebleven zynde, mosten uytkeren onder andere in betaling gelevert was, een rentebrief van 14 gld 10st sjaars, losbaar den penning 12, wesende 174 gld, verschynende alle jaren den 24e Januari en sprekende op de stad Haarlem op den name van de voors. Agniese Claes Jan Suijckersdochter in dato 1600-01-24. Welcke voors. brieve zij comparanten q.q. bekenden vercoft en opgedragen te hebben tbv Gysbrecht Claesz als getrout hebbende Marytgen Joris Jan Broersz [dochter] wesende een broeders dochter van de voors. sa. Cornelis Jan Broersz, die tevoren zelf ⅓ part in d'een helft en ⅕ part in de andere ½ van de voors. rentebrief daer door desen getransfixeert es, competeerden. Die sulcxs nu alleen eygenaer van de voors. rentebrief wesen en blyven zal

1621-05-06

R.A.H. O.R.A. 2100 fol 98

Transportregister Egmond

Volckert Jansz, buerman tot Egmont Binnen, heeft gecoft van Willem Willemsz Hoffthuijn, wonende tot Reijnsburch, Claes Henricsz van der Laen, wonende in sGravenhage, Jacob Cornelisz Blauen, wonende tot Zevenbergen, als man en voogd van Neeltgen Pietersdochter en als voogd van Grietgen van Oostrum, wonende tot Leijden, sijns huijsvrouwen suster, de rato caverende voor Jan Maertensz tot Wassenaer, als man en voogd van Geertgen Gerritsdochter. Alle erfgenamen van hun overleden oom Jan Claesz van der Laen. Ariaen Aelbertsz, wonende tot Heernckhuysen als man en voogd van Ranu Cornelisdochter, Arent Pietersz wonende te Alkmaar als man en voogd van Tryntge Cornelisdochter voor haar selven, en als voogden in dese van Geertgen Cornelisdochter en Cornelis Cornelisz mitsgaders Neeltgen Cornelisdochter, haerluyder susters en broeders. Alle erfgenamen van Geertgen Claesdochter, haer resp. moeije, weduwe geweest van de voorn. Jan Claesz van der Laen, in haer leven gewoont hebbende tot Reynsburch. Zij verkopen aan Volckert Jansz een acker lants, groot volgens de meting van mr Anthonis Metius 156 roeden Hontsbosse maet, oost: Hendrick Jansz, west: een gemene wech, zuid: Akel Willemsz, noord: Reijn Ysbrantsz. Koopsom 156 gld

1602-12-07

R.A.H. O.R.A. 2098 fol 8, 7

Transportregister Egmond

schout en schepenen tot Egmont oorkonden dat Willem van der Duijn Joostsz als procuratie hebbende van Johan van der Veecke, coopman tot Rotterdam, transporteert aan Cornelis Claesz Limmen, wonende tot Alckmaer, een stuk land groot 1134 roeden, leggende in de Craenemeer in de jurisdictie van Egmont, zoals breder omschreven in de koopbrief van de Staten van Holland dd 1598-12-09 en ook de brieven van opdracht waarbij dit land op 1599-01-30 door gecomitteerden van grave Lamorrael van Egmont voor schepenen is verkocht. Noch verkoopt de comparant q.q een stuk land groot 1250 roeden, genaempt "het Schelevisch gat", leggende an drie percelen in de banne van Egmond, zoals omschreven in de koopbrief gegeven door de graaf van Egmond. Vooraf gaat de procuratie dd 1602-05-21 gepasseerd voor notaris Pieter Pietersz van Groenewegen: Johan van der Veecke machtigt Willem van der Duijn Joostsz, wonende in den Hage, tot de verkoop. Uit deze akte blijkt nog dat het te verkopen land in gebruik is bij Aeltgen Meijnertsdochter (1603-04-25), wonende bij de Calckoven buyten Alkmaar. Er zal ook een custingbrief gepasseerd moeten worden van 2300£ van 40 groten Vlaems t stuk. Aldus gedaen ende verleden in sGravenhage op den Hoff in de herberge van de Witte Molen in presentie van mr Johan Schouten, advocaat, en Hendrick Vlemminck, dienaer van de voors. v.d. Vaecke als getuige

Loeff van Haerler, schout van Egmond, Cornelis Jansz Bestert en Tonis Miesz Schot, schepenen