Maet, van der | 1435-10-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 128v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: jvr Foijse, die vrouw van Ghysbert van der Maet was, draagt over: ½ van de slage, gelegen in de Slage, belend landwaarts: jvr Belye, vrouw van Vrederic van den Voerde en Lubbert Symonsz, zeewaarts: Heijnric van Endhoven erfgenamen; vervolgens wordt Johan Willemsz, burger tot Amersfoort, ermee beleend; 1435 op Alre Heyligen avond: maakt Johan Willems uit dit goed tot lijftocht voor zijn vrouw Gerbrigh Evert Botsdochter, 6 g.g. oude Vrancr schilden

mannen: die oude Jan die Coninck, Goessen Bosch Willemsz; Goessen Bosch Willemsz en Goesen van Schawyck

Maet, van der | 1450-12-03

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 147

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Willem van der Maet Roeloffsz wordt na dode van zijn vader Roeloff beleend met de tiende van het goed ter Weteringe; vervolgens draagt Willem dit goed op tbv zijn broer Wouter van der Maet, die ermee beleend wordt tot een onversterfelijk erfleen

mannen: Gerrit Aelbert Dyersz, Wouter die Beer

Maet, van der | 1461-07-14

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 169, 169v, 437

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Wouter van der Maet draagt op ¼ deel van dat heel slach lants onderdeylt gelegen in den Slage, belend landwaarts: jvr Belie vrouw van Vrederic van Voerde en Lubbert Symonz, zeewaarts: erfgenamen van Henric van Endoven [Soest ?]; vervolgens wordt Mergriet, vrouw van Otte van Wyck, zuster van Wouter van der Maet, ermee beleend, behalve de lijftocht van Otto van Wyck aan dit goed, Otto doet de eed voor haar; Wouter van der Maet draagt op tbv zijn zuster Mergriet de tiende van het goed ter Weteringe, zoals zijn vader Roelof die in leen gehouden had; "dese tiende heeft onse convent gecoft van Otto van Wyck"; Wouter van der Maet maakt tot lijftocht voor de man van zijn zuster, Ot van Wijck: ½ van 6 dagmaet land gelegen in de Slage, belend als voren

mannen: Henric van Duven, Tyman Mouwer van Heersell

Maat, van der | 1516

Wapenheraut jg I p 16

Achternamenindex

lid van het St Jorisgilde te Harderwijk: Willem van der Maet

Maat, van der | 1377-1378

Codex Dipl Neerl 2e serie dl 2 p 255

Achternamenindex

rekening bisschop van Utrecht: pachtgoed te Werconden van de Borchoeve en van het goed ter Maet: Peter van der Maet, 5 marc, 11 loet silvers 3 pl; 1378-1379: 24 morgen verpacht aan Aernt Schive voor 9 marc silvers

Millink | 1431-05-03

Achternamenindex

leen van Arkel: Deijl, 5 ½ morgen in de Overste Maet, ½ morgen in de Oveste Maet, belend tussen Willem van Tuyl Willemsz en Otto van Heukelom en de erfgenamen van Jorden Millinc; 1431-05-03: Griet Dirc van Tielsdochter gehuwd met Jan Willemsz

Poeijt | 1421-02-22

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 112v, 113, 126v, 127v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jorden Poeijt Evertsz draagt over dat ½ slach lants, onderdeylt, gelegen in den Slage, belend landwaarts: jvr Belije, vrouw van Vrederic van Voerde en Lubbert Symonsz, zeewaarts: Henrix erfnamen van Endoven; vervolgens wordt Reyner Poeijt Evertsz hiermee beleend; onder staat (doorgehaald): "Int jaer dat men screef XXV op den 8e dach van OLVr conceptio, droech Reyner Eversz, op alle alsulke goede als hi van onser abdien hielt, ende die ontfenc Jan van Amerongen"; daaronder staat (Doorgehaald): "Int jaer ons Heren als men screef XXVI des Donredages na St Pauwelsdach conversio droech Jan van Amerongen op ½ van desen goede voors. ende dat ontfenc Joffer Foijse Gysberts wijf van der Maet was dair voir gehult Proest van Stoutenborch"; 1425-12-16~: Reyner Poijt Evertsz draagt dit op tbv Jan van Amerongen, die beleend wordt; 1426-07-04: Jan van Amerongen draagt "die alinge helft van den slage" op tbv jvr Foijse, die vrouw van Ghijsbert van der Maet was, zij wordt beleend; 1426-04-03: Jan van Amerongen draagt over: een ¼ tbv Godert van der Maet, en ¼ tbv Geertruud Rolofsdochter van der Maet, en zij worden beleend

mannen: Tyman de Langhe, Evert van Doem; Jacob die Voecht, Roelof van Wisschel; 1426: Vrederic van den Voerde, Gysbert Godscalc; Tyman de Lange, Roloff van Wisschel

Coppier | 1423-12-22

Leenregister Culemborg fol 100

Achternamenindex

leenregister Culemborg: jvr Hil van Strowijc echte wijf Henric Freijzen van Dolre 9 morgen in der maet, belend boven: Arnt Coppier Diricsz met zijn zoon Jan en beneden: Gysbert die Wilde en de kinderen van zijn broer Peter

Lockhorst, van | 1424-07-01

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 122v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jan van Lockers [= Lokhorst] droeg op tbv Roelof van der Maet, een tiende van het goet ter Weterinc, zoals hij van de abdij in leen houdt, vervolgens wordt hij ermee beleend

mannen: Daem van Lockers, Ghysbert Goedscalc

Cuyk, van | 1313-10-01

Cartul Marienweerd no 147

Achternamenindex

Ghiselbertus dictus Greef verkoopt voor 100 £ aan de abdij Marienweerd: - 3 ½ jugera in loco dicto Maet [in Deyl] tussen: Albertus de Kuyc en Giselbertus Woutaert; - 2 jugera in Deyl, in loco dicto Stert, inter divitem Hacconem et ecclesiam ibidem

schepenen in Santbomel: Henricus de Werva en Petrus dictus Bart (ook 1314-03-15, 03-03, 1515-10-05)