5 resultaten

Wykersloot, van | 1531-12-16

Ms Opstraeten III fol 1157
Achternamenindex

Reijer Roelofsz van Wyckersloot, schout in het gerecht van Nederlangbroek, van wege heer Johan Hacheck, domproost te Utrecht, Willem die Ridder en Beerent Grauwert Henricsz, landgenoten en buren in hetzelfde gerecht, oorkonden dat voor hen kwamen Jan die Ridder en zijn vrouw Marie

Wykersloot, van |

Batavia Illustrata bl 877
Achternamenindex

genoemd: Cornelis van Wykersloot x Alid van Nellesteyn, dochter Digna x mr Cornelis Booth

Cuyl, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 8v, 71v
Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Gysbert [later Udel] van Benmale 3 morgen te Coten, belend beneden: Gijsbrecht van der Cule en boven: godshuijs van Coten, strekkende aan de Wykersloot eggen eynden; - Henrick Splintersz een viertel land aan de Diefdyck, belend boven: de heer van Kulemborg, beneden: Henrick van der Cule Henricksz, strekkende aan de Haeck en de Grote Wade. Bij zijn overlijden (met of zonder kinderen) zal dit leen komen op zijn neef Johan Hubertsz; [vermoedelijk is Henrick in 1423 nogmaals beleend]

1529-07-29 |

Ms Opstraeten III fol 1162-1164
Jaartallenindex

maaggescheid tussen Jan die Ridder ende Anthonis die Ridder ende Cornelia Anthonis die Riddersdochter, broers en zuster: Jan zal aan Anthonis en Cornelia geven het erfdeel hun aangekomen van wijlen hun ouders Antonis en Janna, te weten van huijs van hoff van berrich ende schuer van die steenen camer ende van alle huijsraet ende inboedel, schult, goud, silver, roerende en onroerend goed waar ook gelegen. 1) 4 morgen lants gelegen te Ryn wert after Walenborch, van de hoeftweteringe aen 2 campen daer boven, belend: Jan die Ridder en die Vrou van Vrouwenclooster [Geertruud de Ridder]; 2) 2 morgen 1½ hont te Rijnwert, streckende uter Langbroeckerwetering in die hoeftwetering, belend boven: Jan die Ridder, beneden: die abt van Oostbroec; 3) 2 morgen gemeen met 2 morgen die dat Gasthuys tot Wijck toebehoren, belend boven: die heren van den Dom te Utrecht, beneden: Anthonis die Ridder Gerritsz; 4) 8 morgen te Goeijwert, streckende ut die Langbroecker wetering in die Goeijer wetering, belend boven: Willem die Ridder, beneden: die heren van den Dom. Jan zal deze 8 en die 4 morgen vrijen en lossen ende Anthonis en Cornelia sullen ut die 2 morgen gelegen op die Muelencamp lossen eens 28 Ph gld ende dat daer meer op staet sal Jan lossen. Jan zal Anthonis en Cornelia een jaar lang te eten en te drinken geven. Willen Anthonis en Cornelia hun land verkopen of verhuren, dan zal Jan hierin voorrang hebben.Noch sijnt voorwaerden dat Jan die Ridder, Anthonis die Ridder, Frans Aelbertsz [x Willemyn de Ridder, zuster van Jan, Antonis en Cornelia] ende Cornelia Anthonis die Riddersdochter geven sullen Jan die Ridder haer natuerlycken broeder elc 12 gouden Hertog Ph gld eens

hier waren bij: Reyer Roelofsz van Wykersloot, schout in het gerecht van Neerlanbroec, Willem die Ridder, Frans Aelbertsz, Goyert Jansz

Bemmel, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 4v, 7v, 17, 28, 31, 57
Achternamenindex

leenregister van Culemborg: - Poncijaen Dyedertsz: 1 viertel land in Vreedstro, van den Bisschopsgrave tot aan Henricsleenland van Mauderic, belend boven: Hubert van Bemmale, beneden: St Johansaltaar in der kerk van Culemborg. Dit land was van Egbert Beckers, gaat over op Herman Hugenz en daarna op Jan Hermansz; - Gysbert Goyersz ter weide in de middelcoop aan de Weijdesteeg 1 acker, belend boven: de heer van Buesinchem, beneden: Willem van Benmale; - Gysbert (later Udel) van Benmale 3 morgen te Coten, belend beneden: Gijsbrecht van der Cule en boven: godshuijs van Coten, strekkende aan de Wykersloot; - Claes die Rode Claeszn 3 morgen die Udel van Bemmael opdroeg, des woensdags na Philippi et Jacobi anno 1414; - Agniese van Bemmale 10 morgen land in Vreedstro, belend boven St Johan, beneden: St Maria Magdalena; - Hubert van Bemmale dat Gheryt Vrient Scelenz was, 3 ½ morgen in Ryswiker maelscap in den slaghe, geheten de Smale akker, strekkende van de polder tot aan de Broecsteeg, belend boven Jan oude Gerijt Vrientsz, beneden de jvr van Gelre (fol 28); - Hubert van Bemmale: de Gheer waar hij op woont en 6 morgen ter Weijde, waarvan 3 ½ morgen voor Sweder van Overn over de weg en 2 ½ morgen achter de hofstede; - Hubert van Mauderic ( na ong 1410) heeft opgedragen een ½ hoeve land in Culenborgerbroec in het Vreedstroe tbv jvr Mechtelt Vredericxdochter van Zulen, belend boven Hubrecht van Bemmel, beneden: Johansaltaar in de kerk te Culemborg