11 resultaten

Hacke | 1386-09-19

Nibbelink no 81
Achternamenindex

Otto van Arkel beleent Zegher Florisz met: o.a. -9 morgen geheten die Steenplaets, belend naast: Roelofs Dukinxambacht en het Kerchof, Jan van Ameronghen en Witte Jan Haekenz, van de Waal tot de vetten campen toe

Amerongen, van | 1386-09-19

Nibbelink no 81
Achternamenindex

hertog Albrecht bevestigt op verzoek van de heer van Arkel, Zegher Florisz van Kyfhoek in zijn bezittingen in Zwyndrecht, o.a. 9 morgen land in de Steenplaets etc belendingen Roelof Dukinsz, het Kerchof, Jan van Ameronghen en Witte Jan Haekenz

Kyfhoek, van | 1452-03-22 (1451)

R.A.H. Coll Aanw 102 Z.H. fol 48v
Achternamenindex

Florijs van Kyfhoeck wordt beleend met de lenen van wijlen zijn vader: 10 hoestede Henric Ye; 2) Hendryck Yenambacht en Scildmanskinderenambacht; 3) 2 morgen den Oirt; 4) de Steenplaets; 5) hofstede Wittensteijn; 6) 5 morgen in de Crimpenerwaert in het gerecht van Langerak, die Louwerens Gysbrechtsz van hem houdt; 7) dorp Oude Goudriaen

1535-02-12 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 279v, 316
Jaartallenindex

Karel beleent Bouwen Oom Tielmansz na dode van zijn nicht jvr Belye Goodschalcksdochter met: 1) die heerlijkheid van Papendrecht, hoge ende lage met alle toebehoren, met die tiende van Mathena, de bieraccyns, dat jaarschot, die beterschap van een derde deel van het veer, die visscherijen, die tiende van Pelsersoorde ende die beterschap van Mathena; 7½ morgen lands op t schorre tebehorende der voors. heerlijkheid. Tot een onversterfelijk erfleen; 2) ½ van 6 viertelen lands mitter steenplaets gelegen in den ambacht van Ouwerkerck in onsen lande van Zuut Holland, oost: Pieter Poppenz, west: Glorie Jan Gramansdochter. Tot een erfleen

Cornelis Barthoud Jansz, Willem Pietersz Criep, Anthonie le Bucq, leenmannen

1538-03-20 (1537) |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 43
Jaartallenindex

Karel oorkondt dat voor zijn stadhouder van lenen heer Lenart Pietersz Luijt, priester, met Aert Symonsz als zijn voocht in deze saecke, opdroeg tbv Dammas Cornelisz, 1 morgen lands uijt een weer lants, groot ½ hoeve, ende is dat oostersche weer van denselver hoeve mitter waterkeringe, gelegen beneden Haestrecht, streckende van den backwatering totter halver Yssel, also verre als die steenplaets begrepen heeft, gelyck en in alder manieren als die voors. heer Lenaert die op huyden van ons ontfangen heeft. En dat hij vervolgens Dammas Cornelisz hiermede beleend heeft, als leen van Arkel, tot een onversterfelijk erfleen

Cornelis Barthouts, Willem Criep, Jan Gans, Anthonne Lebucq, Jacob Dircsz van Haastrecht, leenmannen

Kyfhoek, van | 1386-09-19

Nibbelink no 81 (zie de chronologische afschriften)/Van Mieris III p 447
Achternamenindex

Otto van Arkel beleent Zegher Florisz met: - Hendrik Idoambacht, Schildemanskinderenambacht; verschillende stukken land: -de hofstad waar Hendrik Ydo op woonde in het laatst van zijn leven, de hofstad Wittenstein, - 2 morgen geheten den Oort, - 9 morgen geheten die Steenplaets, belend: Roelofs Dukinxambocht, het Kerchof, Jan van Ameronghen en Witte Jan Haekenz; - een hofstad in Zwijndrecht buitendijks Wittensteen geheten; - het goed Bernesse dat gelegen is tussen Heenvliet en Zwartenwale met tienden en heerlijkheden zoals de heren van Voorne en de heren van Arkel bezeten hebben

1532-05-14 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 121v, 122v
Jaartallenindex

Karel beleent Gerrit van Woerden na dode van zijn vader Jan van Woerden here te Vliet met: 1) dat huijs te Vliet met 2 hoeven lands, elk groot 16 morgen daer t voors. huys op staat, streckende van Heeckendorp achterwarts tot aen Hoencoop, belend boven: de steenplaets halve hoeve, beneden: een weer lands toebehorende der capelle, 2) de heerlijkheid, hoge- en laege, in drooge ende in natte aldaer, met al hun toebehoren, 3) twee stucken lants, houdende 39 morgen lants gelegen in den lande van den Lecke in den ambacht van Koudekerk, tot een onversterfelijk leen, 4) 16 morgen lands in den lande van Utrecht aen den Yseldyck, boven: Aerst van den Ael, beneden: hijselve, tot een recht leen; 1532-06-10: Gerrit van Woerden heere tot Vliet bewijst zijn toecomende huisvrouw jvr Cornelia Adriaensdochter in rechten duarie en medegave van 100£ Holl, van 30 gr Vls per stuk, om die haar leven lang, indien zij haar man overleeft, te ontvangen uit de heerlijkheid van Vliet met al de landen en tienden daartoe behorende, die hij van de grafelijkheid van Holland in leen houdt (vgl 1574-06-23)

heer Jan Ruychrock van de Werve, ridder, heer Joost van Bronckhorst, ridder, mr Floris Zeeman, Cornelis Barthoud Jansz, leenmannen

Leyenburg, van | 1452-03-22

R.A.H. Coll Aanw 102 Z.H. fol 48v/Reg Principum fol 37
Achternamenindex

hertog Philips beleent Florys van Kyfhoek met de lenen hem aangekomen van zijn vader Florys van Kyfhoeck: 1) Henriyck Yenambacht en Scildmanskinderenambacht, 2) de hofstede daar Henric Ye op woonde, 3) 2 morgen geheten den Oirt, 4) 9 morgen geheten de Steenplaets, 5) de hofstede Wittensteyn aldaar butendycs, 6) 5 morgen in de Crimpenerwaert in het gerecht van Langerak, die Louwerens Gysbrechtsz voort van hem hout, 7)het dorp van oude Goudriaen, hoog en laag gerecht, tyns, tienden, en alle goeden, renten en toebehooren (leen van Arkel). Tot zulken recht als syn vader en daar tevoren heer Aernt van Leyenberch ende zijn voirders te houden plachten

1542-07-06 |

R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 285v
Jaartallenindex

Jan van Alckemade, wonende tot Leijden, bezit 2 percelen van landen gelegen buiten Leiden, in het ambacht van Leiderdorp, groot 6 morgen, in leen gehouden mitte Hofstede van der Waart, die hij van de keizer verheven heeft. Welk land, immers een perceel groot 19 hont, seer wel gelegen is om een steenplaetse te maken, maar dan zou het verdolven moeten worden, waarvoor consent nodig is. Hij wil hiervoor een perceel opdragen. Cornelis Barthouts, clerck van de registercamer van Holland, heeft informatie genomen op de waarde van het perceel, en de waarde van 4 morgen land te Noortigerhout, toebehorende aan Jan Vranckenz voirs, die hij in recompense aangeboden heeft. De Rekenkamer accoordeert dat hij die voors. 3 morgen of 19 hont die hij in leen hield onder 6 morgen land, gelegen in een seecker eylandeken midden in den Ryn, genaamt de Waart, recht buiten der stede van Leyden tot makinge van een steenplaets zal mogen doen uitdelven, behoudens dat hij die met de andere 3 morgen altijd te leen zal blijven houden. Ter recompense voor de geleden schade zal hij opdragen zekere 4 morgen in Noortigerhout, die hem nu in eigen toebehoren, belend oost: de banwatering en over die banwatering land van de keizer, noord: mr Gerrit van der Laen en de erfgenamen van Jan Symonsz te Noortich, west en zuid: Jan Vranckenz voorn. [van Alkemade]. Actum in de Camer v.d. Reeckeninge in den Hage ten burele (vgl 1543-07-03)

1571-01-20 |

Ms Opstraeten III fol 1491/Gaasbeek
Jaartallenindex

Johan van Oestrum Jansz, door opdracht van mr Peter Jansz, chirurgyn te Utrecht, gemachtigt van jvr Maria Spruijt, weduwe Jan van Oostrum, procuratie dd 1571-01-13: 1) 8 morgen in Abcoude, noch 2 morgen aldaar, onderdeelt in 4 morgen met Dirck Boeckel Hermansz. Voorts opdragende haren sone ½ van de nabeschreven goederen: 2) een steenplaets en 2 calckovens met 8 morgen weylant; over de Rijn in de Waert noch 8 hont rijslant tot weylant gemaecht ende 15 hont cleijlant, noch 4 hont cleylant, alles gelegen bij Leijden, 3) 8 mergen tot Alphen bij de Goudse sluys, 4) ½ van 26 morgen die Peter Pynssen in lijftocht bezit in Warmond en noch na Peters doot ½ van 900 gld, 5) 2 morgen in t Sticht in Neder Langbroec, 6) een huysinge op Rapenburch tot Leyden, ende inboedel, 7) 7£ Vlaems sjaers op Leijden, 8) 28 gld sjaers aen de Mijsyde te Bodegraven, 9) 18,-5-0 op de Staten van Holland, en 12-10-0 op de domeinen, 10) 12 gld op Adriaen Dircsz te Coudekerke, 11) 13-5-0 op die schout van Sevenhoven, 12) 12-5-0 sjaers op Jan Symensz de Binck op de oude Rijn te Leiden, 13) 9 gld op Cornelis Jansz te Alpherhorn, 14) 25-12-8 op Peter Pynssen, 15) 8-3-0 op een huis te Amsterdam, 16) 3 gld op de weduwe van Cornelis van Noort, 17) 6 gld op een huys in de Gansstege te Utrecht, behoudelyc haer lijftocht, en dragende ½ van de lasten v.d. voors. goeden

present: Albert van Lewen, Aert Aertsz van Besoyen