70 resultaten

Wassenaer, van | 1725

V.R.O.A. 1920 dl I p 296/Arch Kasteel Duivenvoorde Inv no 537, 538
Achternamenindex

akte van belening door Johan Hendrik van Wassenaer-Obdam van Anna Sophia van Wassenaer met: 1) het huis Duivenvoorde met bijbehorende landerijen en tienden te Voorschoten, 2) het veer ter Wadding over de Rijn, 3) opbrengsten uit het schot te Kethel, 4) opbrengsten uit de tol te Vlaardingen, 5) een stuk land te Hillegom, 6) tienden te Voorschoten, eertyts van het huis Rosenburch, 7) 6 morgen 29 roeden land in Voorschoten; 1731: Jacoba Maria van Wassenaer door dezelfde met deze lenen beleend

Boekel/Bokel | 1347-06-13

Reg Rotterdam en Schieland no 574; Van Mieris II p 739
Achternamenindex

Enghebrecht Aerntsz, Gheerlof Heinemansz en Pieter van den Berghe, schotzetters en gemene buren in Yselmonde in Jacob Bokels ambacht, verklaren nimmermeer van het goed dat de stad Rotterdamme in hun ambacht heeft liggen, schot te zullen heffen, noch het te zullen aanbrengen bij de rentmeester van Zuidholland, als dit tegen de rechten der stad strijdt, en verzoeken Berthelmeus, hun schout en voogd van Jacob Bokel, de ambachtsheer, Adaem Ottenz, Dieric van Munnickem en Willem Vinke het stuk voor hen te bezegelen, die dit hebben gedaan behalve Berthelmeus voor wie zijn broer Ghisebrecht Bokel zegelt, daar hij zelf geen zegel heeft

Duvenvoorde, van | 1545-08-28

V.R.O.A. dl I p 379/Arch Kasteel Duivenvoorde Inv no 532 regest 237
Achternamenindex

Jacob graaf van Ligne, als vader en voogd van Philips van Ligne heer van Wassenaere, burggraaf van Leyden etc beleent Aernt van Duvenvoorde met de goederen deze aangekomen van zijn vader heer Jan van Duvenvoorde, ridder, te weten: 1) het huis Duvenvoorde met 100 morgen land, 2) verschillende tienden te Voorscoeten, Eyckenduinen, Screvelinge, Wateringe en Rijswijk, 3) opbrengsten uit het schot van de Ketel en de tol te Vlaerdingen, 4) het veer ter Wadding over de Rijn aan de Doedinxlaan, 5) een bosch in Scakelbosch, dat vroeger door heer Arent van Duvenvoerde, ridder, gekocht was van Pieter Wiggers, 6) een veenland in Hillegom

Poelenburg, van | 1274-03-12

Ons Voorgeslacht jg 1973 p 101
Achternamenindex

grafelijk leen in de Lier: 4 £ Holl per jaar uit de landhuur in de Lier (1380: 4 oude schilden; 1390: uit het schot), Tydeman Clemencenz na opdracht door Willem Arnoud Kintsz, knape (1281: vermeld als Thyman veren Clemeynsenz); 1380-12-08: Jacob Gerritsz zoon van Gerrit Thiemansz; 1390: Jacob Gerritsz met de ledige hand; 1429-03-08: Gerrit van Poelenburch; 1439-04-15: Jacob van Poelenburch Gerritsz krijgt uitstel van belening totdat hij mondig is; 1447-01-26: Jacob van Poelenburg, bij dode van zijn vader Geryt; 1492-12-21: jvr Haze van Poelenburch x Ysbrant van Sparnwou, na opdracht door haar vader

Torck | 1793

V.R.O.A. 1920 dl I p 296/Arch Duivenvoorde Inv no 542, 543
Achternamenindex

Carel George van Wassenaer-Obdam beleent Fredrik Sigismund Alexander Torck met: 1) het veer ter Wadding over de Rijn bij Doedingslaan, 2) de woning en hofstede van Duvenvoorde met bijbehorende landerijen en tienden te Voorschoten; hij verzekert Eusebia de Rode van Heeckeren, douairiere Torck van het vruchtgebruik van verschillende lenen waarmee hij als heer van Wassenaar haar zoon Fredrik Torck beleend heeft, te weten: 1) het veer ter Wadding, 2) het huis Duivenvoorde met 97 morgen en 416 roeden land, 3) tienden te Voorschoten, 4) een stuk land te Hillegom, 5) opbrengst uit de tol te Vlaardingen, 6) opbrangst uit het schot te Kethel, 7) 3 lenen te Heerjansdam

Barendrecht, van | 1330-01-03

Reg Rotterdam en Schieland no 391
Achternamenindex

graaf Willem verklaart om den nood waarin de 8 ½ hoeven in Barendrecht en de daarnaast gelegen 45 gaarden in Karnisse verkeren ten opzichte van hun dijken, op verzoek van heer Daniel van de Merwede en van Jan Claeuwairtsz van Barendrecht, die daar ambachtsheren zijn, te geven vrijdom van schot en heervaart voor 60 £ Holl voor zich en zijn nakomelingen aan een ieder die schotbaer is en op den dijk of op het land, dat aan de dijk toebehoort, woont, als hij drie roeden dijk neemt en deze bedijkt, en op gelijke wijze vrijdom voor 120 £ Holl als hij 6 roeden dijk neemt en deze bedijkt, verbredende evenwel meer dan 6 en minder dan 3 roeden te mogen bezitten

Zael | 1432~

Schotboek Hoorn
Achternamenindex

fragement schotboek Hoorn, doorgehaald: Jan die Zael (p 15); 1433-1434<: Claes t Sael Sybrants, 15 £ (p 40); 1433-1434: Claes Sael Sijbrantsz; Jan Pietersz een bord voor Pieter Claes Zael voor 6 £ scot (p 76); tot Wadwey: Jan Sael Parijs met zijn kind 5£, doorgehaald: Jan Saelen kind 2£; Claes Sael Jansz: "hoer kinder die beed 4£", Alijt bet 4£ = 8£ (p 102); Gryet Claes Zalen weduwe betaalt ⅓ deel, 25£; Jan Jacopsz, zijn zwager zal betalen 4£ van Claes Zalen scot en beed, en Gheryt, man van zijn dochter, betaalt 2£ voor de schot van Claes die Zalen; Claes Zael is borg voor zijn zwager (p 103); Claes te Zael heeft 6 R gld betaald, heeft al zijn scot betaald; Nibbixwoud: jonge Claes Sael 30£, doorgehaald (p 104); Alijt Claes Zalen betaald; Jan Zael Parijs, 1 Arn gld en 3 ½ cromstert (p 115)

Cruijningen, van | 1506-1530

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 347
Achternamenindex

Jan heer van Cruyningen wilde tijdens de Vasten anno 1505 een buitengors te Nisse bedijken, uit eigen zak. De bedijking mislukte, doch werd Pasen 1506 hervat; voor de financiering liet hij door zijn rentmeester Cornelis Jansz Brune renten verkopen o.a. de H Geest te Goes en de weeskamer te Middelburg; bovendien verkocht hij nog een zoutkeet. Na de voltooing van de bedijking in 1507 vorderde de rentmeester nog 444£ 12sc 6gr 14 m. De heer ontving deze rekening nog, liet in de 6 jaar dat hij nog leefde niets meer van zich horen, wel schonk hij hem het schot van Nisse. Jan van Cruyningen stierf in 1513-06, de rentmeester 1515-11. Jhr Joost, zoon van de overleden heer was in 1516 nog 173£ 14sc 7gr 6 miten schuldig, maar wilde niet betalen; in 1528 veroordeelde het Hof hem tot betaling van 118£ 18sc 6 penn Vls, waarop hij in appèl ging bij de Grote Raad; 1524-03-19: sententie

Arkel, van | 1563-06-29

R.A. Arnhem Recht Arch Hoge Heerl. Ammerzoden 242
Achternamenindex

schepenen van Amersoyen getuigen dat "Effrit Lochom van Zutphen als man en momber van Maria Vekemans aenam Marie Arntsz simpele mensche hou levenlang te onderhouden in alsulcke forme als Johan van Arkell die aengenomen hadd van die vrouwe van Hueculum en meerdeel van hueren frunden, met conditien toegedaen dat Effrit voors geven sall Jan van Arkell voors 66 gld Brab hercomend van verteerde costen, dedinge en potinge op voors Maria Arnds gedaen. Dies moet Jan van Arkell geven Jan Claesz 32 gld als vuis ? van die settiage ? und lotinge der Amersoy onser weyde, welke twede 32 gld in die 66 gld gerekend zijn. Und voir die 66 gld sal Jan van Arkell gebruiken 7 jaer gedurende 1 morgen land op die Haer en 1 ½ morgen half und soe veel meer als die lotinge beloopt tussen Jan van Arkell gesciet. Dies sal Jan van Arkell den dyck bewaren en schot en lot te betalen. De 8 st aan de pastoor te Well en 32 st aan heer Roelofs erfg. Blijft zij niet bij hem, dan zal Jan van Arkell haar met haar goed terugnemen"

Bekesteyn, van | 1530-01-07 (2)

Ms op Straeten v.d. Molen dl III fol 719 t/m 730, verkorte versie
Achternamenindex

testament Margriet van Bekesteyn: Wouter van Bekesteyn ontvangt: 1) 10 ½ geersen lants in Assendelft, gerekend voor 10 morgen, bruict Allert Jansz voor 30 R gld per jaar; 2) in de Nieupoort [Alkmaar] 12 ¼ geersen en de Paerdecamp van 3 geersen, 2 ackeren saetlants van een morgen, en wordt alle gebruict bij Jacob Claesz voor 27 R gld per jaar, belast met thijns; 3) een stuk land gelegen tot Schoorl, bruyct Ysbrant Gootkes voor 12 R gld per jaar en een lam; 4) in St Maerten een weiland groot 8 geersen en 19 snees saetlands en 2 geersen hoijlants, ende leyt in schot tesamen voor 11 geersen belopende 3 morgen en 1 mat, gebruyct bij Jacob Eelmansz voor 23 R gld; 5) 3 maden buitendijks gelegen tot Assendelft, gebruict bij Geryt Willem Taemsz weduwe om 7 R gld 10 st; 6) 3 maden getaxeerd voor 2 morgen tot Assendelft in Meijnkensweer, bruict Pieter Simonsz voor 7 Rgld; 7) 3¼ morgen in Assendelft, bruict Willem Jansz Smit voor 11 R gld; 8) 1¼ gaerde, bruyct Bouwen Claesz voor 3 R gld 6 st; 9) het huis op de Baen met 5 hont saetlants, buyten die Houtpoort (Haarlem) en bruyct Cornelis Pietersz voor 10 R gld; 10) een stuk bleeckland achter Jan van Schagens boomgaert, bruict Gerrit Henricsz voor 14 R gld; 11) 2 cleyne stucken lants gelegen aen de singel after t Blockhuys buiten Haerlem, bruict Henric Allertsz voor 17 R gld; 12) 2 campen weiland gelegen buiten de Zijlpoort aan de Singel van Haerlem, bruyct Eewout Gerritsz voor 29 R gld; 13) een stuk weiland in de ban van Heemstede bij de Lanckhorst, bruyct de weduwe van Isbrand Fredericsz voor 16 R gld 16 st, met 1 st per jaar voor de rentmeester van de wildernisse (domeinen); 14) 3 morgen gelegen te Velsen, gebruict bij Arent Dircsz voor 16 R gld 10 st, belast met erfhuur 15 ½st per jaar, die de heer van Brederode daarop heeft; 15) 7 geersen in Utgeest genaemt die Coorencamp, bruict Claes Jacobsz voor 11 R gld; 16)3 ½ geersen in Utgeest, bruict Jacob Pietersz voor 6 R gld en 15 st; 17) 1½ geersen en ¼ deel bruict Pieter Jansz voor 3 R gld 10 st; 18) ½ van Ysbrant Rode Ven, welke ½ groot is 1 morgen, bruyct Roijnck Jansz om 4 R gld; 19)een pachtbrief van 11 R gld 1 stoter op Katryn Meijns Jansz weduwe wonende in Haarlemmerliede, d.d 1525-07-26; 20) een losrente van 18 groten Vl, op seeckere drapenierster binnen Haerlem, brief d.d 1529-07-31; 21) ⅓ deel van Kerckmans grote uijtwerp gelegen in Outdorp en bruict Pieter Gerytsz voor 6 R gld 15 st; 22) 2 morgen in Limmen, bruyct Pieter Gerritsz voor 6 R gld 15 st; 23) 2 morgen in Limmen bruict Jacob Reijntgensz wonende in Aeckersloot voor 10 R gld 5st; 24) 9 £ gr Vl losrenten op Gerrit Jan Huyssersz, 1485-11-01

Haarlem en Heemstede