10 resultaten
1464-1465 |
Rek Rentmeester Kennemerland Verv. II
Jaartallenindex
die biertollen op de Langedyk (behalve die van Oudkerspel die den here van Egmond toebehoren) zijn geheel vergaan, alzo daer maer twee welboren luyden en zijn die bier tappen ende geen tol sculdich en zijn
Corf | 1639-06-03
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv no 51
Achternamenindex
losrenten kantoor Medemblik: verschijndag 06-22, Dieuwer Jans Korfje fl 500 - fl 20, origineel vergaan, 1722-12-22 duplicaat afgegeven, afgelost 1777-10-30; 1643-09-04/20-09 Dieuwer Jans t Korfje fl 350 - fl 14
1464-1465 (4) |
Rek Rentmeester Kennemerland no 895 fol 30, 34, 46v
Jaartallenindex
(vervolg) die biertollen op de Langedyk (behalve die van Outkarspel die den here van Egmond toebehoren) zyn geheel vergaan, alzo daer maer twee welboren luyden en zijn die bier tappen ende geen tol sculdich en syn; (fol 34) die lantrenten die mijn genad. here heeft liggende int Nyeland an cleyne percelen te weten die Slic Vesne, dat Zantwael, 's Gravenacker, een stucke lants gemeen mit Jan heren Gertysz (!), twee tuynen op Oudebuyren, een tuyn op Enichburch en myns heren rietland, heeft Claes Aelbrechtsz om 3£ 15sc; (fol 46v) reparatie aan de sluis te Catwoude
1450-07-29 |
R.A.H. Coll Aanw 102 Caput Vriesland fol 5/Reg Principum fol 4
Jaartallenindex
hertog Philips oorkondt dat Dirck Struys Gerytsz van hem in leen hout een huysinge met een cleyne werf daar dat huis op staat, gelegen tot Nye Nyedorp, dat het huis echter zoo zeer vervallen en vergaan is dat hij geen macht heeft om dat zonder groote costen staande te houden, weshalve hij het nu in eigendom verzoekt en ontvangt, waarvoor hij den hertog wederom opdraagt 1½ geersen lands te Nye Nyedorp, gemeen onderdeelt in die Hennen, daer naest gelant is an die westzijde: Jacob Boijensz, ende an die oostzijde: Jan Pieter Ailbrechtsz.z. Hiermede wordt hij vervolgens beleend tot een onversterfelijk erfleen
1568-04-16
folio 9v
Transportregister Haarlem
Maritgen Jacobsdochter weduwe Cornelis Cornelisz, scheepmaecker, met haar zoon jonge Cornelis Cornelisz Clerck als gecoren voogd, transporteert aan Ysbrant Dircsz schipper een huis en erve op Scheepmaeckersdyck, aen d'een side: Maritgen Jacobsdochter, aen d'ander side: Cornelis Symonsz, scheepmaecker, streckende van deser stede cingele achter tot aen t erve van Maritgen Jacobsdochter. Koopsom 335 Kar gld. In margine een aantekening dat de deswege opgemaakte custingbrief vergaan is, zoals Cornelis Cornelisz de oude Clerck, zoon van Maritgen Jacobsdochter verklaard heeft, is op 1572-10-03 een nieuwe afgegeven
Wesel, van | 1546-09-21
Ons Voorgeslacht 07-1988 p 278
Achternamenindex
leen van Vianen: no 629) Lexmond, middelwaard in de Lek, strekkende met de staart tegen Kersberg, George Ludolf doet de leeneed voor Catharina dochter van Gozewyn van Wezel, evt te komen op de leenheer; 1553-01-03: Catharina ook beleend met de tienden; 1569: Reynout bastaard van Brederode voor zijn moeder Catharina, "de waard is zeer vergaan door zand en ijsgang", 160£ per jaar waard; 1596-09-22: Reynout bastaardzoon van Reinout heer van Brederode, oud-oom van de leenheer, na dode van zijn moeder Catharina Gozewynsdochter van Wezel
1435 | o.a. Haarlemmerliede
Rek Rentmeester Kennemerland 865, 866, 867
Jaartallenindex
Die Langerlaen, die ban van Zuutscherwoude ende die visserij in Broeck alle op die Langedyk, heeft dit jaar gevist Almer Bruynsz, dair boven cost af gecomen is 5 £. Die visserij geheten Payen Sidewinde in de ban van Coedyk heeft myn heer gegeven heer Roelant van Utkerke, mitten dorpe van Coedyk, daarom hier niet. Die tocht buten die Zydewinde tot Nyedorp is vergaan (fol 6); (fol 7) die sluyse van Neck is ghebroken ende toeghedampt om oirbaer ende profyt des lants daer sij gelegen was; 1435-1436: (866 fol 12v) grote schade aan de zeedyk bij Veenhuysen; 1436-1437: (867 fol 2) van de herfstbede: Haerlemmerwoudt van denselven 25sc, te vangen 5sc, dat en is niet bewoent ende leijt onder water, alst blijct bij een certificatie van Barthoud van Assendelft, schout in den ban van Riedtwyck en van der Nuwerkerck, die in die rekening van 1434-1435 overgelevert is. Wel worden genoemd Boesingerliede 12sc 6d, Haerlemmerliede (10 sc), T Hofambacht 10 sc, Riedtwyck en ten eynde van denselven 20sc, in die Spaerne 3sc
Claes Vredericsz | 1465-1466
Rek Rentmeester Kennemerland
Voornamenindex
Claes Vredericsz en Floris van Hogendorp hadden de sluis en visserij in de Nyendam te Catwoude en het schoutambacht aldaar in pacht voor 12 jaar, ingaande 1446-11-01, voor 15 nobel per jaar; de sluis moet opnieuw gemaakt worden omdat hij vergaan was (896 fol 15); 1469-1470: (fol 33v) hij ontvangt 12£ voor de nieuwe sluis te Catwoude; 1470-1471 (902 fol 32v), 1471-1472 (903 fol 35), 1472-1473 (904 fol 37): hij ontvangt van de rentmeester 12£; 1473-1474: (905 fol 34v) de rentmeester betaalt hem 12£ 7sc
1451-1452 | huis te Middelburg
Rek Rentmeester Kennemerland en Vriesland no 882
Jaartallenindex
reparaties aan het huijs te Middelburch: (fol 20v) de timmerman maakt een lange duergaende zijl van eyken plancken ende van kanthoude, die geleyt is dwers duer den huijswerf, streckende van de meer tot in de grafte, omme t water te lopen ut die meer in die grafte, dat alzo van node gemaect was want t water in die grafte des zomerdages zeer lelic vuijl en bij wylen stinckende was alzo geen verlaet noch duerganck en hadde; (fol 21v) twee arbeyders hebben den laen daer men eerst in coomt tusschen die graft ende den cruijthoff gehoicht ende gebiedet mit aerde die zij daer aen gecroden hebben, t welc van node was want ze aen die grafftzijde zo zeer offgeslagen was dat men mit genen wagen dair aen vaeren en nocht; (fol 8v) here Eylaert, priester, parochiepaep te Broek op Langedyk; (fol 11) die visserij tot St Maerten in t Nyelant is al vergaan; (fol 12) Jan Reyniersz, schout van Akersloot; (fol 14) here Pieter, priester, oflivich geworden tot Lambertskaech, een van zijn erfgenamen woont in Oist Vriesland, betaalt van besterfte 2£ 2sc. Van zeevond aangecomen tusschen Schoirle ende Zevenhuysen; (fol 15) van haartstedegeld: van t Nyeuwelant met zijn toebehoren etc, houdende omtrent 70 hairtsteden en is niet ontfaen, want zij seggen dat zij niet sculdich en zijn te geven, alzo zij ondersaten waren van de vrouwe Marg. v. Bourg.
1536-03-29 (1535) |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 425v
Jaartallenindex
gesien by de luiden van de reeckeninge in den Hage het request gepresenteerd van wege Warnaert van der Does, schildknape, vertonende hoe hij suppliant liggende heeft in de ban van Voorhout ca 21 morgen lants, weylant, an die noordzijde van de Tylinger duyn ende syne lande. Heeft een out vervallen wooninge van 8 morgen zeer hoogh land dat hij ten rechten leen hout. Van cleiner waarde, die de kosten niet dekken om die gesepareert te houden van de voors. Teylingerduyn en van de wildernis ende bij consequentie geschepen zijn geheel te vergaan ende mitter wildernis gemeen te werden. Ende dat hij suppliant tselve leenland van den voors. Jacob Jeroens [!] wel sage te gecrijgen dan alst zyn waere zoude omme profyt daeroff crijgen grote costen daeraen moeten hangen van carre ende anders, t welk hij noch getroost ware indien men hem tselve leengoed ten vrijen eigen woude van Synre Maj. wegen verlenen, mits [aan] Z. Maj. in de stede van dien opdragende ten gelyken quaden leenen andere 8 morgen lants mede gelegen in Voorhout niet verre van t voors. leengoed en bij malcanderen belend oost: de banwatering, zuid: Ysbrant Willemsz land, west: sGravendam, noord: Herper Claes lant, streckende van de Schravendam tot aen Damas de Smitten veen. Heyman van de Ketel, ontfanger v.d. erspargnes, heeft bevonden dat het opgedragen goed evenveel of meer waard is dan het oude leen. Aan Warner wordt nu toegestaan het oude leen ten vryen eigen te ontvangen en met het nieuwe leen beleend te worden, belast met 9 st thins tbv de ontvanger van de wildernis (vgl 1536-07-19, 1536-07-24)