30 resultaten

Voorde, van den | 1455-03-19

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 430v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gosen van den Voirde maakt tot lijftocht voor zijn dochter jvr Marie, nonne tot Vrouclooster, 8 Wilh scilden per jaar uit den goede ten Voirde dat Gosen te leen houdt, op voorwaarde dat zij jaarlijks slechts 4 scilden heffen zal zoalng Gosen leeft, en daarna pas de andere 4 scilden

mannen: Zoude van Rijn, Peter van Sconenburch

Wateringe, van der | 1260-02

v.d. Bergh II no 610
Achternamenindex

Gerard heer van Wateringen verklaart dat zijn moeder Geertruid met zijn toestemming enig land geschonken heeft aan de abdij Rijnsburg voorde ziel van haar man en zoon Oger

Zwien | 1352-11-17

Ons Voorgeslacht 02-1989 p 65, 66
Achternamenindex

grafelijk leen: no 28) vier hofsteden in Alkmaar: a) Gerbrand Zwiens tuijn, b) ten noorden van heer Allyns woning, c) naast Daniels woning aan de noordzijde van de Korenstraat, d) in de Schoutenstraat, ten zuiden van de hofstede van Bertoud van Torenburg, verder nog: 1 koegres (koegers ?) van 10 snezen ten Voorde, beleend Gerbrand Zwien

Torenburch, van | 1352-11-17

Ons Voorgeslacht 02-1989 p 65, 66
Achternamenindex

grafelijk leen: no 28) vier hofsteden in Alkmaar: a) Gerbrand Zwien tuijn, b) ten noorden van heer Allyns woning, c) naast Daniels woning aan de noordzijde van de Korenstraat, d) in de Schoutenstraat, ten zuiden van de hofstede van Bertoud van Torenburg, verder nog: 1 koegras van 10 snezen ten Voorde, beleend Gerbrand Zwien

Does, van der | 1628-09-23

G.A.Amsterdam Not Arch 397 fol 472, 474/notaris Nic. Jacobs
Achternamenindex

Symon van der Does en zijn zuster Maria van Buyren, weduwe van Willem van Buyren, verklaren dat de transportakte door Jan Claesz Bruijningh voor hemzelf en namens zijn zwager Bastiaen Niesen, tezamen erfgenamen van Jacob Thomasz van Dael, tbv Maria van Buijren gepasseerd is, medebrengende dat de getransporteerde actie of schuld ten laste van Artus van de Voorde en Willem van Cappelle als borgen komt

Veen, van | 1282-11<

De Fremery no 228
Achternamenindex

lenen ten tijde van Floris V: no 178) Didderic van den Vene draagt op 4 ½ morgen voor Jan Muus Willem Heinenzsz, in het ambacht van Monster, ten eigen 8 morgen binnen Rijswijc in die Voet [Voorde], die hij mocht verkopen voor 5 £ aan Coppart; schepenen concluderen dat de 4 ½ 5£ morgen beter zijn dan de 8 morgen [deze akte komt voor tussen goederen in Lisse]

Angeren, van | 1398-11

Ms Opstraeten III fol 1181
Achternamenindex

Aernt van Lunenborch, richter van mijns heren wegen heer Willem van der Coulster, domproost te Utrecht, in Nederlangbroec, oorkondt dat Johan van Angeren Willemsz, borger te Utrecht, opgaf heer Gysbert van Hardenbroec, ridder, tbv zijn dochter jvr Claes, een vrij eigendom van 3 morgen land die Johan leggende hadde onderdeelt in 6 morgen met zijn zuster jvr Hase, in Nederlanbroec in de 25 hoeven te Goeijwaert, belend beneden: Henrix kinderen van Absteden

lantgenoten: Johan van Voorde, Steven die Ridder

Hamersveld, van | 1476-03-10

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 96v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Claeuwert oorkondt dat Peter Petersz van Hamersfelt hem opdroeg tbv Loef van Jutfaes, ½ van de tiende op Emenesse buitendijks, van de weg noordwaarts tot de Eem; Loeff van Jutfaes wordt er vervolgens mee beleend tot een onversterfelijk erfleen

mannen: Johan die Coninck, Vrederic van Voorde

Zuilen, van | 1421-09-24

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 418, 418v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: jvr Foeijse Petersdochter van Zulen met haar man Wouter van Coelenberch als voogd en maakt tot lijftocht voor haar moeder jvr Johanna, die de vrouw was van van Peter van Zulen, de helft van den alinge goede tot Hagenouwen, waar haar zuster jvr Kerstijn de andere helft van toebehoort; jvr Kerstijn Petersdochter van Zulen doet hetzelfde

mannen: Tyman de Lange, Vrederic van den Voorde

Rijn, van | 1452-07-03

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 86, 86v, fol 90v, 91
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Jacob van Poelgeest oorkondt dat Zoude van den Rijn en zijn vrouw jvr Ave hem opdroegen de leenweer van een hoeve land aan de Oude Rijn in Langeraec in het kerspel van Vlueten, belend boven: Jacob Maesz, beneden: Aernt Gerytsz wijf was van der Mije, met haar kinderen, dat Tyman de Lange toebehoorde, en na zijn dood aan zijn zuster jvr Ave gekomen is; hun neef Otte van Slingelant wordt vervolgens beleend, behalve de lijftocht van Zoude van Rijn en zijn vrouw Ave aan dit goed; 1452-07-10: Otte Slingelant draagt dit leen op, en vervolgens wordt Geryt van Rijn Soudenz met deze hoeve beleend, Geryts ouders behouden hun lijftocht; 1462-04-14: Zoude van Rijn en zijn vrouw Ave droegen dit op tbv Geryt van Rijn Zoudenz, belend boven: Geryt Ricoutsz, Dirc Maesz erfgenamen, beneden: Jacob van der Horst, en voortyts Tymon de Lange plach toe te behoren en aan jvr Ave van haar broer Tyman aanbestorven was; "nu Heinrick van Duven per resignationem"; 1464: jvr Ave, weduwe van Zoude van Rijn draagt dit goed over aan hun zoon Geryt van den Rijn, die het tot lijftocht voor zijn vrouw Janna Jansdochter van Nijenrode maakt (fol 91)

mannen: Goeswijn van Scadijc, Henric Zael; 1462: Eerst van Drakenborch, Geryt Zoudenbalch, Goesen van Voerde, Volken van Baern, Jan van der Anster, Evert van Scadie; 1464: Goossen van den Voorde, Jan van der Anxster